blog | werkgroep caraïbische letteren

Oedipus in Curaçao

Joseph Hart: Election Dance (2006) / Verkiezingsdans (2013) in het Nederlands vertaald

door Wim Rutgers

“Ik heb de kwade geesten van mijn verleden begraven en ben klaar om mijn land te dienen.” (Joseph Hart: Verkiezingsdans p. 524)

Literaire interpretaties zijn nooit ‘af’ of definitief. Een gedrukte tekst ligt vast in letters, woorden en zinnen op een aantal pagina’s tussen voor- en achterkaft van een boek, maar een gelezen tekst is steeds weer de levende dialoog van lezers met die gedrukte woorden, waaraan deze lezers vanuit hun lezerspersoonlijkheid met hun lees- en leefervaring eigen individuele betekenis en waarde toekennen.

Recensies van nieuw verschenen boeken vertonen dan ook vaak diametraal verschillende visies op een en dezelfde gedrukte tekst. Die verschillen kunnen voortkomen uit persoonlijke smaakverschillen, maar zijn ook gelegen in variatie in tijd en ruimte. Boeken raken bijvoorbeeld na verloop van tijd in ongenade of worden pas later populair en gaan dan een alsnog een nieuw leven tegemoet. In verschillende talen en culturen kunnen boeken op verschillende wijze gelezen en geïnterpreteerd worden: Wat de lezer niet kent dat lust hij niet.

Wie boeken op een later tijdstip herleest krijgt ook met het verschijnsel van deze nieuwe dialoog met een toch reeds bekende tekst te maken. Met de vertaling door Joseph Hart zelf van zijn in 2006 verschenen debuutroman Election Dance en de recente vertaling daarvan als Verkiezingsdans nam ik de proef op de som. Zouden mijn interpretatie en mijn waardering nog dezelfde zijn? Ik schreef zeven jaar geleden een reactie maar ging nu fris en onbekommerd opnieuw te werk zonder mijn mening van toen te verifiëren – een hachelijke zaak?

Politiek

Aan het eigenlijke verhaal vooraf geeft de verteller in de vorm van een ‘opdracht’ zélf al aan hoe hij zijn roman gelezen wil hebben als “een uiting van hoop voor mijn land.” Ziet de(ze) lezer dat ook zo?

In de drie delen van de meer dan vijfhonderd pagina’s tellende roman beschrijft de verteller het leven van de bevlogen docent Matthew die met een aantal vrienden een discussiegroep start, die het doel heeft de noodzakelijke politieke en sociale vernieuwing op het eiland door te voeren. Hem wordt gevraagd zich met die ideeën bij een progressieve politieke partij aan te sluiten. Naarmate de verkiezingen naderen bestrijden politiek progressief en conservatief elkaar somtijds letterlijk op leven en dood. Zo kan het verhaal politiek gelezen worden als een roman die een visie vertolkt op een politieke verkiezingsstrijd, met thrillerachtige aspecten van doodsbedreigingen en maffiapraktijken.

Corruptie

Het verhaal opent met een kort hoofdstuk waarin een jonge bolita-slikker op Hato om het leven komt. Naast de politiek spelen ook drugs en criminele witwaspraktijken van een kartel met tentakels in Colombia, Curaçao en Nederland een grote rol. Corruptie heeft ook zijn grijparmen in de politiek, naar blijkt. Maar er is hoop. In het verhaal zijn de schurken schurk en moeten hun wandaden derhalve met hun leven bekopen en wint het goede als ‘uiting van hoop voor het land’. In zoverre is de ‘opdracht’ een duidelijke handreiking.

Jeud en volwassenheid

Daarnaast zag deze lezer vooral de strijd en ontwikkeling die de hoofdpersoon, naarmate het verhaal vordert, door veel spanning en strijd doormaakt, tot hij zijn uit zijn jeugdervaringen voortkomende persoonlijke crisis leert erkennen en overwinnen. Dan lezen we het verhaal vooral als een psychologische roman waarin de hoofdpersoon na intense zelfstrijd overwint: “Ik heb de kwade geesten van mijn verleden begraven en ben klaar om mijn land te dienen.”

Matthew Bartels is een bevlogen docent in het voortgezet onderwijs en aan de universiteit van Curaçao. Zo is dit verhaal ook een voorbeeld van een subgenre als de docentenroman. Hij redt zich bij zijn bevlogen ideeën rond onderwijs en maatschappelijke vernieuwing niet zonder de hulp van zijn vrienden en discussiegenoten, waarbij vooral collega en vriendin Thelma een wel heel belangrijke rol krijgt toebedeeld: een verhaal van vriendschap die liefde wordt?

Liefde en seks

Hoofdpersoon Matthew realiseert een bliksemcarrière als populair politicus en wordt daarom een magneet voor veel vrouwelijk schoon, waar hij bepaald niet ongevoelig voor is. Relaties en seks spelen een belangrijke rol in het verhaal maar als een love story zou ik het toch niet willen zien, al is dat wel een belangrijk motief. Op jonge leeftijd werd Matthew seksueel al ingewijd door de dienstmaagd en was hij zijns ondanks getuige van de wrange relatie die tussen zijn ouders bestond. Zijn vader was een incestueuze dronkaard die zijn dochter misbruikte en zijn vrouw in zijn delirische toestanden seksueel vernederde. Matthew haatte als een klein oedipusje zijn vader en hing aan zijn moeder, een afwijking waaraan hij op later leeftijd nog bijna te gronde gaat omdat het hem nachten van demonische dromen bezorgt. Hier dienen zich dus intertekstuele interpretaties van het verhaal aan, waar een feministische benadering ook niet onmogelijk zal zijn. Joseph Hart draagt zijn roman bovendien op aan de vrouwen van Curaçao, die “ondanks alles doorgaan, elke dag tegen de verdrukking in wonderen (te) verrichten.”

Kortom: één verhaal en talrijke mogelijkheden en invalshoeken om het te lezen. Wat me bij herlezing opviel was vooral het oedipus-thema, omdat zijn haat-liefde tot zijn ouders een veel centraler plaats in het verhaal inneemt dan ik me herinnerde. Die jeugdige haat-liefde bepaalt in sterke mate Matthews leven als volwassene in zijn huwelijk in Nederland én zijn relatie tot zowel zijn grote liefde voor de moeder van een van zijn leerlingen, tot hij eindelijk de ware liefde ontdekt. Aanvankelijk lijkt Matthew met zijn charismatische politieke stijl wel een superman, tot zijn traumatische  ervaringen uit zijn jeugd zijn ondergang dreigen te worden, die hij echter door vriendschap en het vermogen echte liefde te geven en te ontvangen overwint.

Tot zover gekomen, herlas ik mijn reactie uit de Amigoe – Ňapa 23 IX 2006, waaruit mijn manier van lezen in grote lijnen consistent bleek, al gebruikte ik daar wat meer details. Gelukkig maar?

Deze reactie van mijn kant is niet minder maar ook niet meer dan een voorstel om Joseph Hart: Verkiezingsdans op eigen wijze te gaan lezen. Want daar gaat het immers om in de literatuur?

Joseph Hart: Verkiezingsdans

Haarlem: In de Knipscheer

2013

533 pagina’s

ISBN 978 90 6265 836 7

www.indeknipscheer.com

[uit Antilliaans Dagblad, 10 april 2014]

Your comment please...

  • RSS
  • Facebook
  • Twitter