Ghanese kastelen (4)
door Gerard Boon
Kasteel Elmina had comfortabele woningen voor de directeur-generaal, zijn voornaamste assistenten, zoals de opperkoopman, de boekhouder en de dominee.
Op de binnenplaats hadden de Portugezen een kerk gebouwd die door de Hollanders als slavenmarkt en soldatenkantine werd gebruikt. Bij het kasteel groeide de stad Elmina uit tot 15.000 inwoners. Dat was in die tijden een hele grote stad.
Michiel de Ruyter veroverde tijdens de tweede Nederlands-Engelse handels-oorlog het belangrijkste Engelse fort Cormatin. Bij de vrede van Breda in 1667 bleef het in onze handen en werd fort Amsterdam genoemd. Bij deze vrede hielden we ook Suriname dat we op de Engelsen hadden veroverd maar we raakten Manhattan, het latere New York, kwijt.
In 1667 bouwden de Hollanders zelf fort “de Goede Hoop” bij het vissersdorp Senya Beraku. We gaven het deze naam omdat we er veel van verwachtten. Eerst was het fort driehoekig maar in 1715 werd het te klein voor de opvang van de vele slaven. Het werd twee maal zo groot gemaakt en kreeg daarmee zijn tegenwoordige vierkante vorm.
Er was een grote slavengevangenis. Rond een ruime binnenplaats liggen vertrekken voor officieren en soldaten, opslagplaatsen, keukens, een vrouwen-gevangenis en een ruimte voor het kruit. De Hollanders hebben het fort in 1816 verlaten. “The Good Hope” heet het tegenwoordig. Het fort is nu in gebruik als een ‘guesthouse’. Je kan er logeren.