blog | werkgroep caraïbische letteren

De negerwaan van het wit gezicht

door Luc Tournier

De duivel heeft een wit gezicht,
wij zoeken zijne kinderen;
en komt ons dat ten kwade bij het eeuwige gericht,
niemand kan het verhinderen.

Breek de kokos open en je vindt een wit gezicht;
Snijd een lichaam open en je vindt een wit gezicht;
Ga naar het plantagehuis en je vindt een wit gezicht.
Het schiet een hart vol angst als het bliksemlicht.

Door de takken en de baren van de baai
staren wij naar de vogels en de vissen,
maar niemand kan dat eeuwig wit gezicht
ook bij het richten van de blik uitwissen.

Teder als het blad van de zwarte boom
in de schoot van onze nicht,
ligt de wortel van de neus
in dat wit gezicht.

[Uit: Luc Tournier,  Doffe orewoed. 2e dr. Amsterdam: Meulenhoff, 1980, p. 51.]

Your comment please...

  • RSS
  • Facebook
  • Twitter