Genomineerde trekt zich terug van communicatie-award
door Merredith Bruce
Door het Centrum voor Communicatie en Public Relations (CCPR) ben ik, ondergetekende, samen met andere journalisten/mediawerkers genomineerd voor een communicatie-award in de categorie ‘best geschreven stuk’. Na observatie heb ik mij als genomineerde afgevraagd of ik er langer prijs op moet stellen. Het antwoord was: nee. Dus heb ik (na ampele overweging) op donderdag 26 april j.l. via twee afzonderlijke e-mails een verzoek gericht naar de organisatie om mijn naam van de lijst met genomineerden te schrappen.
Toen ik de dag daarop, vrijdag 27 april, merkte dat er nog geen reactie was gekomen, heb ik de voorzitter van de organisatie telefonisch op de hoogte gesteld van de e-mail. Aan mij werd gevraagd of het dringend was en of de boodschap ook telefonisch doorgegeven kon worden. Ik heb benadrukt dat het dringend was en verwezen naar de inhoud van de e-mail. De voorzitter zei daarop dat die in het weekend bekeken zou worden, omdat ze er niet aan toe kwam om dat meteen te doen.
Op zaterdag 28 april zag ik nog steeds geen reactie op mijn e-mail dus heb ik om 14:39 uur weer een berichtje gestuurd met het verzoek om mijn naam van de nominatielijst te halen, gezien die er nog stond. Ik heb pas op maandag 30 april een reactie gehad op mijn berichten, dus pas na vier dagen, let wel: van een centrum voor COMMUNICATIE. Gevraagd werd wat de reden was van mijn besluit en in dezelfde e-mail is aan mij de garantie gegeven dat mijn nominatie de dag daarop in de avond (1 mei dus) al verwijderd zou zijn van de website.
Waar ik niet bij stil stond is dat er TOT EN MET 1 mei nog gestemd kon worden. Ik zag (tot mijn verbazing) op de Facebook-pagina waar er mededelingen worden gedaan over het aanstaande communicatiecongres dat er tot 1 mei 12:15 a.m. nog gestemd kon worden dus die mogelijkheid was voor de rest van de dag gesloten. Het logische gevolg daarvan was dat het vakje met alle namen van genomineerden reeds was verwijderd. De conclusie die ik hieruit trek is dat de organisatie mij bewust aan het lijntje heeft gehouden en op het verkeerde been heeft geplaatst door de indruk te wekken dat in de avond van 1 mei alleen MIJN naam verwijderd zou worden, terwijl ze al van plan was ALLE namen van genomineerden om 12.15 uur te verwijderen.Men heeft dus gewacht tot het moment dat er niet meer gestemd kon/mocht worden om alle namen van de website te halen.
Kortom: vanaf het moment (donderdag 26 april) toen ik heb verzocht om mijn naam te verwijderen tot en met 30 april toen mijn e-mail uiteindelijk werd beantwoord, prijkte mijn naam nog normaal op de website als genomineerde, hoewel ik nadrukkelijk heb laten weten aan de organisatie dat ik daarop geen prijs meer stelde. Ik wens via dit ingezonden stuk formeel aan het publiek mede te delen dat ik vanaf 26 april geen genomineerde meer was. Ik heb puntsgewijs de reden daartoe aan de organisatie onderbouwd en wil tegenover u als lezer hiermee kernachtig volstaan:
De organisatie heeft mij nimmer persoonlijk of rechtstreeks op de hoogte gesteld van mijn nominatie. Dat heb ik op 10 januari via een mail vernomen die mijn toenmalige hoofdredacteur naar mij heeft doorgestuurd. Toen ik dat eenmaal wist, heb ik de Facebook-pagina van het CCPR in de gaten gehouden en zag dat er vrijwel dagelijks eenfoto werd geplaatst, waarbij een vertegenwoordiger van de organisatie een certificaat (van nominatie) persoonlijk overhandigt aan een genomineerde. Ik ben naderhand erachter gekomen dat de voorzitter van de organisatie ook is langs geweest bij de Ware Tijd, echter zijn de certificaten van personen van dit nieuwsblad die zijn genomineerd, onder wie ik dus, niet persoonlijk afgegeven maar achtergelaten bij de redactieverantwoordelijke om aan de genomineerden af te geven.
Dit is naar mijns inziens niet de taak van de redactievertegenwoordiger maar van de organisatie zelf. Een genomineerde verdient een respectvolle bejegening en dient ook daarnaar gewaardeerd te worden. Dat heb ik op geen enkel moment ervaren vanuit de organisatie. Er zijn nog meer redenen op basis waarvan ik de nominatie niet op prijs heb gesteld, maar ik wil volstaan met dat wat ik aan de organisatie heb laten weten. Ik heb overigens daarna geen reactie meer ontvangen op desbetreffende mail.
Een genomineerde verdient een respectvolle bejegening en dient ook daarnaar gewaardeerd te worden. Dat heb ik op geen enkel moment ervaren vanuit de organisatie en die behandeling verdient een genomineerde niet. Ik wens personen die eventueel hun stem op mij hadden uitgebracht daarvoor te bedanken. Dat is voor mij al voldoende en dat is waar ik wel prijs op kan stellen. Om genomineerd te worden door een organisatie die mijn inziens zelf voorbij gaat aan de basale principes van goede communicatie, verdient voor mij helaas geen waardering.
Merredith Bruce,
Journalist de Ware Tijd
[Ingezonden in de Ware Tijd, 02/05/2018]