‘In Suriname noemden ze me een Dolle Mina’
Op de plaats van de rubriek Jong! deze zomer elke week de rubriek Oud! waarin ouderen vertellen over zichzelf, hun liefdes en de lessen van het leven. Deze week: Rita Raghoebarsing (73).
door Rinskje Koelewijn
„Op mijn vader werd in het dorp neergekeken. Hij had een gezin van tien, met negen dochters. Waar ik vandaan kom, worden jongens voorgetrokken. Zonen zijn koningen. Mijn vaders levensinstelling was positief. Wij meisjes waren zijn zonen en hij zei: studeer, alleen kennis zal je verder brengen. We woonden in het district Saramacca, op plantage La Prevoiyance. Dat is Frans. Dat wordt wel eens vergeten, dat half Europa aan de gang is geweest om Suriname in bezit te krijgen. In ons dorp was geen straat en geen verkeer. De rivier was veertig meter van mijn huis. Ik was vijf en schommelde als een moedertje mijn zusje. De apen in de bomen keken toe, ik hoorde de taal en zang van de vogels. Die natuur van vroeger draag ik nog in me.”
Lees verder in NRC, 9 augustus 2019