Nieuwe roman van Denis Henriquez: ‘Het boek van het lot’
door Wim Rutgers
Na een publicatiepauze van zo’n vijftien jaar heeft Denis Henriquez (Aruba 1945) zijn schrijftalent bevestigd en verdiept met zijn onlangs verschenen vierde roman Het sterven van Rebacca Lopez Ikario, een verhaal over leven dat van de dood doortrokken is. Er wordt nogal wat gestorven in dit boek; het menselijk leven is vergankelijk.
Het verhaal bespreekt het wel en wee van twee families in een hechte gemeenschap van vrienden en buren uit Oranjestad tegen de achtergrond van een flink stuk geschiedenis uit de vorige eeuw. Centraal staat de hoofdpersoon Rebecca met haar twee zusters en het door haar opgevoede neefje Esteban, die een buitenkind is van een bekende zakenman op het eiland. Esteban “had geen boodschap aan Fiume en zijn kroost, geen haar op zijn hoofd die er aan dacht hem ooit de hand te gaan schudden. Zijn vader was een vrouw, een vrouw die ging sterven. Met haar dood zou hij zowel een vader als een moeder verliezen.” De literair traditionele ‘Vatersuche’ wordt in dit verhaal een bewustwordingsproces van de relatie met zowel de biologische moeder als de ‘moeder’ die de hoofdpersoon heeft opgevoed.
Rebecca wordt beschreven als een zelfstandige vrouw die weet wat ze wil en die door haar werk veel waardering in de gemeenschap verdient en ontvangt. Aan het begin van het verhaal is ze ernstig ziek, aan het einde ervan sterft ze: “Als een vlinder fladderde het nieuws langs de tuinen en huiskamers; het drong door tot de slaapkamers en stootte de hele straat uit balans.”
Wie het vorige werk van Denis Henriquez kent zal heel wat gegevens uit Zuidstraat, Delft blues en De zomer van Alejandro Bulos herkennen, maar ook uit de twee poëziebundels Kas pabow. Deze rijke roman overkoepelt als het ware al het vorige werk. In deze noodzakelijkerwijze beperkte bespreking geef ik enkele voorbeelden.
Structuur
Door heel het verhaal speelt ‘Het boek van het lot’ als een soort leidmotief een belangrijke rol, een ‘vergeeld geschrift dat haast uit elkaar viel van ouderdom’ waarin zelfs de ‘grote Napoleón zijn lot had gelezen’. Rebecca houdt ervan naar het casino te gaan en ze koopt ook lootjes waarvan ze de nummers nauwkeurig uitzoekt aan de hand van cruciale cijfers uit haar leven.
Ook de verteller speelt met cijfers. Het omvangrijke verhaal van ruim vierhonderd pagina’s is strak gestructureerd rond het getal drie. De roman telt drie delen van respectievelijk, drie, vier en opnieuw drie hoofdstukken, over de drie zussen Catarina, Josefa en Rebecca. De familiegeschiedenis van drie generaties is gesitueerd op drie locaties in Oranjestad in drie chronologische periodes uit nagenoeg de hele twintigste eeuw en het vertelheden, tegen de achtergrond van lokale, regionale en mondiale ontwikkelingen op sociaal, economisch en politiek gebied, zoals bijvoorbeeld in de beginzin van het tweede hoofdstuk: “Op de dag dat ook Nagasaki verwoest werd, ging de familie uit elkaar.” Zo komen de relatie met het zustereiland Curaçao, de sluiting van de raffinaderij en de status aparte, maar ook de Tweede Wereldoorlog in Europa, de daaropvolgende Koude Oorlog, de Cubacrisis en 9/11 bijvoorbeeld aan de orde.
Taal en stijl
Een dergelijke observatie geeft de indruk van een strak geconstrueerd verhaal, maar de lezer zal telkens weer verrast worden door de taal en de stijl ervan, waar door middel de luchtige verteltrant met originele en soms gedurfde beelden de ernst van de uitvoerig beschreven aftakeling van een sterke persoonlijkheid en het uiteindelijke sterven het verhaal een grote emotionele lading geven: “Rebecca zag het leven als een wild paard dat je alleen maar kon temmen als je wist wat je wilde. Liefde en trouwen was er niet bij, wel de zorg voor haar zusters en het kind dat ze onder haar gezag wilde kneden tot het juweel van haar toewijding.”
Door middel van taal en stijl bouwt de verteller op deze manier met woorden en beelden een verstandhouding met zijn lezers op. Het lezen van Denis Henriquez is daarom een feest. Wat te denken bijvoorbeeld van een beginzin als “Vele jaren later, liggend in haar ziekenhuisbed, was het dit huis met de grote oleanders waar de oude Rebecca aan dacht toen de schemering in haar hoofd optrok en ze een steek in haar zij voelde.” Zo zijn er meer op het verhaal toepasselijke intertekstuele verwijzingen, waarin de verteller een spel met zijn lezers speelt. Hoofdpersoon Esteban leest een detective van Raymond Chandler: The big sleep, Einstein: The Meaning of Relativity, Lévie Strauss: Het trieste der tropen, maar ook Kavafis: “Denkbeeldige en geliefde stemmen / Van hen die dood zijn, of van hen / Voor ons verloren als de doden. Zou Kavafis ook zo naast zijn stervende vader of moeder of naast een teerbeminde hebben gezeten? Aan wie heeft hij gedacht toen hij deze woorden op papier zette? Een gedachte schoot hem te binnen, iets wat hij al vaker gedacht had: alleen het persoonlijke is van waarde, alleen het persoonlijke is universeel. Alleen het persoonlijke is werkelijkheid, de wereld is een abstractie.”
Eiland
Het verhaal geeft een mooi beeld van de ontwikkeling van het kleine eiland in een grote wereld, een eiland met een eigen karakter dat vooral beschreven wordt in zijn veelzijdigheid van de mensen die er wonen in een vanzelfsprekende betrokkenheid op elkaar: een miniversie van vanzelfsprekende multiculturele eenheid ondanks al zijn verscheidenheid. Vanuit de verschillende personen beleven we de maatschappelijke ontwikkelingen van ‘onderaf’, vanuit het dagelijkse menselijke perspectief, zoals de wederwaardigheden op het eiland tijdens de Tweede Wereldoorlog, een oorlog die ook al in Delft blues werd genoemd. Daarin vindt de in Nederland studerende hoofdpersoon dat hij als Arubaan niets met de Tweede Wereldoorlog te maken had: ‘De oorlog was het privé-domein van Nederland’. Maar nu krijgt deze ook op Aruba beleefde oorlog in het eerste deel van Het sterven van Rebecca Lopez Ikario juist veel aandacht, veel meer dan dat de oorlog het eiland ‘hoogstens licht geschampt’ had.
Sleutelroman
Het verhaal heeft op veel plaatsen het karakter van een sleutelroman als onder weliswaar andere namen bekende personen van het eiland beschreven worden, met name in de politieke aspecten, zoals met de ‘donkere augustusdagen’ van 1977: Aruba’s dertigste mei 1969. Want het is ook een heel politiek boek geworden over de afscheiding van het eiland uit het Antilliaans verband: “in die tijd werd het eiland geregeerd door de Heilige Drievuldigheid. Je had om te beginnen God de Vader, dat was de Grote Leider. Hij had zichzelf tot Algemeen Adviseur van het eilandbestuur gekroond, zoals Napoleon zichzelf tot keizer kroonde. Daarbij kreeg hij steun van de Zoon en de Heilige Geest oftewel C&C.”
Tijd
Waar ik begon me de grote lijnen van het verhaal, wil ik aan het einde nog een opmerking maken over een ander structureel aspect, namelijk de behandeling van de in het verhaal beschreven tijdslijn. Heden en verleden wisselen elkaar voortdurend af, een procédé dat in het verhaal steeds toeneemt naarmate het ziekteproces van hoofdpersoon Rebecca vordert, als ze steeds meer in haar belevingswereld van het pijnlijke heden naar een gedroomd verleden vlucht in haar toenemende verdoving. Zo versterkt een literaire kunstgreep de inhoud en het hema van het verhaal op indringende manier.
Het verhaal beschrijft drie vrouwen als ‘laatste kinderen van een tijd die ter ziele was gegaan’ en is zo ook een ode aan het Aruba van weleer. De roman vertelt aan het begin van het concert dat de Argentijnse tango-zanger Carlos Gardel op het eiland in theater Gloria gaf, de zanger die ook in het romandebuut Zuidstraat geciteerd werd. Aan het einde van het verhaal wordt de zanger enkele keren opnieuw genoemd, wat het stervensproces van Rebecca ook een melancholische lading meegeeft. Zo bevat Het sterven van Rebecca Lopez Ikario naast een familiegeschiedenis over leven en sterven van een sterke persoonlijkheid ook een algemene geschiedenis over het levenslot van vele mensen die werkelijk gelééfd hebben.
Denis Henriquez: Het sterven van Rebecca Lopez Ikario
Baarn: Uitgeverij Marmer
2016
413 pagina’s
www.uitgeverijmarmer.nl