“Ik heb zelden zo’n prettige relatie met een auteur gehad”
Ronald Donk (* 9-1-1945 – Ϯ 29-7-2021)
door Quito Nicolaas
In 1937 verhuisde het gezin Donk met drie kinderen vanuit Paramaribo naar Aruba, waar vader emplooi vond bij de raffinaderij Lago. Ronald en zijn vijf overige broers werden allemaal op Aruba geboren. Eerst vestigde het gezin zich in Essoville, een wijk dichtbij de raffinaderij die gebouwd werd voor het personeel en gold als een gegoede wijk.
Hier woonde Ronald Donk vanaf zijn geboorte tot z’n 4e levensjaar. Daarna woonde hij afwisselend voor korte duur in Suriname, Pos Chiquito, Lago Heights, totdat hij in 1962 naar Nederland vertrok om de onderwijzersopleiding aan de kweekschool te volgen. In de jaren ’70 toen hij als leraar geschiedenis aan het Colegio Arubano les gaf, woonde hij in Tanki Leendert waar zijn Arubaanse identiteit vaste vorm kreeg en zich als een echte Arubaan beschouwde.
Niet alleen door zijn steeds wisselende woonplaats en scholen waar hij op zat, kwam hij in contact met de verschillende culturen en talen die werden gebezigd. Hun kort verblijf in Pos Chiquito (1953-1954) had waarschijnlijk te maken met het feit dat de buurt voornamelijk uit autochtone Arubanen bestond die merendeels uitsluitend Papiamento spraken. Uiteindelijk verhuisden ze in 1954 naar Lago Heights dat eind jaren ’30 was gebouwd, waar de middenklasse door de aanwezigheid van o.a. Amerikanen die geen woning in woonoord Colony toegewezen kregen, Engels, Nederlands en Papiamento sprak. Toen hadden de straten geen namen als tegenwoordig de Fortheuvelstraat of de Koolbaaibergstraat, maar gewoon een nummer, bv. straat 600 of straat 700 oost en 700 west. Door de aangrenzende buurtgemeenschappen als Yuana Morto en Naked city kwam hij in contact met jongeren uit Jamaica, Trinidad, de ABC-eilanden en de Bovenwindse eilanden.
Hij bezocht diverse scholen in San Nicolas: de Abraham de Veerschool (kleuter), de Graaf von Zinzendorfschool (basis) en het John Wesley College (middelbare school). Ook hier kwam hij terecht in een gemêleerd gemeenschap van verschillende culturen en talen en groeide hij op in een multi-etnische omgeving, waar tussen de dominante en niet-dominante groepen een onderscheid werd gemaakt naar huidskleur. Als tiener moest Ronald Donk op school wel zijn opgevallen door zijn observatievermogen, zelfstandigheid, intuïtie en dagdromerij over het verleden. Het is vanaf dat moment dat hij zich tal van vragen ging stellen en gaandeweg probeerde een antwoord hierop te vinden. Hij raakte geïnteresseerd in het verleden alsook het bestuur van de eilanden en dat vond zijn neerslag in z’n geschriften.
Zijn publicaties werden ingegeven door zijn belangstelling voor de koloniale en postkoloniale periode op Aruba/Curaçao en hij probeerde daarmee een verklaring te vinden voor datgene wat hij ervoer. Niet alleen in tijdschriften als De archiefvriend (DAV) en Kristòf, maar ook voor o.a. de boekpublicaties Kind aan de ketting (2010) en De gouverneurs van de Nederlandse Antillen (2011) leverde hij een bijdrage van zijn bevindingen. Zijn magnus opus Beschaving, bekering en bevoogding (1816-1916) over 100 jaar onderwijs op Aruba, Curaçao en Bonaire verscheen in 2019 en werd bij de boekpresentatie in Den Haag, Aruba en Curaçao geïntroduceerd met een lezing.
Zijn lezingen die in Nederland weinig bekendheid verwierven, oogsten op de eilanden veel belangstelling onder historici en een gemêleerd publiek. Zo gaf hij sinds 2007 op Curaçao lezingen, waaronder De historische berouwbaarheid van Antilliaanse (auto)biografen (2010). Een thema dat ook in Nederland actueel is en onder Caribische schrijvers op de nodige belangstelling kon rekenen. In 2003 gaf hij een lezing over de visie van de slavernij in de 19e eeuw met als titel Een historiografische verkenning van de literatuur welke over het onderwerp slavernij is verschenen. Daarnaast verzorgde hij lezingen met thema’s als Opwaartse sociale mobiliteit (2014) en De gouverneurs van de Nederlandse Antillen. Maar ook in Groot-Brittannië, Zuid-Afrika, Estland en Suriname gaf hij lezingen en workshops over onderwijsvernieuwing en het vak geschiedenis.
In zijn interview met de Ñapa (2019) liet hij de andere kant van zijn gezicht zien en was hij heel resoluut in zijn opvatting. Hij gaf inzicht in de diepgang van zijn onderzoek over de onderwijsontwikkeling op de ABC-eilanden en ging een discussie met andere auteurs niet uit de weg. Donk richtte zich op de kritische aspecten van zijn studie, met name het werkzame mechanisme bestaande uit de structuren en processen in de koloniale tijd. Hoewel het geen benadering is waarmee je vrienden maakt, koos hij toch hiervoor. Alleen zijn geestverwanten steunden hem in deze opvatting en gekozen invalshoek. Ronald Donk was een ingetogen mens en probeerde iedere onnodige aanvaring met anderen uit de weg gaan. Om LM-uitgever Ron Smit te citeren: “Ik heb zelden zo’n prettige relatie met een auteur gehad”.
Ronald Donk was een intellectueel die altijd klaar stond om zijn collega’s en vrienden bij te staan met hun boekpublicatie. Ook hij bewoog zich voornamelijk in de driehoek Suriname – Aruba/Curaçao – Nederland als veilig thuishaven voor zijn groei en ontwikkeling. Niet omdat hij het niet aandurfde of niet aankon, maar gewoonweg daar de deuren gesloten bleven voor zij die in de voormalige kolonies werden geboren. Twee weken geleden nam hij in Hengelo afscheid van zijn schrijvende vrienden. Zijn ziel en geest werd op 4 augustus aan een parallelle wereld toevertrouwd.