blog | werkgroep caraïbische letteren

Paramaribo bloeit en vervalt, maar niet in alles (3 en slot)

door Michiel van Kempen

Leken de boekhandels vijfentwintig jaar geleden op bijna uitgestorven antiquariaatjes, er is nu een heus antiquariaat bijgekomen. Het staat op een hoek van het Kerkplein.

boekhandel Kerkplein (3)

Dit centrale stadsplein, gedomineerd door de Hervormde Kerk, kende een concentratie van nutsbedrijven: het gaskantoor, een bank, het postkantoor, het warenhuis Glans, een accountantskantoor. Ik ging er altijd naar mijn kapper, een salon met zo’n cilinder met rood-wit-blauwe strepen aan de gevel, gehuurd door een beminnelijke hindostaan die oude mannetjes en ook mij met kraanwater bestuifde, die knipte en schoor en die volgens mij geen enkel fancy artikel verkocht. Hij zit er niet meer, hij is verhuisd naar de Indira Gandhiweg, en dat is maar goed ook, want zijn kapsalon zou donker zijn geworden door het enorme vijf verdiepingen hoge hotel dat in aanbouw is op de plaats van het warenhuis Glans. Glitter in plaats van Glans.

boekhandel Kerkplein (1)

Het antiquariaat zit op de andere straathoek, straalt de aangename sfeer van een bruin café uit en telt zowaar een kast Surinaams. Het meeste is redelijk betaalbaar. Ik vraag me af of hier de gemiddelde boekenkoper (niet-toerist) wèl terecht kan met zijn budget.
Met de aankoop van een oudere, mij onbekende verhalenbundel stap ik naar buiten. Boven de ingang van het accountantskantoor, waar mijn sympathieke oude vriend René de scepter zwaaide – hij, deel van de oude, beschaafde, niet-schreeuwende, hardwerkende betere middenstand -, hangt een geschilderd bord: Ministerie van Financiën. Een dame in bruin uniform is zeer behulpzaam, maar kan mij niet vertellen waar het accountantskantoor naartoe is verhuisd. ‘Maar vraagt u die wachter op het parkeerterrein-naast.’ In de gloeiende middagzon steek ik tussen de geparkeerde auto’s door het terrein over naar het wachtershokje, waar zich een suffende, enigszins weggezakte manspersoon in bevindt. Maar hij schiet meteen in zijn rol van waakzame herder. Ook hij is behulpzaam. Ja, hij weet waar het kantoor van mijn vriend naartoe is verhuisd: ‘Jaggernath Lachmonstraat, naast de Moederbond.’ Ik bedank hem vriendelijk en verwijder me van zijn hete wachtershokje. Als ik op een tiental meters ben en overdenk hoe ik naar mijn vriend kan komen, hoor ik de parkeerwachter nog iets zeggen en ik draai me om. Dan herhaalt hij: ‘Hij lacht altijd!’

 

boekhandel Kerkplein (2)

Foto’s © Michiel van Kempen

Your comment please...

  • RSS
  • Facebook
  • Twitter