blog | werkgroep caraïbische letteren

Media laten een ingesleten beeld zien

door Freek van Beetz

Naar aanleiding van de recente aandacht rondom het Caribische deel van ons Koninkrijk hebben we auteur Freek van Beetz gevraagd een gastblog te schrijven.  

“Voorlopig komt er geen recensie van uw boek”, kreeg ik dit voorjaar te horen van de NRC. Dat boek: Het einde van de Antillen, zou “alleen voor de echte liefhebbers van de politieke geschiedenis van de Antillen echt fascinerend zijn, maar de meeste lezers van NRC Handelsblad rekenen zich daar niet toe”. En zo serveerde de ‘kwaliteitskrant’ mijn met persoonlijke ervaringen doorweven kroniek van de recente politieke geschiedenis van het Koninkrijk af, een periode waar ook (Europees) Nederland politiek nauw bij betrokken was. Die staatsrechtelijk cruciale jaren culmineerden uiteindelijk op 10 oktober 2010 in de opheffing van het land de Nederlandse Antillen. Vanaf die datum zijn Sint Maarten en Curaçao ‘autonome landen’ binnen het Koninkrijk, dezelfde status die Aruba al vanaf 1986 geniet. De kleinere eilanden Bonaire, Saba en Sint Eustatius gingen als ‘bijzondere gemeenten’ hechtere banden met Nederland aan.   Diezelfde NRC pakt deze weken groots uit met onthullende resultaten van onderzoeksjournalistiek: de betrokkenheid van Nederland en Nederlandse politici bij mogelijke corruptie op Bonaire. De eerste reportage “Illegale spionage op Bonaire” verscheen in de editie van 21 november. Dus nu niet alleen voor ‘echte liefhebbers’?

Dergelijke reportages passen in een bestendige, bijna hardnekkige gedragslijn in de media: de eilanden in de voormalige Antillen zijn toch vooral publicitair interessant als er moord, doodslag en corruptie te melden valt. Overigens moet gezegd worden dat aan deze NRC-reportage uitvoerig en gedegen bronnenonderzoek ten grondslag ligt.  

De aandacht in de Nederlandse media voor de politieke actualiteit in het Caribische deel van het Koninkrijk, kenmerkt zich in het algemeen niet door een grote mate van diepgang, belangstelling en betrokkenheid. Journalistieke nieuwsgierigheid moet het nogal eens afleggen tegen de aandrang binnen de gebaande paden te blijven: afstand nemen van ingesleten beeldvorming vraagt kennelijk teveel. Teveel tijd, teveel energie, teveel inlevingsvermogen. Een enkele uitzondering (zoals Dick Drayer, correspondent ter plekke) daar gelaten. Het steekt de eilandbewoners in de Cariben terecht dat de van de eilanden afkomstige succesvolle sportlieden steevast als ‘Nederlanders’ worden geprezen en criminelen het etiket ‘Antilliaan’ krijgen opgespeld. Fraude, criminaliteit en integriteitsvraagstukken bepalen het negatieve beeld.  

Gemiste kansen

Van 12 tot 21 oktober bezochten koning Willem Alexander en koningin Maxima het Caribisch deel van het Koninkrijk. De lijst met ‘geaccrediteerde pers’ in het officiële programma vermeldt 7 fotografen, 5 journalisten van de schrijvende pers en 25 medewerkers van radio, tv en video, waarvan 8 verslaggevers. Maar liefst 37 personen zouden het bezoek verslaan.  

En wat hebben die ons allemaal laten zien? Vanzelfsprekend veel geijkte beelden: zon, zee, volksdans en vrolijke mensenmenigten. En een koningspaar dat duidelijk zichtbaar genoot van de inzet, het enthousiasme en de spontaniteit van hun onderdanen aan de andere kant van de oceaan.   Voor zover de meegereisde journalisten daarvoor al de ruimte kregen van hun redactiechefs en netmanagers, kregen we in het journaal en in de nieuwsrubrieken maar bar weinig te horen en te zien over de politieke en maatschappelijke ontwikkelingen sinds de wijzigingen in de staatkundige verhoudingen op 10 oktober 2010. Voor nieuwsgierige nieuwsgaarders zou de recente geschiedenis voldoende aanleiding moeten zijn om te onderzoeken hoe het de eilanden en eilandbewoners sedertdien is vergaan. Het koninklijk bezoek bood een mooie en gepaste gelegenheid om de bestaande stereotype beelden te nuanceren en de kennis over dit deel van het koninkrijk te verdiepen. Die kans hebben de nieuwsmedia voorbij laten gaan.  

In het veelbekeken acht uur journaal kwamen slechts sporadisch beelden van het bezoek – en dan nog in een flits – voorbij. Correspondenten in ‘Verweggistan’ krijgen daar doorgaans meer zendtijd toebedeeld voor lang niet altijd even diepgravende reportages (dansende aapjes op straat in Djakarta!). In sommige programma’s, bijvoorbeeld in RTL Late Night (met Umberto Tan), maakte de redactie het zich wel erg gemakkelijk: de reis van het Koningspaar werd, met het tonen van enkele plaatjes, lacherig afgedaan als een overbodig vakantiereisje. De NTR beperkte zich tot overigens goed gemaakte reportages: ‘Koningspaar in de Nederlandse Cariben’, die op drie achtereenvolgende vrijdagavonden tussen zeven uur en half acht werden uitgezonden, jammer genoeg niet echt ‘prime-time’.  

Tegen die achtergrond valt de kritiek op de eilanden op de wijze waarop zij door de Nederlandse media en de Nederlandse politiek worden bejegend goed te begrijpen: ze worden maar al te vaak met meewarige blik en houding weggezet als ontwikkelingslanden, waar financiële steun in zakken van corrupte politici verdwijnt; eilanden die in de greep van de maffia lijken te worden weggezogen en waarvan we beter vandaag dan morgen afscheid van moeten nemen.  

De media hebben de kans om een genuanceerder beeld te geven van de eilanden en hun bewoners voorbij laten gaan. Dat doet geen recht aan de positieve sfeer waarmee het koninklijk bezoek was omgeven en evenmin aan de inzet van velen op die kleine eilanden die met energie, maar met vaak beperkte mogelijkheden en middelen werken aan hun toekomst.  

Wél geïnteresseerd in de achtergrond van de voormalige Nederlandse Antillen? Lees het boek van Freek van Beetz: Het einde van de Nederlandse Antillen.

[van Eburon, 28-11-2013]

Your comment please...

  • RSS
  • Facebook
  • Twitter