Memoires van een ambtenaar
Verhalen uit de ambtenarij van Curaçao en de Nederlandse Antillen (1974–2006)
door Gerard van Buurt
Ik ben geboren op Curaçao in 1949. Mijn vader Gerard Wilhelm van Buurt kwam uit Gouda. Hij kwam op 4 februari 1946 aan op Curaçao voor de Combinatie Pletterij-Nederhorst. Deze maatschappij maakte olietanks, maar trad ook op als aannemer van bouwwerken. Mijn moeder Rosa Anna Joubert was secretaresse bij Nederhorst en zo hebben zij elkaar in het kantoor van Nederhorst aan de Hoogstraat ontmoet. Ik heb mijn jeugd doorgebracht op de plantage Klein Piscadera, waar mijn grootmoeder en enkele ooms en tantes in het landhuis woonden en wij ongeveer 500 meter ten westen daarvan.
Ik heb een zuster die 2½ jaar jonger is. Wij hadden in feite een speelterrein, de mondi van 128 hectare van de plantage, met een binnenwater met o.a. mangroven, een strand, een berg van 115 meter, grotten, een ruïne (Ravenslot), oude militaire posten en nog veel meer. Groeiden op als mucha di kunuku (plattelandskinderen) of wellicht beter gezegd mucha di mondi (bushkinderen). Dit heeft een stempel op ons gedrukt. Als wij in de stad gewoond hadden, zouden wij andere mensen geworden zijn. In 1966 deed ik eindexamen hbs-b en ging aan de TH Delft bouwkunde studeren. Biologie was mijn hobby, maar ik had het idee dat ik dan uitsluitend voor de klas zou kunnen komen te staan en dat ik beter een vak kon leren en biologie als een hobby houden. Dit is een verkeerde inschatting gebleken, want het ging niet goed. Het werd een heel moeilijk jaar. Maar een mensenleven kan niet alleen uit successen bestaan. Het is belangrijk dat je ook weet wat je niet kunt en wat je beperkingen zijn, maar dat zie je pas (veel) later in.
In 1967 ben ik in Groningen biologie gaan studeren en ben daar in 1974 afgestudeerd. Ik had als hoofdrichting genetica en microbiologie, met als specialisatie aquatische microbiologie (dus niet-medische microbiologie).
Lees verder in de pdf-uitgave, hier te downloaden:
RSS
Facebook
Twitter
