blog | werkgroep caraïbische letteren

Hermelijn beschrijft avondschemering slavernij

Den Haag – “Wat voelden de slaven toen ze hoorden dat ze werden vrijgelaten? Hoe ervoeren de slaveneigenaren deze beslissing die op duizenden kilometers afstand in Nederland werd genomen? Die sfeer heb ik proberen te scheppen,” zei Curaçaoënaar Jacques Hermelijn vorige week zaterdag bij de presentatie van Het offer van Remo, georganiseerd door de Dutch Caribbean Book Club.

 

Jacques Hermelijn. Foto Dutch Caribbean Book Club

Hermelijns zijn derde publicatie is een liefdesverhaal over een slaaf en zijn blanke meesteres in een tijd die nauwelijks of niet is beschreven in romans over Curaçao, namelijk de jaren voor de afschaffing van de slavernij. “De avondschemering van de slavernijperiode,” zei Hermelijn.
De schrijver deed uitgebreid onderzoek naar het oude Curaçao, het dagelijks leven in de stad en daarbuiten, de inrichting van de landhuizen en de kleding van de personages. “Dat is een hele prestatie voor een man van 85 met een lees- en kijkvermogen van 45 procent,” zei Marianne Vork van de Nederlandse Auteurs Uitgeverij, die ook zijn eerdere twee boeken uitgaf. “Ik vind het een lief, mooi en aandoenlijk verhaal geworden.
Het boek is ook bijzonder omdat het, mede dankzij het Prins Bernhard Cultuurfonds Caribisch Gebied, meteen is uitgegeven als een tweetalige bundel met een vertaling in het Papiaments door Ronald Capriles Martina. “Jacques schrijft over de traditionele verhoudingen tussen slaven en hun meesters en meesteressen, maar ook de relatie tussen moeder en kind komt tot zijn recht,” zei Capriles Martina. “Hopelijk komt met de publicatie van dit verhaal over verboden liefde een eind aan een periode van valse schaamte.”
De publicatie van een tweetalige bundel was belangrijk voor Hermelijn omdat hij het als zijn taak ziet om verschillende culturen met elkaar te verbinden. Dat was ook zijn voornaamste streven toen hij werkzaam was als directeur en plaatsvervangend Gevolmachtigde Minister van het voormalige Antillenhuis en als bestuurslid van de belangenorganisatie OCaN, waar hij nog tot op zijn tachtigste actief voor was. “Mensen vragen me wel eens waarom ik op mijn leeftijd niet ga genieten van mijn oude dag. Maar ik denk dat ik beslist nog iets kan betekenen voor de Caribisch-Nederlandse gemeenschap,” aldus Hermelijn.

Een eerste exemplaar van Het offer van Remo werd aangeboden aan Marco van Baalen, directeur van het Haags Historisch Museum. “Aandacht voor slavernij is belangrijk. Als kunsthistoricus richt ik me vooral op schilderijen en oude objecten, maar die laten vooral het verhaal van de elite zien. Voor het hele verhaal hebben we auteurs en kunstenaars nodig,” zei hij.
Toch probeert ook het Haags Historisch Museum een evenwichtig beeld te geven van de Haagse geschiedenis, inclusief de verhalen van de vele inwoners met voorouders in het buitenland. Van Baalen treft de voorbereidingen voor een expositie over Cupido en Sideron, twee jonge bedienden uit Curaçao en West-Afrika, die in de 18de eeuw als kind cadeau werden gegeven aan de Haagse stadhouder Willem V. Ze staan onder meer op een schilderij van de Haagse kermis in het museum. De expositie opent op 21 september.

Het offer van Remo is verkrijgbaar in boekhandels in Nederland en Curaçao. Een digitale versie is al voor een paar dollar verkrijgbaar.

 

Your comment please...

  • RSS
  • Facebook
  • Twitter