In memoriam Ben Smit
Onze nestor is niet meer, gelukkig blijven zijn gebouwen
door Ronny Lobo
Op 23 maart j.l. kreeg ik van Jennifer Smit het bericht dat haar vader, de bekende architect Ben Smit ons die middag had verlaten. Hoewel ik wist dat ook het leven van deze grote vriend en inspirerende collega eindig zou zijn, kwam dit bericht in deze onzekere tijd extra hard aan.
Ben Smit werd in 1922 in Amsterdam geboren en studeerde aan de Koninklijke Academie voor Schone Kunsten in Antwerpen en de Ecole des Beaux Arts in Lyon. Noodgedwongen door de Tweede Wereldoorlog moest hij beide studies na een jaar afbreken en week hij uit naar Jamaica. Op uitnodiging van ir. G. Schoorl die hij daar ontmoette kwam hij in 1943 naar Curaçao voor een baan bij het Departement van Openbare Werken. Na een dienstverband van drie jaar vestigde hij reeds op 24 jarige leeftijd zijn eigen architectenbureau. In 1950 werd hij partner van Cornelis (Kees) Bakker, de eerste professioneel opgeleide Nederlandse architect die zich in 1939 op Curaçao vestigde. Tijdens de jaren veertig tot zestig waren Kees Bakker en Ben Smit de twee belangrijkste architecten van het eiland. Ben Smit was een exponent van het zogenoemde Nieuwe Bouwen of de Moderne Beweging, een internationale architectuurstroming uit de jaren 20-60 van de 20ste eeuw. Zijn gebouwen kenmerkten zich door hun heldere en functionele indeling en strakke uiterlijk in beton, soms gecombineerd met lichte stalen kolommen. In de gevels werden vaak verticale lamellen gebruikt om het daglicht en de natuurlijke ventilatie te kunnen reguleren. De klimaatbewuste ontwerpprincipes gaven aan zijn gebouwen een vanzelfsprekend tropisch karakter.
Ik leerde Ben Smit pas persoonlijk kennen toen hij al geremigreerd was vanuit Curaçao naar Nederland. Voor mijn studie in Delft schreef ik rond 1976 een scriptie architectuurgeschiedenis, waar zijn gebouwen natuurlijk niet in konden ontbreken. Ik zocht hem op in zijn kantoor in Rotterdam dat hij tot 1980 samen met Postma had. De eerste indruk van hem zal ik nooit vergeten; een statige, charmante man, met een gitzwart fluwelen colbert en een knalrode sjaal, met een spontane innemendheid. Gezien het beperkte contact dat wij hadden was mijn affiniteit met hem opmerkelijk. Dit kwam niet slechts omdat wij hetzelfde beroep met evenveel passie uitoefenden, maar ook omdat ons mensbeeld en kijk op de wereld overeenkwamen. De intimiteit van onze gesprekken tijdens de paar keren dat ik hem thuis opzocht aan de Holbeinstraat in Amsterdam was voor mij een blijvende verrijking.
Ben was een veelzijdig man die een lang en rijk leven heeft geleefd. De rijkdom was vooral culturele rijkdom. Het is niet vreemd dat zijn beide dochters Jennifer en Paulette ook cultureel geëngageerd zijn. Jennifer als kunsthistoricus en Paulette vanuit de toneelwereld. Hij had een grote interesse in de beeldende kunst, die hijzelf ook bedreef. Daarnaast was hij een fervent verzamelaar van oude ansichtkaarten van Curaçao waar hij meerdere boeken over schreef. Later kreeg hij interesse om de betekenis van het woord Curaçao te doorgronden wat leidde tot het verzamelen van etiketten van Curaçao likeur, die over de hele wereld gebruikt werden. Voor deze hobby’s gebruikte hij, ondanks zijn hoge leeftijd, de modernste communicatiemiddelen waaronder het internet. Verder schreef hij voor zijn kinderen en enige kleinzoon zijn autobiografie die hij niet publiceerde.
Op 80-jarige leeftijd nam hij het initiatief om zijn oeuvre vast te leggen in het boek Ben Smit, projecten Curaçao 1946 – 1969, over gerealiseerde en niet gerealiseerde bouwwerken, met daarin prachtige foto’s van de hand van de bekende Fred Fischer. In het boek staan onder andere de bij vrijwel iedereen bekende en markante zuidoostelijke uitbreiding van het St. Elisabeth Hospitaal in 1953, de kapel van klooster Alverna en zijn eigen woonhuis aan de Angloweg 9 uit 1948, dat in 2018 als beschermd monument werd aangewezen.
Zijn archief werd in april 2015 overgedragen aan het Nationaal Archief van Curaçao en is sindsdien toegankelijk voor toekomstige generaties onderzoekers, historici, architectuurhistorici en geïnteresseerden in de bouw- en kunstgeschiedenis op Curaçao. Ben Smit heeft als geen ander een belangrijk stempel gedrukt op het moderne bouwen op dit eiland. Terecht besteedt Ronald Gill veel aandacht aan zijn werk in het boek Een eeuw architectuur op Curaçao en noemt hij hem de nestor van het bouwen op Curaçao. Dat Ben Smit een architect was in hart en nieren en dat zijn hart voor een belangrijk deel op Curaçao lag getuigt zijn deelname, vanuit Nederland, aan een prijsvraag voor woningbouw in het Stegengebied te Otrobanda in 1991.
De ongemakken van het ouder worden zijn hem en zijn vrouw niet bespaard gebleven. Ondanks de moeite die hij daarmee had en het feit dat hij zijn vak als architect niet meer kon uitoefenen bleef hij zich intensief met zijn hobby’s bezig houden. Met zijn zevenennegentig jaar kwam Ben in de buurt van zijn grote voorbeeld, de Braziliaanse architect Oscar Niemeyer, een exponent van het tropisch modernisme uit Latijns Amerika, die honderdvier jaar werd. Hoewel het Ben niet was gegund om, zoals Niemeyer, al werkend dezelfde respectabele leeftijd te halen, laat hij een mooi leven achter zich en een groot aantal indrukwekkende gebouwen.