blog | werkgroep caraïbische letteren

Onderzoek moet stadsslavernij Suriname blootleggen

PARAMARIBO – “Ieder plantagesysteem was afhankelijk van een stad, een bestuurlijk centrum. En in die stad had je ook slavernij en dat was ook zo in Suriname.” Dat stelt Karwan Fatah-Black in een persbericht van het Nationaal Informatie Instituut (NII). Het Nationaal Archief Suriname (NAS) hield in samenwerking met de studierichting Geschiedenis van de Faculteit der Humaniora een lezing over slavernij, die door Fatah-Black werd ingeleid.

 

Karwan Fatah-Black, achter het spreekgestoelte, luistert naar een vraagsteller tijdens zijn lezing over slavernij in Suriname. Foto: Irvin Ngariman

Hij is docent aan de universiteit van Leiden. Het college bij het NAS had als titel: Eigendomsstrijd over slavernij, manumissie en emancipatie in Paramaribo. De docent verricht onderzoekingen en verzorgt ook onderwijs over de Nederlandse koloniale geschiedenis in het bijzonder de slavernij. Hij zegt dat er in het onderzoek in de slavernij altijd gekeken werd naar de plantages, maar niet naar het systeem dat zo een plantage bezat.

Volgens hem is stadsslavernij altijd buiten beeld gebleven bij historici. “Dat wil ik ook veranderen, omdat in die stad een vrije gemeenschap ontstond van gemanumitteerden, vrijgelatenen, die een weg naar vrijheid hadden gevonden en die eigenlijk de basis zijn gaan vormen van de groep die we vroeger wel stadscreolen noemden, dus de stedelijke Afro- Surinamers. En de geschiedenis van die stadsgemeenschap ontbreekt nog in de geschiedenisboeken”, laat Fatah-Black zich in het persbericht ontvallen.

Tanya Sitaram, hoofd Publieke Diensten van het NAS, ervaart het als positief dat er onderzoekers zijn, die graag meer over de Surinaamse geschiedenis willen vertellen en/of schrijven. Daarvoor is het Nationaal Archief er om de primaire bronnen te bieden. “Het is natuurlijk goed dat buitenlandse onderzoekers over Suriname onderzoek doen met de archieven, maar uiteindelijk is het onze geschiedenis en wij moeten het ook schrijven en herschrijven”, zegt Sitaram.

Zij doet daarom een oproep op studenten en een ieder die geïnteresseerd is in de geschiedenis van Suriname. “Kom naar het Nationaal Archief en maak gebruik van die primaire bronnen die hier zijn en probeer ook vanuit jouw perspectief onderwerpen te belichten. Ook al is er al een onderzoek gedaan daarover. Je weet maar nooit wat jouw perspectief naar voren kan brengen of wat dat nieuwe is dat jij kunt vinden”, benadrukt Sitaram.

[uit de Ware Tijd, 05/03/2019]

Your comment please...

  • RSS
  • Facebook
  • Twitter