Oda Blinder en haar stem
door Klaas de Groot
Op dit moment wordt er gewerkt aan een bundel met, onder andere, gedichten die Maria Yolanda Corsen (Curaçao, 10 november 1918 – 30 juli1969) in 1968 ooit heeft voorgelezen voor een geluidsopname. De oorspronkelijk bandopname werd overgezet naar een cassette en die is inmiddels gedigitaliseerd. De uitgave verschijnt inclusief een geluidsdrager, zodat de lezer kan genieten van de stem van de dichteres.
Een zeer eigen stem zonder declameertoon. Een deel van die gedichten stond eerst onder het pseudoniem Oda Blinder in het Curaçaose literaire tijdschrift De Stoep. Ze werden later, samen met andere gedichten gepubliceerd in de bundel “brieven van een curaçaose blinde” en andere gedichten (Heerlen 1968, Winants). Ook zal in de aanstaande uitgave een reeks prozagedichten worden opgenomen, waarvan een deel eerder werd gepubliceerd in Verzamelde stilte (Amsterdam 1981, Meulenhoff) . De hele reeks dook een paar jaar gelden op als typoscript. Bovendien wordt er plaats ingeruimd voor vertalingen van haar gedichten.
Maar niet alle te beluisteren poëzie is eerder gebundeld. Een getypt kwatrijn kwam een jaar geleden te voorschijn, twee andere gedichten doken ook op. Maar hiermee is nog niet alles getraceerd. Aan het eind van de opname zijn twee gedichten te horen die nog nergens te lezen zijn, alleen het geluid bestaat. Nummer 34 heeft geen titel en bestaat uit drie kwatrijnen. De eerste zin luidt: ‘Te vroeg heb ik de nacht ontdekt’.
Ook nummer 35 kreeg geen titel en heeft twee kwatrijnen. Het eerste gaat als volgt:
Je kus is een vergeelde maan,
verpulverd door mijn adem.
Een parende lianendans
zijn onze armen.
De grote vraag is nu: is er iemand die deze regels herkent en ze op papier heeft? De maker van de uitgave en de uitgever (In de Knipscheer, Haarlem) vernemen het graag. Een beloning voor het zoeken is er ook: een gratis exemplaar van de bundel bij publicatie.
NB voor meer informatie: zie de andere berichten over Oda Blinder op deze blogspot, klik hier.