blog | werkgroep caraïbische letteren

Gharietje Choenni, a free and gentle flower growing wild

door Carla Bakboord

Het is 1981. Ik studeer aan de progressieve Sociaal Academie de CICSA in Amsterdam. Tijdens één van mijn vele mensenrechtenactiviteiten kom ik jou, Gharietje Choenni, tegen. Je maakte direct een enorme indruk op me. Wat was je strijdvaardig en moedig. Je deinsde voor niets terug.

Declameerde één van jouw gedichten en je sprak je kritisch uit over hoe de samenleving neerkeek op een commerciële sekswerker terwijl leden van diezelfde samenleving gretig gebruikmaakten van haar diensten. Wat een lef. En dat deed je allemaal op de jou zo eigen strijdlustige manier; zonder blikken of blozen. Begrijpelijk dat je direct de onverdeelde aandacht van al die studenten en docenten had. 

Beeld: Sarnami Huis

De eerste kennismaking met jou, jonge zeer welbespraakte Hindostaanse vrouw, die al geruime tijd actief was in de linkse politiek en de vrouwenbeweging is er één om nooit te vergeten. Daarnaast zette jij je ook enorm in voor de mensenrechten van alle burgers en hadden racismevraagstukken jouw bijzondere aandacht.

Het is op 7 juli 1951 dat Ghargiwati Choenni, bekend als Gharietje, het levenslicht ziet in Paramaribo. Haar vader vernoemt haar naar Ghargi Vachaknavi, een vrouwelijke filosoof uit het oude India. In de Vedische literatuur wordt Ghargi geëerd als een groot natuurfilosoof die debatteerde met de wijzen en bestuurders. Bovendien daagde zij hen uit met verwarrende vragen over de Atma, de ziel. Ghargiwati betekent: die de kwaliteiten van Ghargi bezit. En zoals de natuur en de cultuur haar richting bepaalt, ontwikkelt Gharietje dezelfde kwaliteiten als de filosofe naar wie zij is vernoemd. Immers, ook zij staat bekend als die scherpe, luidruchtige debater met een scherpe pen.

Terugblik

Op 23-jarige leeftijd vertrok jij met je dochter Sandhya naar Nederland en startte met de studie andragogie aan de Universiteit van Leiden. Tijdens je studie wierp jij je op als schrijfster en activist in de linkse en vrouwenbeweging. Je versterkte eind jaren zeventig de linkervleugel van het ‘Kollektief Jumpa Rajguru’ die zich onder meer richtte op de ondersteuning van alle achtergestelde en onderdrukte groeperingen in Nederland. Vrijheid, sociale rechtvaardigheid en onafhankelijkheid had je toen al hoog in het vaandel.

In 1980 richtte jij in Leiden samen met Sitla Bonoo en Andrea Douglas het vrouwencollectief Ashanti op. In die tijd kwam ook de Sarnami vrouwenbeweging op gang en opereerde vanaf 1983 Ashanti Nari Samadj in Den Haag. Op 25 september 1980 komt het eerste nummer van Ashanti, de eerste Surinaamse vrouwenkrant in Nederland, uit. “Ashanti stimuleerde politieke bewustwording door de actualiteit te bespreken. Door in elk nummer ook informatie over de strijd van vrouwen elders in de wereld op te nemen, werd solidariteit bevorderd”, vertelt Gharietje. “Het blad fungeerde ook als contactorgaan en de artikelen dienden als discussiemateriaal”. 

Via Ashanti, waar ik in mijn eerste jaar een snuffelstage moest lopen, leerde ik jou beter kennen. Thuis bij jou in de keuken deden we tot laat in de nacht de lay-out in een lichtbak. Ik heb toen ook een artikel voor Ashanti mogen schrijven. Het Ashanti-collectief had ook een theatergroep – Kenki – die toneelstukken en sketches opvoerde en maatschappelijke issues aan de kaak stelde. Ik werd hierin de muzikant. Het was een geweldige tijd. We zongen en speelden de door jou geschreven strijdbare liederen en theaterstukken. Zo sleepte jij ons gepassioneerd mee in het theaterstuk ‘En dan ineens … zoeken ze een man voor je.’ Jouw eigen ervaring die de acteurs zo grandioos wisten uit te dragen; het geweld en onrecht dat een jonge vrouw moest ondergaan, raakten mij en het publiek heel diep. Er was na het optreden een levendige discussie met het publiek. De reactie was overweldigend. Met dit stuk heeft Kenki meer dan veertig keer opgetreden. 

Mijn lust en leven

 “Als jong meisje zeiden mijn broertjes dat meisjes geen piloot kunnen worden. En toch behaalde ik mijn vliegbrevet op Bonaire. Naast windsurfen, snorkelen in grotten en diepzeeduiken op gevaarlijke plekken, is lezen en boeken schrijven mijn lust en leven. Het liefst lees ik de hele dag en kon ik mij alleen richten op het schrijven van boeken en artikelen. Maar ja, een mens moet ook geld verdienen om in zijn onderhoud te kunnen voorzien”, zegt Gharietje zuchtend. 

Er zijn heel wat publicaties van jouw hand verschenen. Te veel om op te noemen. Maar ik kan niet voorbijgaan aan je levenswerk Sarnami Hindostani 1920-1960: Worteling, identiteit en gemeenschapsvorming in Suriname dat je samen met je broer Chan hebt geschreven. Het behoort tot één van de beste geschiedschrijvingen van de Hindostaanse gemeenschap in Suriname. Ik kijk nu uit naar Deel 2 waar je al intens mee bezig bent. Je hebt vele mannen en vrouwen – wetenschappers en auteurs – geholpen met het redigeren. Zoveel tijd stopte je erin want je bent ook een perfectionist. Een academicus die de waarheidsvinding hoog in het vaandel heeft. 

Je hebt een broertje dood aan wetenschappers die niet teruggaan naar de bron om de informatie te verifiëren en daardoor onjuiste gegevens reproduceren. Ook wij krijgen deze wijze lessen van jou mee. Je bent en blijft de eeuwige onderwijzeres. Nog steeds onderwijs jij vrouwen, maar nu via een groepsapp. Deelt met hen belangrijke informatie over de historie, wetenschap, religie en literatuur van de Hindostaanse gemeenschap.

Tijdens mijn eigen activisme vernam ik van zoveel vrouwen hoe jij strijd voor hen voerde en hen vooral leerde hoe strijd te leveren. Zo vertelde Lilian Adriaansz, één van onze beste vriendinnen, mij, dat jij altijd te vinden bent als het gaat om het opkomen voor burgerrechten of wanneer het gaat om pacifisme. Dat je toen meeliep in demonstraties tegen kernwapens, tegen racisme, tegen seksueel misbruik en jouw strijd voor de rechten van de LGBTQI-gemeenschap. “Gharietje heeft haar leven toegewijd aan de vrouwenstrijd. Zij was de trekker, we weten niet waar zij die energie vandaan haalde. Zij was net een bulldozer”, zeggen’, Rahina Hassankhan en Joyce Gopal onze ex-Ashanti-collega’s. Gharietje, jouw onvoorwaardelijke bemoediging van vele vrouwen en mij, telkens weer, is voor jou nooit teveel. Je blijft mijn friend for life.

[Overgenomen van Women’s Right Centre Suriname, Jrg 18 no 6, 7 september 2021.]


Heb je de Indernet tentoonstelling in samenwerking met Masala Movement voor Indian History Month 2021 gemist? Dan kan je hier de video checken over Ashanti die tijdens de expositie werd getoond. De redactie van het eerste Ashanti editie bestond uit Sitla Bonoo, Gharietje Choenni, Monique Douglas, Chitra Gajadin en Sita Kalpoe. Regie & Productie video door Pravini Baboeram.

1 Trackback/Ping

Your comment please...

  • RSS
  • Facebook
  • Twitter