Ghanese kastelen (6)
door Gerard Boon
Als de slaven tot diep in het binnenland gevangen waren, werden ze geboeid en naar de kust gedreven. De groepen bestonden vaak uit twintig mensen die voortstrompelden met boeien om de nek, met een leren riem aan elkaar gebonden en vaak met een zware last op hun hoofd. Mensenroof werd een goede business. Zo werden onderlinge oorlogen tussen de Afrikaanse volkeren aangewakkerd. Ze gingen oorlog met elkaar voeren alleen om slaven te vangen. Zoals eerder gezegd was slavernij op zich geen onbekend verschijnsel in Afrika. Nieuw was dat er alleen vanwege de handel in slaven oorlogen gevoerd werden. En de grootschalige export van geketende arbeidskrachten naar een ander werelddeel was ook een nieuw verschijnsel.
Aangekomen bij het fort werden mannen en vrouwen eerst kaal geschoren, naakt uitgekleed en op hun gezondheid onderzocht. De mannen werden gebrandmerkt. De slaven werden in de kelders van de forten, zonder licht of toiletten, opgesloten. Vrouwen werden door de Europese bewoners van het fort sexueel misbruikt. De grootste forten, Elmina en Cape Coast, hadden soms tot de 1000 slaven in hun kerkers wachtend tot ze met een schip zouden worden afgevoerd.
De zelfstandige ontwikkeling van Afrika is door deze langdurige volksverhuizing ernstig bemoeilijkt. Om maar wat noemen. Het verlies van misschien wel tientallen miljoenen jonge mensen. Honderden jaren oorlog. De verwoestingen en de sfeer van wantrouwen die daardoor ontstond. Dat moet sporen en littekens hebben achtergelaten. Maar terwijl vele Afrikaanse volkeren zwaar leden onder de slavenhandel over de Atlantische Oceaan, hebben andere, zoals de Ashanti, er voordeel van gehad.
Door de Europeanen werden veel nieuwe gewassen ingevoerd. De fortbewoners kweekten in hun tuinen allerlei planten en fruit afkomstig uit andere delen van de wereld. Zo verbreidden zich uit het Middellandse zeegebied citroenen, sinaasappels en meloenen, uit Amerika kwamen maïs, pindanoten, zoete aardappelen en cassave, uit Azië kwamen rijst, bananen, suikerriet en cocosnoten. Men noemt dit wel als een voordeel van deze eerste uitwisseling tussen Afrika en Europa. Maar die planten en bomen hadden natuurlijk ook kunnen verhuizen zonder de slavenhandel.