blog | werkgroep caraïbische letteren

Goederenvervoer in 1688 – Leren van geschiedenis 79

door Hilde Neus

Regelmatig zien we berichten in het nieuws over smokkel van producten, het land in of het land uit. Dit gaat voornamelijk over het ontduiken van belastingen, en soms het vervoer van illegale goederen en drugs zoals cocaïne. Verdachten worden opgepakt, en af en toe veroordeeld als is gebleken dat zij ongeoorloofd spullen op het schip hebben gezet, of er vanaf hebben gehaald. Daar zit de douane tussen, en het is een wereldwijd fenomeen dat die vaak een oogje toeknijpt bij deze handelingen, om er zelf met een tjoekoe onder de tafel beter van te worden. Douanier is bij uitstek een fraudegevoelig beroep, waar veel geld rondgaat.

Dit heeft ook te maken met de diversiteit aan kwaliteiten van de vervoerde goederen. Wat zijn basisgoederen? Hoe bepaal je welke belasting op welk goed wordt geheven? Er wordt vooral geknoeid met de luxegoederen die verkeerd worden gelabeld, liefst al aan de vervoerskant. Daartegen wordt het Asicudasysteem ingezet, dit is een systeem waarin per land wordt bijgehouden wat er verscheept wordt. Als Paramaribo aangeeft dat uit Trinidad zoveel pakjes chips zijn binnengekomen, moet dat kloppen met de verschepingsgegevens vanuit Port of Spain. 

In Suriname heeft het vervolgingsapparaat nog niet de wijsheid om de waarde te evalueren van douanebeambten die in dikke auto’s rondrijden. Hebben ze die gefinancierd uit het bescheiden salaris dat ze voor hun lanti-baantje verdienen? Vroeger was het bijhouden van belastingen gemakkelijker, omdat er op een andere manier geïmporteerd en geëxporteerd werd. De goederen die op het schip werden geladen waren voorzien van een brandmerk, en die stonden nauwkeurig geregistreerd. Hier bekijken we twee documenten. Hieruit blijken de standaarden, en de beschrijving en vastlegging bij het secretariaat.  

Export van suiker en andere goederen

Over de goederen die vanuit Paramaribo in de gereed liggende schepen werden geladen, hief het gouvernement belasting. Dit was een belangrijke bron van inkomsten voor de overheid, en er werd dus streng gecontroleerd of alles juist was geregistreerd. Hiertoe was de ontvanger aangesteld. Hij maakte de documenten op, en gaf aan wat er in het ruim werd geladen. Zoals op 20 februari 1688. Hij calculeerde wat er aan 2 ½% accijnzen was geheven op de goederen die in het schip De Gordina met schipper Andries Martense was geladen op die datum. Aan de eerste kolom zien we dat er diverse grootheden werden gebruikt voor het transporteren van suiker. Zoals een heel of half okshoofd. Of een anker. Vervolgens zien we de eigenaars vermeld, met als eerste de Edele Sociëteit en als tweede de West Indische Compagnie. De winsten over deze exporten werden onder de functionarissen van die bedrijven verdeeld. Over de gehele vracht werd f 14.778,- aan belasting betaald. Verder werden er op dit schip 318 stopen (een bepaalde inhoudsmaat, verpakt in stenen kruiken) inhoudende limoensap verscheept. Naast nog eens 1689 pond aan cederhouten planken, 20 stuks in totaal. De ontvanger Daniels tekende voor de verscheping. Mochten er ongeregeldheden worden geconstateerd, dan was hij ook hoofdelijk verantwoordelijk.    

Wie vervoert wat?

Op het tweede document zien we een aantal verpakkingen vermeld. Opvallend is, dat niet is aangegeven wat de inhoud was van deze stuks-omschrijvingen. Wat niet wil zeggen dat dit niet werd genoteerd, dat kwam echter op een andere inventaris. Deze lijst was bedoeld om aan te geven wie wat in dit bepaalde schip vervoerde. Het ging om cargo van het schip Sommelsdijck, dat op 29 november 1687 was uitgevaren vanuit Middelburg. We zien als inhoudsmaten tonnen (okshoofden), pullen, stopen, kasken (van het Engelse casket) of toegemaakte manden.

Opvallend is de verscheping door de Gemeene Reeders (gezamenlijke eigenaren van het schip). Onder hun initialen GR staan mopstenen, 28.750 in totaal. Deze werden in de kolonie gebruikt om stenen huizen (of de fundatie ervan) te bouwen. De schepen werden door de Sociëteit verplicht om deze stenen te vervoeren en dienden als ballast. Ze verzwaarden het schip zodat het dieper in het water lag en minder kans liep in een storm te vergaan. Verder ook krijtsteen, ook een materiaal om mee te bouwen. Er werd brood en bloem ingevoerd, maar ook rijst.

Your comment please...

  • RSS
  • Facebook
  • Twitter