Ontaard museum
door Walther Schoonenberg
In een tekst op zijn website verklaart het Amsterdam Museum zeer geschokt te zijn door ‘het heftige geweld tegen onschuldige burgers in de Palestijnse gebieden en Israël’. Volgens het museum is er door de ‘ernstige escalatie van het geweld […] een acute humanitaire crisis voor de mensen in Gaza, waarvan bijna de helft kinderen.’ En er is een diepere oorzaak, want het drama duurt al ‘ruim 75 jaar’. De oplossing: een duurzaam vredesproces. Nu meteen: ‘een wederzijds staakt-het-vuren, het toelaten van noodhulp voor Gaza, de vrijlating van alle gijzelaars, en de handhaving van internationaal recht en internationaalrechtelijke uitspraken.’ Het museum acht het van belang ‘in deze tijden barmhartig naar elkaar te zijn, juist in een stad als de onze’.
Daarin schiet de verklaring zijn doel voorbij, want voor één partij, de Joodse, komt de verklaring allesbehalve barmhartig over. De terreuraanslag van 7 oktober, waarin 1200 mannen, vrouwen en kinderen werden gemarteld, verkracht en afgeslacht, wordt immers niet eens genoemd. Had de verklaring niet met de grootste moord op Joden na de Holocaust moeten beginnen? Het is een typische ja-maar verklaring en gaat zelfs nog een stap verder. De schuld ligt, suggereert het museum, geheel bij de Joodse staat die al 75 jaar bestaat. Israël mag zich klaarblijkelijk niet verdedigen tegen Hamas. De organisatie wordt niet eens genoemd. Nu om een wapenstilstand vragen, betekent: zeggen dat Israël de wapens moet neerleggen.
Lees verder op de NIW-website, 3 december 2023