blog | werkgroep caraïbische letteren

Nieuw schoolmateriaal voor Suriname?

door Juffie

De afgelopen maand, met het begin van het nieuwe schooljaar, is er door de Surinaamse regering veel aandacht besteed aan de vernieuwingen en verbeteringen die zijn geïnitieerd in het onderwijs. De onderwijsstructuur is aangepast, “de nieuwe leerkracht” is geboren en het LBGO en haar stigma  zal gauw tot het verleden behoren. Veel meer aandacht is er besteed aan leermiddelen. Maar eigenlijk gaat het om slechts één leermiddel: het schoolboek.

Suriname kampt al decennia met het probleem van schoolboeken. Kopiëren en stencils maken en wéér kopiëren waren gewoon een cultuur geworden van het Surinaamse onderwijs. Nog erger is het feit dat er voor een aantal vakken decennia lang geen “nieuw” lesmateriaal is geschreven en zelfs geen enkele aanpassing is gepleegd. Niemand zal dus tegenspreken dat er een drastische aanpak moest komen op dit gebied.

De regering heeft de nieuwe bezending boeken als een worst voor de neuzen van niet alleen de leerkrachten en leerlingen, maar ook van de ouders en de hele gemeenschap gehangen. Er is een commissie afgevaardigd naar Nederland die een aantal uitgevers heeft benaderd, waarna er heel snel een zogenaamde “selectie” is gemaakt waaruit leerkrachten mochten kiezen welk boek ze geschikt vonden voor hun schooltype, etcetera, maar dit moest wel allemaal binnen één dag gebeuren!

Hoe de keuze precies gemaakt is, is onduidelijk, maar de boeken zijn gekozen, vervolgens op de een of andere manier “aangepast” aan Suriname, gedrukt en verscheept. Uiteindelijk, weken nadat de scholen reeds noodgedwongen waren begonnen met de oude boeken, werden de nieuwe boeken aangeleverd. Hoera! Geen pakjes kaarten meer en eindelijk geen praktisch onleesbare stencils meer met aantekeningen van generatie op generatie. Tenminste, dat dachten wij!

Niemand verwachtte overigens dat in één keer alle boeken vernieuwd konden worden, het was dus ook bekend dat alleen de onderbouw, en wel MULO 1 en LBGO 1 nieuwe boeken zouden krijgen. Verder zijn er niet voor alle vakken nieuwe boeken. Alleen Nederlands, Engels, Wiskunde, Natuurkunde en Rekenen zijn geheel vernieuwd. Ondanks er al een vernieuwing was in de methode Nederlands, die ook met succes werd gebruikt, is er toch gekozen om die helemaal te veranderen.

Nu moet ik even stilstaan bij het woord “methode”, omdat dit mijns inziens de grootste verandering is. Ieder vak wordt overgebracht op een bepaalde manier, die manier van kennisoverdracht noemen wij methode. Een vak kan uiteraard op verschillende manieren worden overgebracht op de leerlingen. Iedere uitgever en/ofschrijver heeft zijn eigen uitgangspunten of methodes. Om het boek (leermiddel) het best te gebruiken word je aangeraden de “methode” van het boek te hanteren. Methodes veranderen regelmatig om ze beter te laten aansluiten op de leerlingen en hun belevingswereld.

Dus moeten leerkrachten regelmatig worden bijgeschoold met betrekking tot de vernieuwingen van methodes binnen hun vak. Dit is in Suriname echter niet het geval. Het is al tijden zo dat de docentenopleidingen in Suriname heel strak de nieuwste vakdidactiek als uitgangspunt hanteren en de docenten daarop toetsen. In de praktijk blijkt er echter geen enkele mogelijkheid om deze uit te voeren. Een nieuwbakken leerkracht die differentiatie wil toepassen in een klas, zal al gauw de Inspectie op bezoek krijgen, die hun “schriften” nauwkeurig komen nakijken op zoek naar fouten!

Een leerling op een andere manier toetsen en hem binnen de groep laten (differentiatie dus), mag niet! Maar dat zegt die nieuwe methode wel! Verder is het volstrekt onmogelijk om de methode te hanteren in klassen die veel te groot zijn. De methode geeft de leerkracht een bepaalde hoeveelheid werk en eist “one on one”-tijd met leerlingen en is zodoende op kleine groepen ingesteld. ‘Mission impossible’ dus!

Nu terug naar onze kakelverse, mooi nieuwe boeken. Wanneer de hysterie even afneemt rond het allerelementairste middel, een middel dat we zó lang hebben moeten ontberen dat het een bijzonderheid is geworden, dan kunnen we eindelijk een kijkje nemen “in” het boek. Dan blijkt al gauw dat de enige Surinaamse “aanpassing” een slechte copy/paste-job is op het kaft, waarop 3 tot 4 schooltypen staan die niets met elkaar te maken hebben: zo zou het Nederlands boek bestemd zijn voor, MULO, NATIN, AMTO, HAVO en VWO. En als het kersje op de taart hebben ze er tenslotte het wapen van Suriname op gezet!

Verder is er ook niet over nagedacht dat alle boeken – niet te verwaarlozen – een handboek, een werkboek én een antwoordenboek hebben. Om daar dagelijks mee te sjouwen is geen makkie. In het buitenland hebben kinderen plaats om het  op te bergen, hier hebben we nauwelijks plaats om te zitten, laat staan om boeken op te bergen. Toch is dit mijns inziens nog maar een klein ongerief.

Gaan we verder dan zien we eindelijk “de methode”. Hier gaat de decennialange achterstand zich eerst echt wreken. De boeken “eisen” een bepaalde  aanpak. Zo moet de school over internet beschikken wil je aan de gestelde eisen voldoen. De werkboeken moeten elk jaar aangevuld worden, want daarin moeten de opdrachten gemaakt worden. Of  zullen we die moeten weer moeten gaan kopiëren?

Geen paniek, de afgelopen twee weken heeft MINOV de leerkrachten stuk voor stuk, vak voor vak, opgeroepen om een teach-in bij te wonen en de vernieuwingen in te voeren. Natuurlijk zou het handiger geweest zijn als dit vooraf had plaatsgevonden. Daar aangekomen werden de leerkrachten geconfronteerd met een les vakdidactiek in de ideale ‘setting’. Er werd instructie gegeven hoe het boek te gebruiken, een website hier, een link daar, een e-mail adres in geval je vragen hebt, en veel succes!

Dan moet je pech hebben dat jij een van de leerkrachten bent die een  training heeft gevolgd over een boek dat je school niet heeft ontvangen, en dat je dus met een heel ander boek moet werken! Aan sommigen werd verteld dat ze “interactief” moeten werken. Leerlingen moeten bewegen in de klas, vrij zijn, U-vormige indeling (ook al heb je meer dan 40 kinderen in 1 klas). Blackberries toestaan, etcetera. ICT-lessen niet toegestaan! Daar wordt gemakshalve even niet aan gedacht. Er wordt klakkeloos aangenomen dat leerkrachten computers hebben en dat ze er ook mee om weten te gaan. En dat ook de leerlingen dat kunnen. Er zijn zelfs scholen die uit eigen middelen computerlokalen hebben opgezet, maar door de Inspectie zijn teruggefloten, ICT-lessen niet toegestaan! “Mag niet!” Maar zorg wel dat je schriften kloppen!

De nieuwe boeken waren hard nodig en deze veranderingen zullen ons meer dan ooit met onze grote achterstand confronteren. Laten we hopen voor het beste, maar ik vrees het ergste. Door de chaotische aanpak kan deze miljoeneninvestering zomaar voor niemendal zijn geweest.

Maar te veel praten “mag niet!”

Your comment please...

  • RSS
  • Facebook
  • Twitter