Herdenking slavernijverleden: ‘Het beheerst nog steeds mijn leven’
Het Nederlandse slavernijverleden wordt vandaag [1 juli – red. CU] nationaal herdacht. Voor Amsterdammer Maurice San-a-Jong (35) staat elke dag nog in het teken van de slaventijd. “Als we niet weten wat er met mijn familie is gebeurd, blijven zij een blinde vlek in het verleden.” Op 9 mei spreekt hij bij de Lutherse Gemeente in Amsterdam.
Vandaag 154 jaar geleden werd de slavernij in Suriname en de voormalige Nederlandse Antillen afgeschaft. Maurice heeft Surinaamse roots en bij hem thuis werd veel gepraat over het gruwelijke verleden. “Ik leerde thuis wat het betekende en wat het met mensen heeft gedaan. Mijn oma vertelde dat wij de vrijheid die we nu hebben onderschatten.”
Onduidelijkheid over familie
Concrete verhalen over zijn voorouders in de slaventijd zijn er niet, maar volgens Maurice is het zeer waarschijnlijk dat zijn overgrootmoeder de slavernij heeft meegemaakt.
Hij wil heel graag meer weten over hoe het zijn familie verging in die tijd, maar dat is lastig. “Dat is van de meeste Surinamers moeilijk te achterhalen, omdat we bijna niet terug te vinden zijn in de officiële bronnen.”
‘Blinde vlek’
Toch blijft hij pogingen doen om te achterhalen wat er met zijn voorouders is gebeurd. “Als we dat niet weten, blijven zij een blinde vlek in het verleden. Dat is heel pijnlijk. Het lijkt alsof ze nooit bestaan hebben, dat ontneemt mijn voorouders hun menselijkheid.”
Maurice is dagelijks bezig met het koloniale verleden. Hij schreef voor zijn studie geschiedenis een scriptie over slavernij en nu volgt hij op de Universiteit van Leiden een master over het koloniale verleden. “Het slavernijverleden beheerst mijn hele leven, ik gebruik het in bijna alles. Maar ik probeer er niet te emotioneel naar te kijken, dat helpt niet om inzichtelijk te maken wat er is gebeurd.”
Positief
De gebeurtenissen van toen hebben Maurice gemaakt wie hij nu is en hij heeft het verleden altijd in zijn achterhoofd. Hij leest veel boeken over slavernij en komt beetje bij beetje meer te weten over hoe het moet zijn geweest voor zijn voorouders. “Het blijft een inkijk in een wereld waar je niet naar toe kunt. Je kunt erover lezen en praten, maar ik zal nooit echt weten wat zij hebben meegemaakt.”
Maurice probeert zijn kennis over de geschiedenis om te zetten in iets positiefs. “Mijn oma heeft mij geleerd om keihard te werken, omdat we tot de onderste laag van de samenleving behoren. Sommigen zeggen: we leven nu, vroeger was toen. Maar ik voel me verantwoordelijk om mijn beste beentje voor te zetten.”
Digitaliseren slavenregisters
Sinds vorige week zijn de Surinaamse slavenregisters gedigitaliseerd. In de registers staan zo’n 80.000 mensen die tussen 1830 en 1863 in slavernij leefden. Het gaat dan om de geboortedatum, de naam van de moeder en/of gegevens over ‘vrijlating of verkoop’.
Een heel goede stap, zegt Maurice San-a-Jong. Toch beantwoordt het register niet al zijn vragen. “Zelfs als je daar familieleden tussen ziet staan, weet je niet wat ze precies hebben meegemaakt.”
Het project is een Surinaams-Nederlandse samenwerking tussen onder meer de Radboud Universiteit en de Anton de Kom Universiteit van Suriname. De registers worden waarschijnlijk volgend jaar juli openbaar voor het publiek.
[van RTL Nieuws, 1 juli 2017, aangepast 15 oktober 2017]