blog | werkgroep caraïbische letteren

Reddingsactie NiNsee: Zijn het gezag van Beatrix en 16.000 handtekeningen voldoende?

door Stuart Rahan

Het lijkt wel zwarte pietenspel. Niemand durft de verantwoordelijkheid voor de sluiting van het NiNsee, het Nationaal instituut Nederlands slavernijverleden en erfenis, op zich te nemen. De politieke beslissing is weliswaar genomen door het kabinet van Mark Rutte, momenteel demissionair, maar onder dwang van gewezen gedoogpartner PVV, de partij van Geert Wilders die ‘vrijheid’ in de naam heeft maar intussen de vrijheid van minderheidsgroepen als de Afrikaanse gemeenschap steeds beperkter wil zien.

Cadeau of rechtmatigPVV wil af van de zogenaamde linkse hobby’s waaronder ook het NiNsee valt. CDA en VVD stemden ermee in onder het mom van nationale bezuinigingen. Uit verschillende groepen en individuen klinkt het steeds luider dat het nog niet definitief afgelopen is met het NiNsee. Echter neemt geen groep of individu het initiatief om de genadeslag op het Landelijk Platform Slavernijverleden (LPS) en African and African Descendent (AAD) Netwerk Nederland na te voorkomen. De handelingen van de gemeente Amsterdam missen erkenning voor het NiNsee. Als nationaal documentatie- en informatiecentrum wordt het instituut overgeslagen bij de herdenking van 150 jaar afschaffing slavernij. Het NiNsee moet voor activiteiten in dat kader aankloppen bij Stichting Herdenking Slavernijverleden 2013 van Joan Ferrier. “De wereld op z’n kop”, beweren tegenstanders van de sluiting.

Iedereen hoopte op een cadeautje van demissionair premier Rutte toen die voor het eerst zijn gezicht liet zien bij de jaarlijkse herdenking op 1 juli, onlangs in het Oosterpark. “Helaas, ik heb geen cadeau voor het NiNsee meegenomen”, uitte Rutte zich zonder omwegen terwijl niet alleen sprake was van herdenking van de afschaffing van de slavernij maar ook nog het tienjarig bestaan van het met sluiting bedreigde NiNsee. “Het minste wat je mee kan nemen op een jaardag, hoe klein dan ook, is een cadeau”, hoopte het gros van de aanwezigen. Het jammerlijke aan het idee van een cadeau in het geval van NiNsee is dat het instituut geen cadeau behoeft. Het bestaan van NiNsee is geen cadeau voor de Afrikaanse Nederlanders, voornamelijk uit Suriname en de Nederlandse Antillen, maar een verplichting van de Nederlandse staat als erkenning van het Nederlandse slavernijverleden en genoegdoening van de mensenrechtenschendingen. De Nederlandse geschiedenis vertelt in de marge over het slavernijverleden en wie het onderwerp beter wil bestuderen is aangewezen op nationale archieven die hoogdrempelig zijn. Het NiNsee zou dit historische vacuüm moeten invullen, toen in 2002 de regering van Wim Kok zijn verantwoordelijkheid nam en het NiNsee in al haar facetten ondersteunde. Het jaar daarvoor was al toestemming gegeven voor een nationaal monument Nederlands slavernijverleden wat resulteerde in het ontwerp en de bouw van het monument door kunstenaar Erwin de Vries.

Barryl Biekman van het Landelijk Platform Slavernij die op eigen titel spreekt, hekelt de houding van de politieke oppositie momenteel in de Tweede Kamer. “Ooit iets van D66 gehoord? Hebben wij iets aan uitspraken van de SP over excuses terwijl het NiNsee nu ‘aan het sneuvelen’ is?” Zij haalt ook fel uit naar andere zogenaamde Nederlandse historici die nauw betrokken zijn bij het Nederlandse slavernijverleden en de onderwijzing daarvan. “Ook al aan figuren als Piet Emmer gedacht zijn onverbeterlijke rancuneuze rol? Maar als NiNsee een professor Small introduceert, hoor en zie je hem niet. Ik heb ook nog geen reactie gezien of gehoord op Emmer van professor Alex van Stipriaan, Dr. Frank Dragtenstein en Dr. Aspha Bijnaar. Ik wacht af.” Piet Emmer ziet de oprichting van NiNsee als een schuldgevoel bij de Nederlandse politiek en beweert dat vanuit die gedachte, nooit goed wetenschappelijk onderzoek verricht kan worden. Hij is er dan ook niet huiverig voor dat het instituut ophoudt te bestaan: “NiNsee heeft in de afgelopen tien jaar geen enkel uniek onderzoek verricht. Daarom maak ik mij geen zorgen om de sluiting van het instituut. Onderzoek naar het slavernijverleden zal ongetwijfeld voortgang vinden.” “Vooral het onderzoek waarbij de waarheid wordt verdoezeld, de mensenrechtenschendingen in boeken worden weggemoffeld en het economisch profijt wordt ontkent”, merkt Biekman op, als reactie op Emmer.

Hoop op Beatrix
Tijdens dezelfde herdenkingsplechtigheid vroeg NiNsee-voorzitter Eddy Campbell aan demissionair Rutte en burgemeester Eberhard van der Laan om het NiNsee niet te begraven. “Zijn intentie was helder”, memoreert Biekman zijn uitspraak. Campbell beloofde Rutte twee extra zetels bij de komende verkiezingen als deze alsnog met een cadeau op de proppen zou komen. Blijkbaar heeft Campbell een Afrikaanse achterban van wie hij op commando het stemgedrag kan beïnvloeden. En het zijn de komende verkiezingen die bepalend kunnen zijn voor een eventuele doorstart van NiNsee als zelfstandig historisch orgaan als argument om het geweten te sussen.

Nu het wachten is op de winnaars van de verkiezingen, heeft het LPS alvast het hoogste gezag van Nederland aangeschreven om de politiek te bewegen tot andere inzichten. Koningin Beatrix is in een persoonlijke brief gevraagd haar invloed als staatshoofd aan te wenden het kabinet Rutte de sluiting van NiNsee te doen herzien. In een 36 punten tellende oproep legt het LPS de noodzaak van het voortbestaan van het NiNsee uit. Het NiNsee en het slavernijmonument na parlementaire goedkeuring en zijn gerealiseerd door middel van beschikbaarstelling van overheidsfinanciering. Om de daad bij het woord te voegen schuwt het LPS de confrontatie met het Nederlandse vorstenhuis dan ook niet. “Nederland heeft in vele opzichten, zoals blijkt uit wetenschappelijk onderzoek, geprofiteerd van de trans-Atlantische slavenhandel, slavernij en kolonialisme. Nederland, in casu wordt de Nederlandse regering, daarom verantwoordelijk geacht, is hoofdelijk aansprakelijk voor alles wat ertoe bijdraagt aan de verwerking van het slavernijdossier en de effecten van slavenhandel, slavernij en kolonialisme, mede te financieren.” In de brief verafschuwt het LPS dan ook de houding van staatssecretaris van Cultuur Halbe Zijlstra, die beweert dat het werkgebied van de activiteiten en projecten van het NiNsee, noch een wetenschappelijke, noch een culturele dimensie heeft en daarom niet tot het OCW-beleidsveld wordt gerekend en om die redenen overheidsfinanciering niet mogelijk is. “Reden te meer om aan te tonen dat Zijlstra de inhoud van zijn functie niet heeft begrepen”, bijt Barryl Biekman van zich af. Voor volgend jaar vraagt het LPS aan Beatrix ook haar invloed aan te wenden om bij de herdenking van 150 jaar afschaffing slavernij 1 juli uit te roepen tot nationale bezinningsdag en het elke vijf jaar een nationale vrije dag te laten zijn, zoals nu het geval is met de herdenking van de Tweede Wereldoorlog. De brief aan de koningin ging vergezeld van zestienduizend handtekeningen die in de afgelopen periode zijn verzameld.

[uit de Ware Tijd, 14/07/2012]

Your comment please...

  • RSS
  • Facebook
  • Twitter