blog | werkgroep caraïbische letteren

Het belang van de geschiedenis en het fundamentalistisch secularisme

door Willem van Lit

[Deel 4 van “Ze zijn er. En nu”, een serie over de migratiecrisis]

De vonk van het verzet en de woede zit volgens Knoope tevens in het idee dat wij westerlingen te weinig respect en aandacht hebben voor de geschiedenis van volkeren. Dat is eerder besproken in dit opstel. We zijn alleen maar bezig met de toekomst en we hebben te weinig oog voor de wordingsgeschiedenis van het (spirituele) verleden. Hij zegt dat we het fundamentalistisch secularisme beoefenen. Daarmee ontkennen we de waarden en normen van andere – meer op de traditie ingestelde – volkeren. Dit maakt hen razend, zeker omdat wij hen onze fundamentele oriëntatie op een seculiere toekomst willen opdringen.

Mijn opvatting is dat mensen wel kunnen wíllen terug gaan in de geschiedenis, maar dat niet meer kúnnen. Terug verlangen naar een leven dat op tradities is gebouwd, is gewoonweg niet meer mogelijk. Het terug willen schakelen op je ‘roots’ met een nostalgisch verlangen (Anil Ramdas had het in dit verband over nostomanie) naar geborgenheid in verloren gegane gemeenschappen is een utopie. Het kan hen razend maken, maar het is niet anders. Hoezo niet?

Onder andere onder invloed van de moderne technologie is er sprake van constante veranderingen. Die veranderingen zijn van sociale aard. Het zijn veranderingen die de relaties tussen de mensen fundamenteel beïnvloeden. Moderne transportmiddelen, navigatieapparatuur en vooral computers, internet en mobiele telefonie zijn voor veel mensen bereikbaar geworden. Over heel de wereld. Deze technologie zorgt voor razendsnelle uitwisseling van informatie, ideeën, gedachten, opvattingen en beelden. Het verbindt mensen over grote afstanden. Het gaat direct en indringend. Men beïnvloedt elkaars meningen; men brengt boodschappen over en men doet een appél op anderen. Veel mensen houden voortdurend contact met elkaar. In die zin veranderen de onderlinge betrekkingen. En als men sociale structuren beïnvloedt, dan is men bezig met ontwikkelen. Veranderingen in menselijke verhoudingen zijn ontwikkelingskrachten die gericht zijn op de toekomst, juist door die veranderingen zelf. Stilstand is achteruitgang. Het heden is heel snel verleden. In de huidige situatie op de wereld is dat schier onmogelijk geworden. Veranderen is ontwikkelen. Ook degenen die zogenaamd terug verlangen naar het verleden, willen dat met de moderne middelen, zelfs met geweld als het nodig is. Hier zit de paradox. Als je terug wilt naar de oude zekerheid en van clanstructuren, de stamgeborgenheid, het keuvelen onder de boom met patronen in eeuwenoude spirituele contexten, dan verlang je naar een wereld die los komt van de omgeving, een maatschappij die schizofreen wordt bij alle ontwikkelingen om je heen. Men zegt geen veranderingen te willen, liefst niet; ze maken de situatie onzeker, de werkelijkheid onbestuurbaar en het is gevaarlijk voor de stabiliteit en de geborgenheid, de directe gerichtheid op elkaar.

 

en gebruikt ook uiterst moderne middelen om dat verleden vast te houden en om de positie te beschermen. Ook dat behoort tot het modernisme, maar dat telt voor het gemak maar niet mee. De Saoedische dictators gebruiken nog wel het kromzwaard om mensen die verandering nastreven in hun koninkrijk een kopje kleiner te maken. Dat zwaard is een symbool van purificatie of zuiverheid in de traditie. Men doet het zelfs openbaar. Als ritueel. Zoals vroeger in de besloten samenleving. Op deze manier werden conflicten onder de dadelpalm met elkaar opgelost. Iedereen mag en kan zien hoe deze vorm van conflictbezwering wordt opgelost. Als afschrikking. Maar het publiek is tegenwoordig niet meer uit de beslotenheid van het dorp afkomstig; het is een mondiaal publiek. Dan wordt er ook mondiaal wat van gezegd. Heel de wereld vindt er wat van en niet alleen de mensen op het dorpsplein of in de oase. Hun handelen brengt wél veranderingen teweeg, al willen de dictators dat met alle geweld tegenhouden. Daar kun je boos om worden, maar dan heb je het toch zélf uitgelokt. Op dorpsniveau werkt intimidatie nog wel, maar op wereldniveau is dat een andere zaak. En dat… met moderne communicatiemiddelen uiteraard. In één klap komt op grote schaal beschaming, woede, verzet en geweld op. Dit levert geen stabiele situaties op, geen gevoel van geborgenheid in oude vaste patronen. Verre van dat. Men gaat elkaar met nog grotere verbetenheid te lijf. Degenen die veranderingen nastreven, krijgen door die bewakers van de traditie (!) gemakshalve het beschamingslabel van terrorist opgeplakt. Zo, dan is ook duidelijk wie de terrorist is.

De drang tot het behoud van het bestaande, de wil om terug te gaan naar het verleden, is de beweging die Karl Popper (in: De open samenleving en zijn vijanden) historicisme heeft genoemd. Deze onstuitbare drang komt voort uit stromingen, ideologieën of systemen van geloof die met een boek in de hand het onverstoorde verleden beloven óf ze voorspellen een glanzende toekomst op basis van een vastgesteld verleden. Dit laatste doet onder andere het communisme. Men hoeft alleen maar even een zware periode van opoffering, zuiverend geweld en agressie door; het beloofde land lonkt. Het fascisme beloofde dat op basis van de waanidee van “Blut und Boden”. Het communisme heeft bloedbaden aangericht op basis van een historisch “bepaalde” werkelijkheid. Het Arabistisch geloofsgenootschap belooft een glanzend verleden in eigen besloten kring, maar eerst het kromzwaard erover. De geschiedenis fungeert als motor voor de toekomst; geweld en oorlog zijn de brandstof voor de motor van de geschiedenis. Dat is letterlijk zo gezegd door sommige gelovigen. Purificatie, purificatie en nog eens purificatie maar men bedoelt moord. Veranderingen kunnen pas door geweld tot stand worden gebracht en de instructies staan in de desbetreffende boekjes.

Niets is minder waar. Die schitterende toekomst of dat geborgenheid schenkende verleden, dat zijn utopieën. En uiterst gevaarlijke. Kunnen we onszelf een voorstelling geven van de idylle van dat verleden, dat ‘feel-at-home’-gevoel waar Knoope het over heeft? Zou het werkelijk zo zijn dat men onder een boom de diefstal van een koe zo vredevol heeft uitgesproken? In het prekoloniale Afrika was stammenstrijd aan de orde van de dag. Afrika kende daarnaast volkeren en gebieden op een hoogontwikkeld niveau, waar kunsten, wetenschap en bestuur beoefend en uitgevoerd werd. Door onderlinge strijd en mensenroof (waarbij ook Arabieren flink hun best deden) zijn deze beschavingen stukje bij beetje rigoureus om zeep geholpen. Bij Maryse Condé, een schrijfster afkomstig van Gouadeloupe vindt men dit onder andere terug in haar boeken over Afrika (o.a. Ségou). In het middeleeuwse (en in de tijd daaraan vooraf) tribale systeem ging men in Europa elkaar ook zeer geregeld te lijf. In feite tot in de twintigste eeuw. De oorlogen in de Balkan zijn zo’n voorbeeld van ongerichte ellendebedeling in stamverband.

Hoe zou de situatie van vrouwen geweest zijn in tribale woestijnomstandigheden. Hirsi Ali heeft daarover nog wel eens iets verteld. En de schrijnende armoe, de verstikkende beslotenheid, de willekeur, enz. Het zijn of waren gemeenschappen die dikwijls door angst en beschaming werden geregeld: boze geesten, tovenarij, vreemde angstaanjagende natuurkrachten, hekserij en fnuikende schaamteriten. Als je eruit tracht te breken, dan kon je het ergste verwachten. Lees hierover ook het boek van Léonora Miano Hoe lang duurt nog de nacht over de geschiedenis van een stam in West-Afrika in de 18e eeuw.

Als je al terug zou willen naar dergelijke situaties, het kán niet meer. Dat kan Knoope jammer vinden en hij kan geloven in het verleden, het is gewoonweg niet mogelijk. Ik weet niet waarin hij dan precies gelooft als het om het verleden gaat, maar het is een utopie.

Een aantal jaren geleden was ik met een groep mensen in een dorp in het regenwoud in Zuid-Amerika. De mensen in dat dorp hadden ook beschikking over tv, radio, pc en telefoon. Tijdens ons verblijf kwam er een jongeman uit het dorp naar ons toe en hij vroeg of we niet een meisje (uit Europa) wisten die met hem zou willen trouwen. Het was voor hem een mogelijkheid te kunnen ontsnappen aan zijn situatie, zijn stam en leefomgeving. Zo zei hij het zelf ook. Het was zelfs aandoenlijk.

 

Afobakka Adrielle Schalkwijk

Afobakka stuwdam. Foto Adriëlle Schalkwijk

Toch blijft die woede. En op de westerse mens gericht, omdat die de anderen kennelijk uit de beslotenheid van het verleden heeft gerukt. Men wil wel gebruik maken van de westerse technologie met bijbehorend gemak en vermeende welvaart, maar dan onder de gecollectiviseerde maatschappelijke organisatiestijl. Geen nare veranderingen in sociale betrekkingen, geen vernieuwingen. Men wil verder leven in isolatie… of toch maar niet? Popper noemt dit het onbehagen van de voortgaande beschaving. Het gaat gepaard met ellendige keuzes die men moet maken in het leven. Die woede, dat dubbelzinnige ongemak met verzet. Verschrikkelijk lastig. Hirsi Ali heeft dit dilemma goed beschreven in Nomade. Ik zei hiervoor ‘de voortgaande beschaving’. Is er een lineaire vooruitgaande beweging bij beschaving? Ik weet het niet. Het hangt af van de criteria die je ervoor wilt gebruiken. Als je medische wetenschap en de ontwikkeling daarbij als deel van de beschaving wilt zien, dan is dat beschavingsvooruitgang. Voor mij is beschaving de maatschappelijke situatie waar veranderingen in sociale betrekkingen – die doen zich onvermijdelijk wel voor – zonder gebruik van geweld verwerkt worden en dit gedurende langere perioden.

(wordt vervolgd)

Your comment please...

  • RSS
  • Facebook
  • Twitter