blog | werkgroep caraïbische letteren

Pieter Muysken (11 april 1950‒6 april 2021) herdacht door Hilda de Windt-Ayoubi

Hilda de Windt-Ayoubi, dichteres en vertaalster, Curaςao 

Toen ik gevraagd werd om voor Voertaal een stuk over Pieter Muysken als wetenschapper en bruggenbouwer te schrijven, gingen mijn gedachten in de eerste plaats terug naar de openingsquote van Geef me je taal. Dat ik je beter versta/Duna mi bo idioma pa mi por komprondé bo mihó, het taal-gerelateerd boek dat ik in 2019 aan Pieter Muysken en Frank Martinus Arion heb opgedragen: 

Degene die de  taal en cultuur
Der minderheden helpt conserveren
Helpt tevens bij de herleving van de wereldvrede

“Wereldvrede”, de titel van deze quote, is niet in dit boek opgenomen, opdat de lezer dit zelf kan invullen.

Het belang van vrede wordt ook in bepaalde talen, zoals het Arabisch, het Hebreeuws en het Hindi in het dagelijks leven benadrukt en het is in die talen gebruikelijk om elkaar te begroeten met het woord voor vrede, salaam  سلام respectievelijk sjalom שָׁלוֹם en vratee व्रती, een zin waarin vrede aan de andere wordt toegewenst.

Pieter Muysken tijdens het AKA
(Festival voor het Afrikaans), 2016

Evenzo is elkaars taal bestuderen, registreren en publiceren een manier om respect aan elkaar te tonen, elkaar vrede toe te wensen en zodoende, enigszins een bijdrage aan de wereldvrede te leveren. Het valt niet te betwisten dat Pieter dit tot enkele weken voor zijn heengaan heeft gedaan.

Als ik kijk naar een van de figuurlijke definities van “bruggenbouwer”: mensen met een groot hart die anderen graag zien opbloeien. Die het de anderen gunnen dat de stappen die ze willen zetten ook lukken. Voorts de anderen aanmoedigen, helpen en vaak goede tips geven, waardoor ze weer vooruit kunnen, past deze definitie helemaal bij Pieter, vind ik, en samen met mij talloze andere vrienden, kennissen en familieleden.

Een tweede, meer letterlijke definitie die het ANW geeft: iemand die voor zijn beroep bruggen bouwt, past in eerste instantie niet bij Pieter. Pieter is een linguïst en geen bruggenbouwer in de letterlijke zin van bruggen construeren.

Toch bouwde hij bruggen tussen mensen van verschillende landen en continenten. Deze natuurlijke gave om contacten te leggen en collaboraties tot stand te brengen is duidelijk ook te zien in zijn werken, in het bijzonder zijn boeken, die hij vaak in collaboratie met iemand anders of meerdere personen schreef.

Deze twee definities zijn bovendien zeker terug te vinden in de passie waarmee hij de allerkleinste talen, in het bijzonder die van Zuid-Amerika, bijvoorbeeld het Kallawaya, bestudeerde, registreerde en publiceerde. Mooi dat tijdens Pieters uitvaart op 15 april iemand de vertaling van het “Onze Vader” in het Kallawaya voorlas. Pieter had trouwens zelf voor deze vertaling gezorgd. Een boek over het Kallawaya, de laatste inheemse taal die hij in kaart heeft gebracht, zal postuum worden gepubliceerd. 

De betekenis van het Afrikaans voor Pieter

Om verschillende redenen wil ik een taal zeker niet vergeten, namelijk het Afrikaans. In de eerste plaats omdat Voertaal naast het Nederlands ook in en over het Afrikaans publiceert. Het Afrikaans categoriseert Pieter onder de Germaanse talen, onder andere omdat 95% van de woorden uit het Nederlands afkomstig is (er zijn trouwens ook linguïsten die deze taal als een Creoolse taal beschouwen).

Hoewel het Afrikaans nog ongeveer 7 miljoen moedertaalsprekers en 9 miljoen tweede of derde taalsprekers telt, staat het ook onder druk, en kan het ooit verdwijnen als het niet wordt beschermd, iets waar Pieter zich zorgen over maakte. Zijn bezorgdheid telde trouwens voor alle andere minderheids- en of bedreigde talen.

Ooit schreef ik Pieter dat ik Antjie Krog, een dichter uit Zuid-Afrika die veel in het Afrikaans dicht, had ontdekt. Ik had een paar gedichten van haar gelezen en beluisterd en vond deze taal die ik vrij goed verstond, mooi omdat het heel zangerig klinkt. Waarop hij mij terug schreef dat Antjie Krog een van zijn lievelingsdichters is. Dit bewijst nogmaals dat hij van poëzie hield. Daarom wil ik hier ook de vertaling in het Afrikaans van “Lenga Di Mama” (“Moedertaal”) opnemen. Pieter was trouwens de eerste die het gedicht “Lenga di Mama” spontaan in het Nederlands vertaalde. Hij liet kort daarop de Papiamentu en Nederlandse versie van dit gedicht op de website www.stemmenvanafrika.nl plaatsen.

Een saillant feit was dat toen ik hem het gedicht stuurde, hij op een vliegveld in Zuid-Afrika was en op het punt stond om in het vliegtuig naar Nederland te stappen. Hij heeft dit gedicht dus in het vliegtuig vertaald en direct bij aankomst in Schiphol aan mij gemaild.

Pieters wetenschappelijke en maatschappelijke betekenis voor de ABC-eilanden

Verschillende wetenschappers van onze eilanden hebben hun doctoraal examen bij Pieter gedaan of zijn bij hem gepromoveerd. Een kleine greep uit de groep van de oude generatie: Mirto Laclé van Aruba die hij heeft begeleid met diens doctoraalscriptie, en Frank Martinus Arion die bij hem is gepromoveerd.

Een ding valt me telkens op: dat wie ook door hem is gevormd, later een extra mijl aflegt en later vaak ook maatschappelijk relevant werk doet. In het geval van Mirto Laclé: zijn betrokkenheid bij het organiseren van conferenties op Aruba, zijn bijdragen aan het organiseren van activiteiten in de Biblioteca Nacional di Aruba, met o.a. boekpresentaties van schrijvers van onze eilanden. En Frank Martinus Arion heeft ondanks veel tegenwerking en tegenslagen de eerste school met Papiamentu als voertaal op Curaçao opgericht – een primeur in de wereld; later werd hij tot Professor linguïstiek aan de University of Curaςao benoemd. Hij heeft mij ook begeleid bij het schrijven van mijn masterscriptie.

In mijn geval ging het er heel anders aan toe dan bij Mirto en Frank. Ik ging in 1972 in Nijmegen studeren terwijl Pieter in datzelfde jaar van Yale waar hij Spaans had gestudeerd, naar Amsterdam verhuisde waar hij zijn studie vervolgde en vervolgens promoveerde. Pas drie decennia later, in 2009, bracht Frank Martinus Arion mij in contact met Pieter. Later moedigde Frank mij aan om bij Pieter te promoveren. “Je moet nu iets groter gaan doen”, herhaalde hij vaak.  

In 2016 zette ik de eerste stap daartoe en bezocht Pieter bij de Radboud Universiteit in Nijmegen. Die dag bracht hij naast het belang van een theoretische onderbouwing van een proefschrift ook het belang van de maatschappelijke relevantie daarvan ter sprake.

Wat mij toen tevens opviel, was zijn sociale vaardigheid of beter nog zijn menselijkheid en integriteit. Omdat ik wist dat hij Papiamentu had gestudeerd en onderzocht had ik hem eerder per post mijn eerste boek toegestuurd, een vertaling in het Papiamentu van The Prophet van Khalil Gibran (CDL Press, University of Maryland, 2014). Toen ik zijn kantoor in het torenhoge gebouw van de Radboud (het zogenaamde “talenlab”) binnenkwam, zag ik tot mijn verbazing dat hij het boek naast zich had. Ik heb Pieters belangstelling en waardering die hij voor je werk toonde heel erg gewaardeerd.

Ik had verder ook een boekje over de Joodse woorden in het Papiamentu voor hem meegenomen. Ik had daar twee exemplaren van en omdat ik zoals de gewoonte hier is, “no yega ku man bashí” (niet met lege handen wilde komen), heb ik hem dat gegeven. Zijn reactie vergeet ik nooit: “Dank je wel, ik had deel 1 al, maar dit deel nog niet.” Hij wees een boekenkast links in zijn kamer aan. “Wat je op die rekjes ziet, heb ik van Papiamentu. De laatste tijd hebben we wat minder aan jullie taal gedaan. Maar dat zal binnenkort wat meer worden.”

Zijn bescheidenheid viel me op. Hij had ook voor Papiamentu zoveel gedaan, en toch schepte hij niet op.

Wat mij verder bovenmate verbaasde, was zijn oprechtheid: “Je kunt bij mij promoveren, dat is geen probleem. Als je je promotie hebt voltooid, ben ik net 70 jaar. Dus dat zal wel lukken. Maar ik wil dat je dit goed overweegt, of je het zeker wilt doen. Je zult je min of meer vier tot vijf jaar moeten afzonderen van je normale sociale leven. Denk er dus eerst een jaar over na.”

Hij had zelfs al een voorlopig thema voor mijn proefschrift bedacht. Elk detail verzorgd.

Geen wonder dat Professor Marco Martos uit Peru mij na Pieters overlijden het volgende schreef: “A mi mesa de trabajo llegan las noticias de la calidad de ese profesor.” (Aan mijn werktafel ontvang ik berichten over de kwaliteit van die professor.) En dat Rosa, een inheemse uit Ecuador, mij schreef: “Ese profesor que muestra tanto interés en kichwa hace que ahora me sienta orgullosa de mi idioma indígena.” (Die professor die zoveel interesse toont voor Kichwa heeft ervoor gezorgd dat ik me nu trots voel op mijn inheemse taal.)

Ik begon me na dit bezoek aan Pieter op mijn promotie voor te bereiden door onderzoek te doen en materiaal te verzamelen. Ik bestudeerde verschillende boeken van Pieter (De Toren van BabelPidgins and Creoles)en enkele van zijn artikels. Het liep echter heel anders af dan ik had gedacht. Na ongeveer een half jaar schreef ik hem dat ik er wegens onvoorziene persoonlijke omstandigheden helaas van moest afzien. Ik dacht dat dit de laatste mail zou zijn. Pieter vroeg mij echter om hem op te hoogte te houden van eventuele berichten.

Ik promoveerde dus niet bij Pieter zoals Frank dat zozeer wenste, maar hij heeft mij wel literair, poëtisch en linguïstisch beïnvloed. Ik zette een vleugje van de linguïstiektheorie om in poëzie. Pieter wist onder alle omstandigheden de sterke punten van iedereen naar boven te halen!

Mijn maatschappelijke bijdrage, zoals Pieter die in 2016 heeft aangestipt, is volgens mij dat ik veel taalgerelateerde gedichten ging schrijven die vaak in de krant Amigoe werden gepubliceerd, hetgeen een verdere maatschappelijke discussie over moedertaal teweegbracht. In mijn maatschappelijk geëngageerd poëziebundel Gedicht zijn ook een paar moedertaalgedichten opgenomen. Enkele daarvan heb ik aan Pieter of Frank opgedragen. In 2019 verscheen de tweetalige bundel Geef me je taal. Dat ik je beter versta/Duna mi bo idioma pa mi por komprondé bo mihó, opgedragen aan Pieter Muysken en Frank Martinus Arion, twee grote linguïsten, een van overzee en een van mijn eiland, Curaçao.

Pieter heeft drie van mijn moedertaalgedichten vertaald en deze met zijn eigen vertaling in het Nederlands, helemaal uit zichzelf, op Stemmen van Afrika geplaatst. Dat hij ook graag, waarschijnlijk in zijn vrije tijd, bepaalde gedichten vertaalde, is onbetwistbaar.

Al in 2018, terwijl ik bezig was met het boek Geef me je Taal. Dat ik je beter versta, waar hij overigens niks van afwist, kwam hij met een innovatief projectvoorstel. Het begon als een zaadje, en groeide uit tot een plant. We waren bezig aan de derde revisie. Pieter, weet dat ik het mede namens jou als coauteur en gids zal afronden.

Ik ben blij dat ik hier van het oorspronkelijke gedicht “Lenga di Mama”, dat ik voor de Internationale Moedertaaldag in 2014 schreef, de volgende twee vertalingen in het Afrikaans (Annalize van ‘t Zand) en het Nederlands (Pieter Muysken) kan opnemen. Verder heb ik voor Voertaal ook twee andere passende gedichten uit het boek Geef me je Taal. Dat ik je beter versta uitgekozen. Deze twee gedichten, “Geef me je Taal” en “Jouw Blik” hebben betrekking op Pieters werk als bruggenbouwer, als iemand die zich interesseerde en zich met passie inzette voor de conservering van talen, zelfs die van de piepkleinste minderheden.

Afrikaans:

Moedertaal (Huistaal)

Daar is meer as 6.000 tale
wat op aarde bestaan
– die meeste van ’n minderheid –
maar dit is jy, Papiamentu,
wat die taal is
van my hart

Dit is in jou
wat ek kan uitdruk
die fynste besonderhede van doer ver
wat klink soos musiek,
note en melodieë wat miskien
in ander tale nie eers bestaan nie

Daar is meer as 6.000 tale
wat op aarde bestaan,
maar dis my moedertaal
wat my pa en ma my met die paplepel ingegee het
wat ek die meeste koester,
wat ek diep in my hart bewaar

Daar is meer as 6.000 tale
wat op aarde bestaan,
maar dis net in Papiamentu
dat ons geskrifte skryf
dat internasionale meesterwerke
vertaal word
sodat ons ons moedertaal
kan verhef tot daardie hoogte

Soos ’n boer wat op sy land
nie alleen maar plant
mielies sonder soet patat,
papaja, suursak en kalbas
om later ’n verskeidenheid te oes,
so moet ons ook koester
en beskerm elke taal
wat hier op aarde bestaan,
selfs al is dit van ’n minderheid
en al is dit ook piepklein

                                    Vertaling: Annalize van ’t Zand

Nederlands:

Moedertaal

Meer dan 6.000 talen
zijn er in de wereld
– de meeste van een minderheid
maar jou , Papiamento,
heb ik het dichtst
bij mijn hart

In jou juist
kan ik terecht voor
de aller-fijnste details
die klinken als muziek,
toon en melodie die misschien
in de andere talen niet bestaan.

Meer dan 6.000 talen
zijn er in de wereld
maar mijn moedertaal
die liefdevol mijn vader en moeder
me met de lepel hebben ingegeven
die houd ik meest in mijn hart vast

Meer dan 6.000 talen
zijn er in de wereld
maar in het Papiamento
schrijven we literatuur,
in het Papiamento vertalen we
de wereldliteratuur,
om onze moedertaal
ginder hoger op te tillen

Zoals een boer op het land
niet alleen maïs plant
maar ook zoete aardappels
papaja, zuurzak en kalebas
om morgen verscheidenheid te oogsten,
zo moeten wij ook elke taal
koesteren en beschermen
die in de wereld bestaat,
al is het van de piepkleinste
minderheid, de taal!

                                    Vertaling: Pieter Muysken

Geef me je taal

Geef me je taal
dat ik kan doordringen in haar
totdat alle grenzen
tussen ons vervagen

totdat alle taalelementen
tot oertaal samensmelten
opdat we nimmer meer
woorden of zinnen zullen missen
wanneer we met elkaar willen spreken
Zoveel als een enkele regendruppel
betekent voor de zee en de hemel
Zoveel vertelt
een enkele taalwenk
wat ik voel of denk.

Jouw blik

Het intense in je blik, op je gezicht
doet mij wegdromen, wegen die jij in je leven
hebt betreden
of gelopen
tot ongekende hoogten
Over stoffige Sahara paden
lommerrijke plaatsen in de oase,
mogelijkerwijs het paradijs,
koude asfaltwegen door grote steden,
je moest er wezen,
taalstormen
heb je getrotseerd
tot ver over de grote zee
Je blijde en bedroefde tranen
misschien wel meer bij de Afrikanen en Indianen,
zoetzoute zoenen hebben intense groeven getekend
in je vooruitziende blik
In je gezicht lees ik de taal- en cultuurgeschiedenis
van inheemse culturen en nog heel veel meer
van het verleden en heden,
van morgen wellicht:
in het creatieve perspectief misschien,
het vooruitzicht al een beetje getekend.

[overgenomen van Voertaal.nu, 23 april 2021, waar ook andere herinneringen aan Pieter Muysken worden opgehaald.]

Your comment please...

  • RSS
  • Facebook
  • Twitter