blog | werkgroep caraïbische letteren

Reinier Artist – Indiaans verhaal (fragment)

Bezit verstoort de harmonie. Vooral goud. Het verhaal van de Indiaan met het goud is waar gebeurd toen ik zes of zeven jaar oud was. Het werd mij doorverteld, alhoewel, ik wist wel dat er iets gaande was in het dorp. Maar ik moet erbij vertellen dat deze man bekend is geworden in de Caraïbse samenleving in onze regio als a ingi nanga gowtu, de Indiaan met het goud. En hij is symbool geworden van de introductie van goud in Bigi Poika.

Pirogue indienne

Dat kwam zo. Op een keer was een Indiaan op een rubberexpeditie, waarvan mijn vader ook deel uitmaakte. Na twee maanden kwamen ze terug, ze hadden veel geld verdiend. Maar de Indiaan had niet veel geld nodig, wat moest hij met zoveel geld? Dus roeide de Indiaan vijf dagen en vijf nachten in z’n eentje in zijn bootje – en dat was al vreemd voor een Indiaan – naar Paramuru. Palulu is de naam van een plant aan de monding van de Van Sommelsdijck Kreek, waar de Surinen aan land gingen en waar de hoofdzetel van de Surinen was. Van palulu is onze Paramuru afgeleid. Zo noemden wij Paramaribo. Onderweg schoot onze Indiaan hazen, ving vis en roosterde die boven het vuur. In Paramuru aangekomen meerde hij af net vóór het Saramaccakanaal, waar alle Indianen een afkeer van hadden, omdat het er naar de stad rook. Aldaar bezocht hij een goudsmid. De goudsmid vroeg de Indiaan: ‘Heb je weleens een ring gedragen?’ De Indiaan zei ‘nee…’ ‘Wel,’ zei de goudsmid, ‘ik heb hier een pracht van een ring. Je bent misschien wel de eerste Indiaan die zo’n ring gaat dragen en je wordt straks de eerste man van het dorp. Dan heb je jouw geld goed besteed aan iets waardevols, goud is veel waard.’ De Indiaan zei: ‘O ja?’ ‘Ja, ze zullen trots op je zijn.’ En de Indiaan pakte zijn portemonnee, nou ja, portemonnee, een katoenen lap die dienst deed als geldzak, gaf geld en paste de ring. De goudsmid zei: ‘Die ring staat je mooi. Je vrouw zal het ook mooi vinden, meer vrouwen zullen het mooi vinden.’ De Indiaan zei: ‘Ik neem mijn gouden ring mee.’

De Indiaan ging terug naar zijn dorp, waar ook de andere Indianen van de expeditie waren, die net als hij naar de stad waren geweest en ook inmiddels waren teruggekomen. Sommigen hadden rijst gekocht, anderen brood en suiker, anderen blikjes sardines, iedereen was blij. Geen moment dacht iemand eraan dat er goud gekocht was, dus niemand schonk aandacht aan de Indiaan, die dacht dat hij als een prins onthaald zou worden. De Indiaan zei niets en begon verdrietig te worden. ‘Iedereen is blij met de rijst, het brood, de suiker, de sardientjes maar niemand kijkt naar mijn goud.’ Je moet begrijpen dat niemand gewend was om een ring aan zijn vinger te dragen dus dan let je daar niet op. De Indiaan twijfelde en dacht: ‘Zal ik maar naar huis gaan en gaan slapen of zal ik nog even naar het kasirihuis gaan?’ De vrouwen maakten altijd kasiri als de mannen uit de stad terugkwamen, dat was traditie. Hij ging naar het kasirihuis, waar een andere Indiaan zat te kijken en te kijken en te kijken. Deze Indiaan zei niets maar dacht wel: ‘Wat heeft die Indiaan aan zijn vinger?’ Toen onze Indiaan opstond om toch maar naar zijn hutje te gaan, stond de andere Indiaan op en volgde hem. Onze Indiaan ging in zijn hangmat liggen, maar kon niet slapen. Hij was niet gewend om iets om zijn vinger te hebben. Hij trok de ring van zijn vinger en liet hem onder zijn hangmat vallen. De andere Indiaan zag dit en kroop nieuwsgierig onder de hangmat, pakte de ring en sloop weg. Maar de ring paste niet, hij was te groot. De andere Indiaan werd nu bang, omdat de ring onze Indiaan wel paste, maar hem niet. Dat kon niet goed zijn, er was iets verwerpelijks gebeurd, dat niet bij de Indianen hoorde. De Indiaan ging naar huis, zonder in de gaten te hebben dat hij op zijn beurt door een derde Indiaan werd gevolgd. Thuis aangekomen ging hij in zijn hangmat liggen, liet de ring op de grond vallen, waarna de derde Indiaan onder de hangmat kroop, de ring pakte en weg sloop. Op dezelfde manier wisselde de ring nog enkele malen van eigenaar.

De volgende dag werd onze Indiaan vroeg wakker. Terwijl het nog donker was, voelde hij met zijn handen op de zanderige grond maar hij voelde geen ring. De Indiaan riep: ‘Waar is mijn ring, waar is mijn ring?’ En aan iedereen in het dorp stelde hij de vraag: ‘Waar is mijn ring, waar is mijn gouden ring?’ Je kunt begrijpen, onze Indiaan werd voor gek verklaard. Indianen wisten niet eens wat een ring was. ‘Wat is een ring? Sinds wanneer heeft een Indiaan een ring in dit dorp? En wie zou van jou een ring afpakken? Niemand zou die ring willen hebben of willen dragen.’ Toen de Indiaan, die de ring als laatste in zijn bezit had gekregen, hoorde van al die opwinding, ging hij met de ring naar de piaiman. De piaimanzei: ‘Zijn er niet-Indianen hier in het dorp? Waar heb je dat ding vandaan gehaald?’ Hij keek de jongen aan en zei: ‘Vlug, goed kijken naar de ring. En laat hem nu op de grond vallen.’ Het was mul zand en de ring werd er half door bedekt. ‘Dit is niet voor ons. Omdat inmiddels het hele dorp betrokken is bij deze ring, zullen we de ring hier begraven, maar niet voordat de Indiaan weet waar zijn ring is, anders komt er onheil in onze gemeenschap.’ Toen de Indiaan erbij werd gehaald zei de piaiman: ‘Hier is je ring. Wil je hem terug hebben, of moeten we de ring aan onze moeder aarde laten, aan wie uiteindelijk alles toebehoort?’ En ook de Indiaan zei: ‘Geef moeder aarde de ring terug. Nu. Direct. De ring brengt alleen maar onheil in onze samenleving, ik heb niet mogen slapen. Ik had veel beter brood kunnen meenemen.’ En zo geschiedde het. Nog geen tien jaar later werden de eerste gouden ringen in Bigi Poika gesignaleerd en ik meen dat men de eerste ringen noemde naar deze man, Luni o Tere heette hij, dus iedereen zei: ‘Ik heb mijn Luni otere om.’ Het werd een metafoor voor iets dat niet paste in de Indiaanse samenleving maar uiteindelijk toch zijn intrede heeft gedaan.

[Fragment uit Indiaans verhaal, van Reinier Artist, Zutphen: De Walburg Pers, 2016, 256 pagina’s, met Caraïbse-Sranantongo-Nederlandse Woordenlijst en Geografisch Register. Klik hier voor meer informatie.]

Reinier Artist wordt op zaterdag 25 juni 2016 geïnterviewd door Michiel van Kempen in Boekhandel Donner in Rotterdam – klik hier voor meer informatie.

Klik hier voor de eigen website van het boek met een filmpje over de boekpresentatie.

 

Artist Indiaans verhaal

 

 

Your comment please...

  • RSS
  • Facebook
  • Twitter