blog | werkgroep caraïbische letteren

Informatiedieet

door Anil Ramdas

Volgens Rolf Dobelli is nieuws voor de hersenen wat suiker is voor het lichaam. Het verteert snel, maar verzadigt niet. Vooral de overvloed aan nieuws baart hem zorgen. Daarvoor bestaat naar zijn zeggen maar één remedie: een informatiedieet. Dat klinkt redelijk, maar pas op. Dobelli houdt niet van halve maatregelen. Hij pleit voor een radicale oplossing. Sluit je af van nieuws. Ontgiften is alleen mogelijk via cold turkey. Dobelli serveert de positieve effecten van deze methode royaal uit. Geen nieuws meer toelaten betekent meer tijd overhouden, minder last hebben van chaos en stress, en een grotere kans op het verwerven van inzichten die de waan van de dag overstijgen.

In zijn essay ‘Avoid News’ wordt Dobelli niet moe om uit te leggen dat nieuws ons uit onze concentratie haalt, ons evenwicht en ritme verstoort en ons misleidt. Hij stelt dat nieuws per saldo nauwelijks invloed heeft op het nemen van belangrijke beslissingen. Nieuws beperkt namelijk ons begripsvermogen, want de gepresenteerde feiten mogen doorgaans juist zijn, de draden die de feiten bij elkaar houden, blijven even zo vaak aan het zicht onttrokken. De onderliggende processen en ‘het grote verhaal’ worden ons onthouden, waardoor ons denken wordt afgevlakt en ons geheugen ondermijnd.

Het is een verleidelijke gedachte: geen kranten meer, geen radio en televisie, geen internet, geen e-mail, geen sociale media. De mogelijkheid om in alle rust over grote vraagstukken na te denken en de kwesties van deze tijd diepgaand te beschouwen, bezit onbetwist een zekere aantrekkingskracht en charme. Ons met toewijding overgeven aan weidse bespiegelingen beantwoordt aan ons verlangen naar onthaasting en onze behoefte om door te dringen in de mysteries van het leven.

Behalve iets filosofisch – zo men wil romantisch – bezit Dobelli’s pleidooi ook iets onwerkelijks. De menselijke geest op afstand houden van zijn directe omgeving om diezelfde omgeving beter te kunnen doorgronden, lijkt het paard achter de wagen spannen. Het ligt immers meer voor de hand dat je een samenleving pas kunt begrijpen als je voeling houdt met verwikkelingen en gebeurtenissen waarover leden van die samenleving met elkaar in gesprek zijn en waarvan media verslag doen.

Zou je zonder kranten te raadplegen en het internet te gebruiken je een goed beeld kunnen vormen van de hedendaagse Surinaamse samenleving? Sommige mensen zullen die vraag bevestigend beantwoorden. Zij zullen het niveau van de journalistiek laken, de betrouwbaarheid van het internet in twijfel trekken en de informatievoorziening als gebrekkig afdoen. Nieuws is in de ogen van deze sceptici altijd partijdig, onderhevig aan manipulatie en ten diepste een werktuig van machthebbers die eerzame burgers zand in de ogen willen strooien om zelf het heft in handen te kunnen houden. Aan mensen die deze opvattingen zijn toegedaan, is de oproep van Dobelli welbesteed.

Ik kan mij geen dag voorstellen dat ik niet het internet afschuim op zoek naar actuele informatie over Suriname. De tijd dat ik mij moest behelpen met pakketjes kranten die mensen per post aan mij opstuurden of na een verblijf in Suriname voor mij meenamen, ligt inmiddels ver achter ons. Het verkrijgen van inlichtingen over een afstand van 7500 kilometer verloopt tegenwoordig vele malen minder omslachtig en kostbaar vergeleken bij twintig jaar geleden. Surinaamse kranten en Surinaamse radio- en televisiestations zijn thans 24/7 via het internet toegankelijk. Ook dankzij andere informatiekanalen worden wij deelgenoot gemaakt van ontwikkelingen die zich momenteel in Suriname voltrekken en waar wij dagelijks kennis en inzichten aan kunnen ontlenen.

Niet alleen journalisten en wetenschappers laven zich aan nieuwsbronnen en maken er dankbaar gebruik van. Ook in de letterkunde en de kunst is nieuws een bron van inspiratie en een vertrekpunt voor reflectie. Veel Surinaamse schrijvers – essayisten, romanschrijvers en dichters – bestaan bij de gratie van hun antenne voor nieuws. Anil Ramdas is een bekend voorbeeld van dit type schrijver. Zijn Badal was in 2011 de roman die mij stilistisch het meest bekoorde en mij inhoudelijk het vaakst tot tegenspraak uitnodigde. Dat er romantechnisch het nodige aan het werk schort, doet er hier even niet toe. Het boek ademt nieuws, wordt bevolkt door personages die leven van nieuws en is geschreven door een auteur die een voorliefde heeft om creatief te abstraheren van nieuws.

Natuurlijk heeft Dobelli een punt als hij zich afzet tegen de informatie-industrie die ons tot willoze consumenten probeert te degraderen en ons in slaap tracht te sussen met zielloos vermaak en nutteloze weetjes. Het kost weinig moeite om een paar Surinaamse media te bedenken die hun publiek op deze wijze wensen te benaderen. Maar Dobelli heeft wel erg weinig vertrouwen in het menselijk vermogen tot selectie, analyse en duiding. Anders dan hij ons wil doen geloven, weten veel mensen wel degelijk hun weg te vinden in de wirwar van berichten en berichtjes waarmee wij dagelijks worden overspoeld. Bovendien vergeet hij dat aandacht voor nieuws aandacht voor het ‘grote verhaal’ achter dat nieuws niet uitsluit. Sterker, serieuze journalisten en kritische nieuwsconsumenten beschouwen deze lagen als onderdeel van hetzelfde verhaal en staan erop dat de media het geheel tegen het licht houden. Dobelli ziet ten slotte nog iets anders over het hoofd. Goed geïnformeerde burgers zijn de kruipolie van een soepel functionerende samenleving. En van een levende democratie. Laten we nog even wachten met ontgiften.

Het essay van Dobelli is hier te vinden

Your comment please...

  • RSS
  • Facebook
  • Twitter