blog | werkgroep caraïbische letteren

Hulde Hein Eersel!

door Rolf van der Marck

De oude vos Hein Eersel (van wie hierbij een jeugdfoto) laat het er niet bij zitten, en terecht. In een ingezonden stuk in de Ware Tijd van vandaag 14 januari neemt hij stelling in wat hij noemt “het taalprobleem van de Nationale Assemblée”.

Hein Eersel. Foto © Michiel van Kempen

Telkens als ik in de Surinaamse kranten de taaltips zie van de Nederlandse Taalunie raak ik geïrriteerd, net als Hein Eersel naar ik aanneem. Eersel zegt hierover: “Wat de Taalunie in Suriname doet door de taaltips in de krant en het verspreiden van boekjes over goede ambtenarentaal, is onjuist. Het vervreemdt de sprekers van het Surinaams Nederlands van de hantering van één van hun eigen talen en vergroot daardoor de taalonzekerheid.”

Eersel heeft dit stuk geschreven naar aanleiding van de recente behandeling van een aantal douanewetten in De Nationale Assemblée (DNA), waarbij grote consternatie ontstond over het enorme aantal taalfouten in de concept-tekst. Hier wreekt zich dus de onwetendheid van de gemiddelde parlementariër, die een aantal jaren geleden de Nederlandse Taalunie voet aan wal heeft verleend, en het ontbreken van een eigen Surinaamse taalautoriteit. De kritiek van Eersel richt zich erop dat men bij die ‘spelfouten’ is uitgegaan van het Nederlands, en niet van het Surinaams-Nederlands.

Eersel stelt: “Suriname heeft (nog) geen taalautoriteit. Maar dat betekent niet dat De Nationale Assemblée klakkeloos de normen van de Nederlandse taalautoriteiten kan en mag toepassen op de eigen stukken. Het Nederlands wordt in Suriname gebruikt om een andere totaliteit van het leven onder woorden te brengen: een totaal andere natuur (weersomstandigheden, planten, dieren) dan de Nederlandse, een heel andere cultuur, andere sociale verhoudingen, een andere bestuurlijke indeling enzovoort. Duizenden woorden die niet voorkomen in het Europese Nederlands worden daarvoor gebruikt, en sommige woorden die op Europees-Nederlandse woorden lijken hebben soms een geheel andere betekenis.”

In zijn pleidooi voor het gebruik van het Surinaams-Nederlands stelt Eersel: “Maar één ding staat al vast: het Surinaams-Nederlands kan niet als een soort aanhangsel van het Europees Nederlands beschouwd worden, het is een taalsysteem op zichzelf, waarin, zoals opgemerkt, het totale leven van de Surinamers tot uitdrukking wordt gebracht. Het spreekt vanzelf dat het daarom apart beregeld moet worden voor wat het correcte gebruik betreft.”

Eersel adviseert de DNA: “Zolang het Surinaams-Nederlands nog niet officieel genormeerd (gestandaardiseerd) is, doet de Nationale Assemblée er goed aan mensen uit de eigen taalgemeenschap, die de Surinaamse taalsituatie van binnenuit kennen, in te huren om over het correcte taalgebruik in haar stukken te waken. Deze correctors kunnen natuurlijk waar het kan de normen gebruiken die te vinden zijn in bijvoorbeeld het Groene Boekje of het Witte Boekje, want het Surinaams-Nederlands blijft hoe dan ook sterk verwant aan het Europees Nederlands, maar ze moeten vooral gebruik maken van bronnen als het Surinaams-Nederlands woordenboek van Dr. Renata de Bies. Daarboven moeten ze zelf creatief in onderling overleg beslissingen durven nemen over wat correct taalgebruik is. Zij treden dus eigenlijk voor De Nationale Assemblee voorlopig op als taalautoriteit tot de Surinaamse Taalautoriteit er is (in boekvorm of anderszins). De verantwoordelijkheid voor onze talen moet immers in Suriname bij Surinamers berusten.”

Ironisch genoeg is Renata de Bies, auteur van genoemd Woordenboek van de Surinaamse Bijdrage aan het Nederlands, als onderdeel van de Surinaamse branche van de Nederlandse Taalunie mede verantwoordelijk voor genoemde taaltips in de kranten en de brochure goede ambtenarentaal.

[Dit stuk is gelijktijdig gepubliceerd op http://www.surinamestemt.com/]
De tekst van Hein Eersel is hier te vinden.

3 comments to “Hulde Hein Eersel!”

  • Sorry Michiel, ik heb de foto ‘weggeplukt’ bij Wikipedia, uit het publieke domein dus, waarbij de naam van de fotograaf niet stond vermeld!

  • Beste heer van der Marck, ik kan mij vergissen, maar volgens mij is dr. De Bies geen onderdeel van de Surinaamse branche van de Nederlandse Taalunie. Zij kan dus niet in verband worden gebracht met de in uw tweede alinea aangehaalde aktiviteiten van de NTu. Misschien dat ik mij toch vergis, daarom denk ik onder voorbehoud dat u de constatering in uw laatste alinea moet herzien.
    odi’s, Eric Goedhart

  • Waarde Eric,
    Deze wijsheid heb ik uit haar eigen mond vernomen!

Your comment please...

  • RSS
  • Facebook
  • Twitter