blog | werkgroep caraïbische letteren

Medemensen

door Sharda Ganga

“Mijne medemensen.” Zo begon meneer van Breet, de directeur van de R.D. Simonsschool altijd zijn toespraken. Mijne MedeMensen: als tiener hoorde je alleen die grappige alliteratie, de gewichtigheid van de aanhef en dit alles gekoppeld aan zijn deftig uiterlijk maakte meneer van Breet natuurlijk tot mikpunt van onze spot. Ik besefte pas vele jaren later wat meneer van Breet eigenlijk aan ons meegaf met die woorden. Hij zag ons niet slechts als kinderen, als onmondige leerlingen waar hij als schooldirecteur heer en meester over was zoals zoveel schooldirecteuren dat denken; nee, meneer van Breet sprak ons aan als zijn medemensen, volwaardige mensen, medeburgers. Het is dertig jaar later en ik denk vandaag terug aan meneer van Breet. Het is Oudjaar en ik word dan altijd sentimenteler dan gewoonlijk.

Dat betekent onder andere dat, zo aan het eind van het jaar, ik me niet wil ergeren aan de waan van de dag. Ik wil me niet verdiepen in pleegfamiliaire gratieverleningen, ik wil me niet ergeren aan geestelijke leiders die vergeten dat zij in een multireligieuze samenleving wonen. Ik wil de kerkelijke meneer die verkondigt dat de liefde alles vergeeft niet wijzen op het gemakzucht van die uitspraak. Ik wil niet nadenken over de uitbundige overuren van delen van het politiekorps, ook al wil ik dolgraag weten wat hun geheim is. Ik wens immers zo vaak dat mijn dagen ook 36 uren telden. Er is zoveel wat ik niet wil zeggen of waar ik niet over wil nadenken in deze feestperiode.

Wat ik wel nog snel even wil zeggen in deze sentimentele oudjaarsbui, is dat ik DNA-leden en leiding wil bedanken voor de wijze waarop de begroting wordt behandeld. Ik heb me deze laatste weken eindelijk eens echt vertegenwoordigd gevoeld. Ik wil ook nog snel Mahinder Jogi bedanken voor zijn verrijking van mijn beeldspraakrepertoire: “Garnalenpolitiek” en “Vissen zonder visie” behoren nu tot mijn favoriete uitspraken.

Maar waar mijn gedachten vooral naar uitgaan vandaag zijn die medemensen waar meneer van Breet op doelde. Dit is mijn enkele, simpele wens voor het nieuwe jaar: dat we allemaal wat vaker denken aan onze medemensen. Ik geef wat voorbeelden. Als je in het verkeer bent en je wil jezelf doodrijden: prima. Doe het op een stuk terrein waar er geen medemensen zijn. Als je vuil wil weggooien: doe het in een vuilniston of een vuilnisbelt. Niet waar je medemensen wonen of langs moeten rijden. Als je bombels wil schieten, omdat je het leuk vindt om geld te verbranden: mag ook van mij. Doe het zodanig dat je medemensen er geen last van hebben (en ook de honden niet, hoor ik Cynthia Ashruf roepen) en al je ledematen en ogen nog intact blijven, zodat je zelf kunt werken voor het geld om de doktersrekening te betalen.

Deze medemensengedachte kun je natuurlijk doortrekken naar het niveau van beleidsmakers en andere leiders. Ach, als zij allemaal ook gewoon meneer van Breets gedachtegoed tot zich nemen: wat een groot goed zou dat zijn! Als zij zichzelf niet zouden zien als heer en meester maar juist als dienaren van ons – het volk, en ons zouden zien en behandelen als volwaardige mensen, gelijke mensen, even gelijk als familie of partijgenoten, met gelijke rechten en voorrechten, dan had ik geen werk meer. Daar zou ik erg blij van worden en dan had ik die 36 uren durende dag niet meer nodig. Dit is dus mijn oproep aan iedereen voor het nieuwe jaar: Maak mij werkloos!

[uit de Ware Tijd, 31/12/2011]

on 02.01.2012 at 15:34
Tags: /

1 comment to “Medemensen”

  • Ik daarentegen wil die kerkelijke meneer Meije daar wel op wijzen: “Ik wil de kerkelijke meneer die verkondigt dat de liefde alles vergeeft niet wijzen op het gemakzucht van die uitspraak.”

Your comment please...

  • RSS
  • Facebook
  • Twitter