Peggy wil niet bijten
Jeugdverhaal over een vampier die geen bloed lust
Eindtekst Schrijversvakschool Paramaribo
door Iraida van Dijk–Ooft
Peggy Piervam wil niet bijten, maar eigenlijk moet ze wel, ze woont aan de Engedingenstraat in spookhuis 74. Ja, daar woont ze met vader, moeder en Peer, haar grote broer. O ja, oma Piervam woont er ook, oma is een oppervampier. Ze weet alles, ze is wel zevenduizend jaren oud. Peggy is bijna zeshonderd, dat is jong voor een vampier. Ze zit op de Gewonemensenschool, dat mag voorlopig nog. ‘Totdat jij gaat bijten!’ zegt papa. Wanneer haar vampierentanden doorkomen, dan wordt het te gevaarlijk voor de kindjes op school. Ze zou maar een hapje van een vriend of een vriendin lusten! Peggy borstelt en flost en gorgelt en stookt, vijf keren per dag. Ze ruikt altijd heel fris naar tandpasta.’ s Avonds controleert ze haar tanden. Een voor een pakt zij ze tussen duim en wijsvinger. Als haar vingers niet meer glibberen, want wat is het glad in haar mond, schudt ze, twee keren aan elke tand. Ze praat ook wel tot haar tanden, precies zoals zij mama tot de planten heeft zien doen en dan niet van groei, groei, groei. Maar, meer van stop, stop, stop. Tanden wisselen hoeft voor haar niet, want Peggy wil niet bijten. Zij heeft het namelijk veel te leuk op school. Ze heeft vrienden en vriendinnen en ze is gek op juf Roos, de klassejuf. Van juf Roos krijgt ze altijd complimentjes. Het is niet moeilijk mooie cijfers te halen als je al zeshonderd bent.Het is avond, Peggy moet naar bed. Ze staat in de badkamer. Niet voor de spiegel, in de spiegel ziet ze niks. Gewoon, midden in de badkamer staat ze. Twee vingers in haar mond. Haar linkerhand hangt slap langs haar zij. Tranen in haar ogen. Ze knippert ze niet eens weg, ze kan zich niet bewegen. ‘Schiet op nou, schatje. Kistje toe… W-Wat is er?’ mama komt de badkamer binnen, geschrokken blijft ze staan. ‘Heeft iemand je geplaagd? Wat is er dan?’
Lees hier verder op de blogspot van de Schrijversvakschool