blog | werkgroep caraïbische letteren

Keurde de kerk slavernij ooit goed?

door Steve Weidenkopf

Jaren geleden bezocht ik een conferentie, georganiseerd door een nationale katholieke organisatie, over de thema’s huwelijk en seksualiteit. Een van de sprekers was een professor van Creighton University die middenin zijn lezing over contraceptie een lang zijspoor ter sprake bracht over hoe de Kerk in het verleden slavernij nooit had veroordeeld, wat “bewees” dat de Kerk een fout had gemaakt en dat daarom haar leer over contraceptie incorrect zou kunnen blijken in de toekomst (een zienswijze waarmee hij het eens was).

Foto © Michiel van Kempen

Ik kreeg tijdens de conferentie de kans niet met deze professor te spreken over zijn verkeerde stellingen over de Kerk en slavernij, dus mailde ik hem en we geraakten in een hoffelijke uitwisseling waarin ik hem wees in de richting van verscheidene pauselijke veroordelingen van slavernij, die hij direct van de hand wees. Hij negeerde de historische verslagen omdat het niet van pas kwam bij zijn agenda om de Kerkelijke leer rondom contraceptie te veranderen.

Jammer genoeg is dat geen ongewone tactiek bij mensen met een haat tegen de Kerk. Velen geloven, zoals deze professor het deed, dat de Kerk slavernij goedkeurde of tenminste tolereerde, in het bijzonder bij de Afrikanen en de oorspronkelijke bewoners van de Amerika’s in de Nieuwe Wereld. Wetenschappers beweren dat de Kerk ofwel laat was in het veroordelen van slavernij ofwel dat zij haar actief ondersteunde. Maar net als bij veel andere historische mythes over de katholieke Kerk, houdt deze geen stand wanneer men de geschiedenis bestudeert.

De mythe houdt aan omdat er wel individuele katholieken waren die slavernij goedkeurden of zelf slaven hielden. Wetenschappers die een appeltje te schillen hebben, gebruiken deze voorbeelden als “bewijs” van kwaadwilligheid, zonder het noodzakelijke onderscheid te maken dat wat individuele katholieken doen niet noodzakelijkerwijs de gezaghebbende leer van het Leergezag reflecteert.

Bovendien hebben wetenschappers het stelselmatig laten afweten onderscheid te maken tussen verschillende soorten slavernij. De Kerk heeft consistent en constant de praktijk van “onrechtvaardige onderworpenheid” veroordeeld, wat meestal de slavernij van een bepaald ras inhield of slavernij voor economische winst. Maar de westerse maatschappij stond sinds de oudheid onderworpenheid op rechtmatige titel toe; dat wil zeggen, de onvrijwillige onderworpenheid die opgelegd werd aan criminelen of krijgsgevangenen. Onderworpenheid op rechtmatige titel werd als toelaatbaar beschouwd nog tot in het recente jaar 1949, toen de Geneefse Conventies naties in oorlog toestonden krijgsgevangenen te werk te stellen. In dit geval heeft de Kerk altijd geëist dat slaven door hun meesters humaan behandeld zouden worden en Zij heeft zelfs hun emancipatie aangemoedigd. Doordat wetenschappers tekort zijn geschoten in het maken van dit onderscheid tussen soorten onderworpenheid, hebben zij foutievelijk verklaard dat de Kerk heeft nagelaten slavernij te veroordelen.

De Kerk is begonnen in een wereld waar slavernij een hoeksteen van de maatschappij was. Het keizerrijk Rome werd gebouwd en is behouden over de ruggen van slaven; de complete afschaffing van slavernij was in Rome ondenkbaar en onuitvoerbaar. Ondanks de maatschappelijke aanvaarding van slavernij maakte de Kerk geen onderscheid tussen slaven en vrije mensen in haar lidmaatschap. De gelijkwaardigheid van gelovigen in een klassen-gelaagde maatschappij was een van de aantrekkelijke eigenschappen die de Kerk had voor Romeinen.

Toen keizer Constantijn de Kerk in 313 eenmaal had gelegaliseerd, beïnvloedden haar leringen de Romeinse wetten en beleid. Er werden kerkelijke fondsen gebruikt door christenen om slaven te bevrijden, in het bijzonder krijgsgevangenen. Een voormalige slaaf is zelfs opgeklommen tot paus (Callistus I) in de vroege derde eeuw! Toch bleef slavernij bestaan in Europa, zelfs na de ineenstorting van de keizerlijke macht in de late vijfde eeuw, maar hoe meer de invloed van de Kerk toenam, hoe meer het instituut slavernij afnam, tot het volledig was uitgewist in het Christendom.

Helaas keerde slavernij terug in de Europese maatschappij in de vijftiende eeuw, met de verovering van de Canarische eilanden en de ontdekking van de Nieuwe Wereld. Maar van 1435 tot 1890 veroordeelde een opeenvolging aan pausen de slavenhandel en slavernij in niet mis te verstane bewoordingen. De eerste paus die dit deed was Eugenius IV (r. 1431-1447), die in zijn bul uit 1435 Sicut Dudum eiste dat christenen alle oorspronkelijke bewoners van de Canarische eilanden die tot slaaf gemaakt waren binnen vijftien dagen zouden bevrijden; wanneer dit werd nagelaten zou men een automatische excommunicatie oplopen. Zo verbood de Romeinse pontifex, vijfenzeventig jaar voor Columbus’ eerste reis, overduidelijk het tot slaaf maken van oorspronkelijke bewoners.

In 1537 vaardigde paus Paulus III (r. 1534-1549) een bul uit, Sublimus Dei, die leerde dat oorspronkelijke bewoners niet tot slaaf gemaakt mochten worden. In 1591 kondigde Gregorius XIV (r. 1590-1591) Cum Sicuti afdat geadresseerd was aan de bisschop van Manilla in de Filippijnen, en herhaalde het verbod van zijn voorgangers omtrent het tot slaaf maken van oorspronkelijke bewoners. In de zeventiende eeuw kondigde Urbanus VIII (r. 1623-1644) Commissum Nobis (1639) af ter ondersteuning van het edict van de Spaanse koning (Philip IV) dat verbood de Indianen in de Nieuwe Wereld tot slaaf te maken.

De nood aan goedkope en ruim voorradige arbeidskrachten leidde tot de Afrikaanse slavenhandel. Deze nieuwe vorm van lijfeigenschap werd ook door de pausen veroordeeld, te beginnen met Innocentius XI (r. 1676-1689). In 1741 vaardigde Benedictus XIV (r. 1740-1758) Immensa Pastorum uit, dat herhaalde dat de boete voor het tot slaaf maken van Indianen excommunicatie was. In 1839 proclameerde Gregorius XVI (r. 1831-1846) In Supremo om daarmee de slavernij van Afrikanen te veroordelen. Paus Leo XIII (r. 1878-1903) kondigde twee bullen af die slavernij veroordeelden in 1888 en 1890.

Maar ondanks de vele pauselijke veroordelingen van slavernij gingen de Europese kolonialisten door met het tot slaaf maken van Afrikanen en oorspronkelijke bewoners van de Nieuwe Wereld tot aan de negentiende eeuw. De pauselijke veroordelingen van slavernij waren zo streng en frequent dat de Spaanse kolonialisten een wet invoerden die de publicatie van pauselijke documenten in de koloniën zonder voorafgaande koninklijke goedkeuring verboden.

Het is ironisch dat de Kerk vals beschuldigd wordt van ofwel het steunen van slavernij ofwel het nalaten haar te veroordelen, terwijl het massaal tot slaaf maken van christenen door moslims (geschat op een miljoen mensen), in het bijzonder door de Ottomaanse Turken van de zestiende tot de achttiende eeuw, geheel wordt genegeerd. Tenslotte is het onoprecht om het immorele gedrag van individuele katholieken gelijk te stellen aan de officiële Kerkelijke leer. Het feit dat sommige katholieken slaven hielden of deelnamen aan de slavenhandel is geen aanklacht tegen de Kerk, maar er veeleer een illustratie van dat katholieken soms de duidelijke leer van de Kerk negeren.

Dit artikel werd geschreven door Steve Weidenkopf. Het is vertaald door het Sint Paulus Instituut.

Voor meer informatie over dit onderwerp en over andere wijdverbreide anti-katholieke historische aanklachten, zie het nieuwe boek van Steve Weidenkopf, The Real Story of Catholic History: Answering Twenty Centuries of Anti-Catholic Myths, nu verkrijgbaar via Catholic Answers Press.

Bron: https://www.catholic.com/magazine/online-edition/did-the-church-ever-support-slavery

[Overgenomen van de site van het Sint Paulus Instituut, 1 december 2017]

1 Trackback/Ping

Your comment please...

  • RSS
  • Facebook
  • Twitter