Graag een keuze voor leven
door Joop Vernooij
De titel van het proefschrift van Rita (Dona) Sanctis is A Quest for Life and Transformative Resistance: An Explorative Study on Religious and Philosophical Resources of Resistance to Female Foeticide and Infanticide in India (Verlangend op zoek naar leven en transformatief verzet. Een verkennend onderzoek naar de religieuze en filosofische bronnen van verzet tegen het opzettelijk doden van vrouwelijke foetussen en van meisjes in India).
Rita Sanctis is een kloosterzuster, zuster Dona, en lid van de diocesane Congregatie van de Zusters van de Little Flower of Bethany, Mangalore, India. De Congregatie is in 1957 gesticht en heeft bijna 2.000 leden, met een communiteit in Viersen/Dülken en een in Aachen (Duitsland). Zr. Dona Sanctis begon haar masteropleiding theologie aan de Radboud Universiteit in Nijmegen en deed daar ook haar PhD-studie voor de promotie, die in augustus 2014 plaatsvond. Ze keerde daarna terug naar India en zal een functie hebben in opleidingen.
Als menselijk leven wordt bedreigd, is het geboden weerstand te bieden tegen geweld en leven te bevorderen. In het India van vandaag komt geweld tegen vrouwen en meisjes voor en speciaal het wijdverspreide misbruik vrouwelijke foetussen en baby’s te doden. Er is sprake van een opeenstapeling van oorzaken voor deze discriminatie tegen vrouwen. Daarom is het noodzaak daar verandering in te brengen. Het religieus en filosofisch gedachtegoed van India kan dat veranderen, maar ook de vrouwen zelf kunnen er weerstand tegen bieden door een nieuw zelfbeeld te ontwerpen. Deze studie analyseert ook de verzetsmogelijkheden van de vrouwen zelf, zodat dit zijn weerslag kan hebben op de hele Indiase samenleving.
Het uitgangspunt van Rita Sanctis is de beklagenswaardige situatie in India omtrent foeticide en infanticide. In de nationale Census van 2012 was de verhouding in de leeftijdsgroep 0-6 jaar op 1.000 jongens 914 meisjes. In de Census van 2001 was dat op de 1.000 jongens 927 meisjes. Zij vindt als oorzaken van de scheve verhoudingen onder andere de patriarchale cultuur (de macho’s), met als gevolg de achterstelling van de vrouw, de dwangmatige of obsessieve voorkeur voor jongens boven meisjes, het kaste-systeem, de economische kwestie van de bruidsschat, de religieuze discriminatie en het verwaarlozen van vrouwenzaken in de politiek. Van de weeromstuit zijn vrouwen zich deze achterstellende cultuur eigen gaan maken en zijn ze zelfs bereid tot het doden van hun foetus of hun jonge dochter over te gaan. Van de ene kant zijn de vrouwen slachtoffer van de mannencultuur, maar ze werken ook aan de instandhouding ervan mee. Verzet tegen deze gang van zaken is dus geboden. Pas als vrouwen inzien dat hun handelwijze tegen het vrouw-zijn zijn gericht, kan verzet succesvol zijn. Het gaat dan om verzet voor de omvorming/transformatie van de samenleving van mannen en vrouwen ten gunste van leven en waardigheid van leven.
Sanctis hoopte in de religieuze tradities van het hindoeïsme, het jodendom en christendom kritische aanknopingspunten te vinden om het verzet tegen de misstanden aan te wakkeren. Zij voegde er een kritische analyse van het gedachtegoed van Mahatma Gandhi aan toe. In het hindoeïsme is het goddelijke vrouwelijke principe Sakti, manifest in Kali, Durga, Saraswati. Dat betekent waardigheid, moed, gerechtigheid en kracht. Kortom het gaat om een spirituele krachtbron, om het zelfbeeld van vrouwen danig te veranderen. In het jodendom en christendom vindt ze in de heilige wijsheid, Sophia en in Maria metaforen voor vrouwen tegen sociale ongerechtigheid. Het ‘Magnificat’ van Maria is er een schoolvoorbeeld van. Daar kan een aanzet tot strijd tegen onderdrukkende situaties uit voortkomen.
Gandhi’s hoofdgedachte omtrent geweldloos verzet, ‘ahimsa’, is dan aan de orde. Ook heeft Gandhi in zijn tijd de emancipatie van vrouwen sterk gesteund. Sanctis gebruikt ook Gandhi’s begrippen van ‘satyagraha’ (kracht van de ziel), ‘swaraj’ (zelfcontrole) en ‘sarvodaya’ (welzijn van allen). Deze gedachten hebben een goed effect voor de emancipatie van vrouwen opgeleverd.
Dat geheel moet wel leiden naar nieuwe wegen voor vrouwen, met de nadruk op waardigheid van man en vrouw. Het complex van ideeën moet leiden tot een transformatie in de onderlinge verhoudingen op basis van de waardigheid en heiligheid van de mens, naar transformatie van het zelfverstaan van vrouwen en de bevordering van hun kracht en handelingsvermogen.
Ten slotte focust Sanctis op de transformatie van de man, die vaak met een machogedachte behept is. Sanctis sluit af met het beeld van de regenboog, het symbool van de hoop op een betere toekomst voor vrouwen en mannen vanuit de idee van weerstand tegen de huidige gang van zaken in India. Het is opvallend en vernieuwend dat een kloosterzuster zich van de problemen van foeticide en infanticide bewust is en handvatten voor vernieuwing weet aan te reiken.
Rita Sanctis: A Quest for Life and Transformative Resistance: An Explorative Study on Religious and Philosophical Resources of Resistance to Female Foeticide and Infanticide in India, 289 pp.. Nijmegen, 2014. ISBN 978 94 6259 267 4