Sir Vidiadhar Surajprasad Naipaul (17 augustus 1932 – 11 augustus 2018)
door Carlo Jadnanansing
I. Inleiding
Reeds tijdens mijn middelbare schoolperiode was ik geïntrigeerd door de toen al bekende, maar nog niet wereldberoemde auteur Vidiadhar Surajprasad Naipaul (VS), die later ook bekend zou staan als Sir Vidia (correcte schrijfwijze Vidya, hetgeen in het Hindi en Sanskrit kennis of wetenschap betekent). Zijn eerste voornaam betekent drager van kennis, geheel passend bij zijn imponerende persoonlijkheid.
Toen ik in 1963 als scholier van de AMS te Paramaribo, aan mijn leraar Engels, Drs. Van Windt, vertelde dat ik het boek A House for Mr. Biswas op mijn lijst voor het eindexamen wilde plaatsen, reageerde hij verbaasd. ‘Het boek staat op de lijst van mijn MO-studenten en eigenlijk is het te moeilijk voor jullie niveau, maar als je het per se wilt, heb je mijn zegen, en een streepje voor op je medestudenten’. Bovendien besloeg het boekwerk ongeveer 600 bladzijden, meer dan het totale aantal pagina’s dat een doorsnee leerling aan alle verplichte boeken in het Engels behoefde te besteden.
Inderdaad is het mij decennia later bij herlezing van het boek gebleken dat ik het fijne van het verhaal niet volledig had doorgrond. Enige kennis van de Hindoestaanse cultuur, maar ook van de plaatselijke omstandigheden, is noodzakelijk om tot de kern van het verhaal door te dringen. Maar ook al is die kennis niet aanwezig – en dat zal bij velen het geval zijn – dan nog blijft het lezen van de literaire hoogstandjes een genot voor de lezer.
Naipaul beschrijft op meeslepende wijze het (gedeeltelijk) autobiografische verhaal van zijn vader en daarmee ook van zijn eigen jeugd. Het gebeuren speelt zich af in Trinidad, waar VS geboren werd in 1932 en waar hij tot 1950 zou blijven wonen. In dat jaar kreeg hij een beurs van de Trinidadiaanse regering om Engelse taal- en letterkunde te gaan studeren in Oxford, Engeland.
A House for Mr. Biswas is het verhaal van een Indiase contractarbeider, die nauwelijks geschoold is, maar het toch tot journalist van een plaatselijk dagblad weet te brengen.
De droom van Mr. Biswas, aanvankelijk een straatarme landarbeider, was om uiteindelijk een eigen huis te hebben. Maar voor het zover was moest hij overeenkomstig het toen bestaande joint family system, eerst zijn intrek nemen in het grote huis van zijn schoonfamilie de Toelsies, dat in de wijde omgeving bekend stond als het Hanuman House. Dit vanwege het imposante beeld dat er stond van de devtá (halfgod) Hanuman. Deze is in de hindoe mythologie het strijdbare symbool van dienstbaarheid. Uiteindelijk slaagde VS erin zich van de ketens van genoemde familie te ontdoen en zijn eigen onderkomen te kopen. Hiermee verwierf hij de door hem gewenste status van vrijheid en onafhankelijkheid. Helaas bleek later dat hij opgelicht was door een notarisklerk. Het huis was veel te duur en zat vol gebreken. Toen hij voorgoed zijn ogen sloot in zijn eigen huis, deed hij dat niet met een voldaan gevoel.
Biswas betekent in het Hindi (en ook in het Sarnámi) geloof of vertrouwen. Ik denk dat VS met deze naam heeft willen aangegeven dat een mens geloof en vertrouwen in zichzelf moet hebben om zijn doel te bereiken. Echter zoals uit het verhaal blijkt, is het bereiken van het doel geen garantie voor tevredenheid. Ik denk dat VS, die volgens de hindoe religie is opgevoed, geïnspireerd is door de Bhagvad Gitá. Deze zegt dat je bij het verrichten van jouw handelen je zoveel mogelijk positief moet opstellen, maar dat niet moet doen om het resultaat. De vruchten van jouw handelen heb je namelijk niet in eigen handen. Je kan alleen maar zoveel mogelijk je best doen.
Hierna zal ik enkele werken uit het enorme oeuvre van VS de revue doen passeren, waarbij een selectie gemaakt is uit de door mij gelezen boeken van de auteur.
II. Reisverslagen
Enige jaren na het verschijnen van het voormelde boek ondernam VS een reis naar het land waar zijn roots liggen: India. Daar wachtte hem echter een grote teleurstelling. Hij kon zichzelf niet terugvinden in de toenmalige structuur van de Indiase samenleving die door westerse wetenschappers getypeerd werd als een hiërarchische maatschappij.
Een gemeenschap dus waar er hoge en lage mensen bestonden gestructureerd in een rigide kastenstelsel. Hoewel discriminatie op grond van religie, ras of kaste in de Indiase grondwet, die na de onafhankelijkheid in 1947 werd aangenomen verboden is, blijkt de praktijk toch geheel anders te zijn. VS leverde in het eerste boek van zijn trilogie over India, An Area of Darkness (1964) scherpe kritiek op de Indiase samenleving. Dit werd hem niet in dank afgenomen en er gingen zelfs stemmen op om hem tot persona non grata te verklaren. Gelukkig is het niet zover gekomen. Hij werd in de gelegenheid gesteld een tweede boek over het land te schrijven onder de titel, India: A Wounded Civilization (1977) waarin de toon over het land zijner voorvaderen wat milder werd. In zijn laatste boek over het land, India: A Million Mutinies Now (1990) had hij hier en daar zelfs woorden van lof voor het land. Dit kon er echter niet toe leiden dat hij in India als een geliefd schrijver zou worden beschouwd. Het kwaad was reeds geschied. Naipaul zou het imago blijven behouden van een (witte) Engelsman in een Indiase huid.
Voor Suriname is het reisverslag van VS over 6 Caribische landen getiteld: The Middle Passage (1962) interessant, omdat hoofdstuk 4 geheel gewijd is aan ons land. Voor velen zal het een verrassing zijn te vernemen dat Naipaul enige tijd in Suriname heeft vertoefd om aan zijn reisverslag te werken. Het lijkt erop dat hij uitgenodigd was door de toenmalige regering, waarin Dr.Ir. Frank Essed die in het boek ook genoemd wordt, minister was. Laatstgenoemde wordt door VS op treffende wijze (blz. 187) beschreven als ‘big and black and bluff”.
Dat VS in die tijd nog niet wereldberoemd was, blijkt uit het feit dat hij in een pension in Paramaribo (waarschijnlijk het toenmalige Pension Lashley) werd gehuisvest, terwijl andere gasten ondergebracht werden in het gloednieuwe hotel Torarica en het swingende Palace Hotel. Een prachtig verhaal is dat van Drs. Hein Eersel, linguïst, die in die tijd samen met Mr. Eddy Bruma één van de vóórvechters was van het Surinaamse nationalisme. In die tijd was er sprake van dat het Sranan, toen bekend als het ‘Negerengels’ of talkie talkie (taki taki), het Nederlands zou moeten vervangen. Het argument dat VS hiervoor werd gegeven is dat iedereen in Suriname Negerengels sprak, terwijl slechts een beperkt deel van de inwoners van het land het Nederlands machtig was. Naipaul daagde Eersel uit een Engels gedicht in het Sranan te vertalen.
Direct nadat Naipaul het gedicht op papier had neergeschreven, gaf Eersel een perfecte vertaling in het Sranan. Hoewel VS de juistheid ervan niet kon verifiëren, was hij erg onder de indruk van ‘the sweetness and the rhythm of the language’ (blz. 189). Het gedicht en de vertaling en daarmee ook de persoon van Hein Eersel zijn hierdoor vereeuwigd in The Middle Passage. Een andere bekende figuur uit de toenmalige Surinaamse samenleving, Corly genoemd door VS – ik neem aan dat bedoeld wordt Corly Verlooghen, het pseudoniem van de dichter Rudi Bedacht – was aangewezen om VS wegwijs te maken. Laatstgenoemde liet Corly de vertaling van Eersel lezen en zag de bewondering in diens ogen. De enige opmerking die Corly maakte is dat hij het woord ‘gendri’ (vertaling van gentle) niet kende. Hij was van mening dat het woord vierentwintig uur geleden door Eersel was gefabriceerd!
III. Erkenning
VS heeft zowel romans als reisverhalen geschreven, beide van wereldklasse. In 2001 werd hem de Nobelprijs voor literatuur verleend. Hiermee was hij de tweede schrijver geboren in het Caribisch gebied die deze eer te beurt gevallen is. De eerste was de in Sint Lucia geboren dichter Derek Walcott (1992) [de eerste “Caraïbische” Nobelprijs ging naar Saint-John Perse – red. CU]. Eerder ontving VS de Booker Prize in 1971 voor In a Free State.
Maar ook bij het Engelse koningshuis bleven de prestaties van VS niet onopgemerkt. In 1990 werd hij geridderd door de Britse Koningin Elisabeth II en mocht vanaf toen de titel van ‘Sir’ voeren, hetgeen hij met graagte deed. Vanaf dat moment stond hij ook bekend als Sir Vidia. Dit strookte geheel met zijn gedrag in de Britse gemeenschap. Hij woonde in een voorname Londense buurt [hij woont op een landgoed ver buiten London – red. CU] en identificeerde zich niet met zijn soortgenoten uit Trinidad, maar gedroeg zich geheel als een Engelse gentleman. Zijn kleding en culturele voorkeuren waren ontegenzeggelijk Brits.
Sommigen zijn van mening dat hij zich wel degelijk een dyaja dyaja Caribische burger voelde, getuige zijn uitlating dat hij zijn voorouders dankbaar was voor het feit dat zij het ruime sop gekozen hadden om India als woonplaats vaarwel te zeggen. Dit geeft m.i. alleen maar aan dat hij blij was geen echte Indiër te zijn, zoals dat tot uitdrukking komt in An Area of Darkness. Maar dit houdt geenszins in dat hij ook trots was op zijn geboorteland.
Dr. Hein Eersel – die zoals voormeld VS persoonlijk gekend heeft – vertelde mij dat laatstgenoemde het de Caribische gemeenschap kwalijk nam dat deze geen eigen civilisatie heeft kunnen opbouwen. Eersel is echter van mening dat deze opvatting van Naipaul geheel onterecht is, omdat nergens ter wereld een migrantengemeenschap erin geslaagd is in relatief korte tijd een eigen vorm van beschaving te creëren. ‘Hiervoor zijn eeuwen nodig’, aldus Eersel.
IV. Overige werken
Een van de vele meesterwerken van VS is ongetwijfeld: A Bend in the River (1979) dat begint met een indrukwekkende typering van de wereld: The World is what it is; Men who are nothing, who allow themselves to become nothing, have no place in it.
Het verhaal wordt verteld door Salim, een etnische Indiase Moslim en zakenman in een kleine, maar snel groeiende stad in het binnenland van een niet nader gespecificeerde Afrikaanse Republiek. De Indiase gemeenschap in het land staat onder sterke druk, wordt bedreigd en vele Indiërs, vooral zakenlui verlaten het land. Toch besluit Salim een onderneming van een vertrekkende landgenoot over te nemen aan de bocht van de rivier. Het land wordt op autoritaire wijze geregeerd door een pas aan de macht gekomen leider. De intriges om in het gevlij te komen bij de leider worden op treffende wijze beschreven. De manier waarop dit gebeurt en het land wordt geregeerd, zal velen die de tachtiger jaren in ons land hebben meegemaakt, bekend voorkomen. ‘Er is niets nieuws onder de zon’, zei Prediker al.
Kort voor de Amerikaanse aanvallen op Afghanistan veroorzaakte Naipaul beroering toen hij zei dat de uitwerking van de Islam op de wereld even rampzalig was als die van het kolonialisme. Zijn visie op de Islam werkte hij nader uit in: Among the Believers: An Islamic Journey (1981) en Beyond Belief: Islamic Excursions among the Converted Peoples (1998). In de Trinidad Express schreef een journalist als commentaar op de visie van VS op de Islam het volgende: ‘God zij dank voor de ongeletterdheid: geen ayatollah besefte dat Naipaul’s kritiek verwoestender was dan die van Salman Rushdie, wiens hoofd in een fatwa werd geëist’.
Inderdaad is het vreemd dat een fatwa werd uitgesproken over Rushdie, terwijl Naipaul die zich veel negatiever heeft uitgelaten over het fundamentalisme in de Islam, ongemoeid gelaten werd. Wellicht houdt dit verband met het feit dat de Rushdie zelf moslim is en Naipaul (van origine) hindoe.
V. Her-zien
Het uitgangspunt bij al zijn werken was volgens VS het niet star vasthouden aan reeds ingenomen standpunten. We moeten als mens steeds her-overwegen, her-zien en her-denken. Hij wees erop dat alles in het universum in beweging is. Niets is statisch. En dit moet ook tot uiting komen in de literatuur. Dit standpunt is herkenbaar o.a. in zijn trilogie over India. Er is sprake van een geleidelijke herziening van eerder ingenomen standpunten. In dit verband merk ik op dat de realiteit meestal anders is. Wereldwijd bestaat de neiging om iemand vast te pinnen aan hetgeen hij eerder gezegd heeft. Ook al verandert hij van mening (eens gezegd, altijd gezegd?). Dit heeft VS m.i. zelf aan den lijve ondervonden.
VI. Slot
VS heeft in het verleden te kennen gegeven dat hij zich als een komisch schrijver beschouwt. Ik ben het zelf niet geheel eens met deze typering, daar ik hem primair als een bloedserieuze schrijver zie. Toegegeven moet worden dat zijn beschrijvingen van personen vaak komisch van aard zijn. Een voorbeeld hiervan is reeds gegeven toen hij één van onze vroegere ministers beschreef. Ook zijn naar mijn mening absolute meesterwerk A House for Mr. Biswas, zit boordevol komedie. Zijn humor is echter vaak scherp en kan variëren van ironie tot sarcasme.
Maar als bewonderaar van VS wil ik hem toch een hommage brengen op komische wijze:
Als liefhebber van Franse cognac neem ik geen genoegen met minder dan VSOP, maar bij Naipaul heb ik toch de onschatbare waarde van VS moeten onderkennen!
Paramaribo, 19 augustus 2018.
[van Starnieuws, 20 augustus 2018]