blog | werkgroep caraïbische letteren

Het Roze Zaadje

door Marja Themen-Sliggers, Jaïr & Xaviera

Het Roze Zaadje is een Surinaams sprookje dat traditioneel begint met ‘Eens, heel lang geleden…’, en dan volgt zo herkenbaar dat het bijna prozaïsch klinkt: ‘… woonde er aan de Limesgracht in Paramaribo, een man’. Een mooi begin, vind ik, van een mooi verhaal over Charles, die verliefd wordt op Nadira. Nadira is ook verliefd op hem en ze willen trouwen, maar de lastige tante in het verhaal vindt dat zij met iemand anders moet trouwen. Nadira houdt van lezen en vindt in de bibliotheek een toverboek vol spreuken waarmee je van gedaante kunt verwisselen.

Ze maakt daar gebruik van en een poosje gaat alles goed, totdat haar tante Nadira in een kalebaszaadje verandert. Charles en de mensen in de buurt denken dat Nadira is verdwenen, maar ze zit opgesloten in een kalebas. Charles maakt van kalebassen allerlei souvenirs en gebruiksvoorwerpen, maar ook tassen. Bij het maken van een speciale tas voor een oude schoolvriend zijn vrouw, vindt hij het roze zaadje dat eigenlijk Nadira is. Het lukt Charles om de tante te vinden, die zichzelf in een duif heeft veranderd en zich niet meer terug kan toveren. Zij wijst hem waar het toverboek is en tante en Nadira worden weer teruggetoverd in hun oorspronkelijke gedaante. Natuurlijk loopt het verhaal af met het huwelijk van Nadira en Charles en ze leefden nog lang en gelukkig.

Het boekje is vrolijk en toepasselijk geïllustreerd door Shievanna Rellum en ziet er aantrekkelijk uit. De kinderen vinden het een mooi verhaal. Met Jaïr, die nu in de tweede klas zit, werd afgesproken dat hij het helemaal alleen voor zichzelf zou lezen en de volgende dag na schooltijd zijn commentaar zou geven. Dat heeft hij zeer serieus aangepakt. Hij vertelde het verhaal keurig en precies terug en voegde als zijn eigen mening toe dat hij het een leuk boek vond met mooie plaatjes, maar het leukste was vooral dat ‘ze verliefd zijn’. Verliefdheid is een geweldig onderwerp voor kinderen; spannend en je wordt er een beetje verlegen van; je kan er gezellig over doorpraten, wie is er in de klas, op school, verliefd op wie? De kinderen begonnen elkaar er ook lekker mee te plagen: jij gaat trouwen met… en jij met… Wat ikzelf jammer vind is dat in zo’n leuk verhaal niet alle episodes even goed uit de verf komen, misschien omdat het taalgebruik niet sterk is. In het begin wordt bijvoorbeeld verteld over de hobby van Charles, het kaarten en dat hij fufuru speelt, maar daar wordt verder in het boekje niet veel meer mee gedaan. Het enige is dat Charles het babbelende zaadje niet mee durft te nemen naar zijn kaartvrienden. Al met al vinden de kinderen het een leuk boek en daar gaat het toch vooral om als je leesbevordering belangrijk vindt.

Het Roze Zaadje als zaad voor taalontwikkeling

door Els Moor

De kinderen op de school in Kwamalasamutu hebben de grootste problemen met de schooltaal, die in hun dorp nauwelijks gesproken wordt. Taal moet aanschouwelijk aangeleerd worden, anders vergeet je de woorden weer. Dat geldt eigenlijk voor het hele binnenland.
Ik werkte met de zesde klas met Het Roze Zaadje. Het verhaal spreekt ze aan. Woorden als ‘partner’, ‘hobby’, ‘belofte’ liggen niet in de leefwereld van de leerlingen, maar vanuit het verhaal gaan ze die helemaal begrijpen. Toen heb ik een ‘belofte’ gedaan. Jullie school krijgt zestien exemplaren van Het Roze Zaadje voor de hele klas, en jullie moeten beloven dat je over een maand alle woorden uit het verhaal kent. Zoek ze op in het woordenboek, praat er met elkaar over, plaats ze weer in het verhaal.
Maar hoe maak je zo’n belofte waar? Ik heb geluk gehad. De vliegmaatschappij Blue Wing van de ‘lijndienst’ naar Kwamalasamutu sponsorde de boekjes en bracht ze binnen een week naar het dorp, waar de school ze in ontvangst nam. Een mooi voorbeeld van hoe de maatschappij ook kan meehelpen met de taalontwikkeling van onze jonge mensen in het binnenland.

Susan van Dijk-Leefmans: Het Roze Zaadje, een Surinaams sprookje; illustraties: Shievanna Rellum; lay-out: Mitch Wattamaleo. Paramaribo: Leo Victor (druk), 2010. ISBN 978-99914-7-063-4

[uit de Ware Tijd Literair, 4 december 2010]

Your comment please...

  • RSS
  • Facebook
  • Twitter