Rihana Jamaludin en Cynthia Mc Leod lezen tijdens Amsterdamse Boekennacht
Voorleesmiddag: Gouden Tijden, Zwarte Bladzijden
Op vrijdagmiddag 22 maart a.s. wordt in het Amsterdam Museum het voorprogramma van de Amsterdamse Boekennacht gehouden. Het thema van de boekenweek is ‘Gouden Tijden, Zwarte Bladzijden’. Onder deze naam brengt het Amsterdam Museum van 15.00 tot 17.00 uur een voorleesmiddag over de keerzijde van voorspoed in het verleden. Het museum is bovendien deze hele dag, op vertoon van het Boekenweekgeschenk, gratis toegankelijk.
Tijdens deze middag voorafgaand aan de Boekennacht wil het museum een extra accent leggen op de keerzijde van deze tijd en aandacht vragen voor de herdenking van 150 jaar afschaffing slavernij in de Nederlandse koloniën Suriname en de Antillen (1 juli 1863). Op deze manier wordt tevens een preview gegeven op een presentatie over slavernij die van 1 juni tot 31 augustus door de tentoonstelling Gouden Eeuw, proeftuin van onze wereld te zien zal zijn.
Het programma ziet er al volgt uit:
15.00 – 15.10 uur: Introductie conservator Annemarie de Wildt
15.10 – 15.30 uur: Nelleke Noordervliet, auteur van De leeuw en zijn hemd
15.30 – 15.50 uur: Rihana Jamaludin, auteur van De Zwarte Lord
15.50 – 16.10 uur: Cynthia McLeod, auteur van Hoe duur was de suiker?
16.10 – 16.30 uur: Jan de Bruin, over het slavenverleden in zijn familie
15.10 – 15.30 uur: Nelleke Noordervliet, auteur van De leeuw en zijn hemd
15.30 – 15.50 uur: Rihana Jamaludin, auteur van De Zwarte Lord
15.50 – 16.10 uur: Cynthia McLeod, auteur van Hoe duur was de suiker?
16.10 – 16.30 uur: Jan de Bruin, over het slavenverleden in zijn familie
Biografieën sprekers
Nelleke Noordervliet (1945) neemt dit jaar het Boekenweekessay voor haar rekening. In De leeuw en zijn hemd gaat zij uitgebreid in op onze collectieve houding ten opzichte van het verleden. Nelleke gaat op reportage door het verleden. Ze reist door de achterbuurten en de herenhuizen, tot aan de schildersateliers en dichtersstulpjes. Ze ontmoet de Heren XVII van de VOC in de bloeitijd van de 17de eeuw. Ze maakt kennis met de patriotten in de revolutionaire jaren van de 18de eeuw. En ze beschrijft Albert Verwey en koningin Wilhelmina aan het eind van de 19de eeuw. Zo kaart zij in haar essay de dubbelzinnige omgang met het verleden aan en verbaast zij zich over de neiging nu eens de wijsvinger, dan weer de middelvinger te heffen.
De debuutroman van Rihana Jamaludin (1959) genaamd De Zwarte Lord kwam uit in 2009 en speelt zich af in het Suriname van de 19de eeuw. In het verhaal vertrekt de Bossche gouvernante Regina naar Suriname om daar les te geven aan Walther Blackwell, een jonge kleurling die van zijn blanke vader een plantage heeft geërfd. Door de kolonisten wordt hij spottend de Zwarte Lord genoemd. De elite bekijkt hem met wantrouwen vanwege zijn buitenissige gedrag. Is de zwarte dandy werkelijk gek of doet hij alsof? In het geheim moet Regina zijn gangen nagaan. In haar zoektocht naar de waarheid ontmoet ze veel personages uit verschillende lagen van de Surinaamse samenleving. Het leven in Suriname blijkt ontdaan van conventies en fatsoensnormen, maar ook omhuld met taboes en mysteries.
Cynthia McLeod (1936) is de dochter van de eerste president van Suriname. Haar debuutroman verschijnt in 1987 onder de naam Hoe duur was de suiker? en is vrijwel direct een bestseller. De roman speelt zich af in het koloniale Suriname. Het gaat over een joodse plantersfamilie en daarbij in het bijzonder over het wel en wee van de twee zusjes Elsa en Sarith en de slaven die in hun leven een rol spelen. Het leven van de slaven – vol kommer en kwel – staat in schril contrast met dat van hun meesters, dat vol pracht en praal is. Deze pracht en praal is evenwel verkregen door de onmenselijke inspanningen van de slaven. Duidelijk wordt dat de suiker van de plantages duur betaald is: namelijk met mensenlevens.
Jan de Bruin (1961) is als archivaris/adjunct-directeur verbonden aan het Westfries Archief te Hoorn. Hij maakte eind jaren ’70 kennis met het archiefwezen, toen hij onderzoek deed naar een voorouder, de “gewesene slaef” Cornelis Valentijn uit Enkhuizen. Hij publiceert geregeld over de geschiedenis van de regio West-Friesland, vooral over institutionele geschiedenis, waterstaatsgeschiedenis en cartografie. Voor de tentoonstelling De Gouden Eeuw, proeftuin van onze wereld, heeft hij onderzoek gedaan naar een schilderij met daarop Tabo Jansz, een zwarte bediende die in het testament van zijn heer werd opgenomen.
Datum: 22 maart 2013
Tijd: 15:00 uur
Locatie: Amsterdam Museum, Kalverstraat 92, 1012RM Amsterdam
Voor meer informatie over de vijfde Amsterdams boekennacht zie: http://www.boekennacht.nl/