blog | werkgroep caraïbische letteren

Fred de Haas – Jan Antonio uit Beesd, leraar te Curaçao

In Nederland was hij een lul[1]
(op Curaçao een hele knul) en
hij had ook een sproetenkop,
was een Makamba[2] op en top.

Op school gaf hij handvaardigheid
(het enige dat voor hem pleit).
Hij leerde menig leerling schaven,
slijpen en figuren zagen.

Zó bracht hij de ochtend door en
’s middags lag hij op één oor.
’s Avonds dronk hij met plezier
Polar[3] of een slok Amstelbier.

Sóms ging hij om een uur of negen
naar ’t bordeel Campo Alegre[4]
voor een potje superlingo
met een vrouw uit San Domingo[5]

of hij koos Venezolaans
en ook wel eens Colombiaans.
Maar na lingolingolingo
was het vaak nog steeds geen bingo.

Zijn namen waren Jan Antonio
(die werden op Kòrsou[6] ‘Wan[7] Koño’;
dat is in ‘t Papiaments[8] ‘Jan Kut’,
waarachtig, hij verdiende ‘t!).

Een jongen uit Boka Samí[9]
maakte hem uit voor ‘Tonio Bi’[10].
Wan Koño pakte toen een Bako[11],
stormde af op de Makaku[12].

Zo noemde hij iemand al gauw
die minder wit was dan hij wou.
Het was een arrogante bal
en, kort gezegd, een reuzekwal.

De jongeman ‘deed als de apen’
en ontfutselde zijn wapen,
haalde uit, geen flauwekul:
toen was Antonio écht de lul.

Bijna gaf hij daar de geest
voordát hij weer vertrok naar Beesd.
Meesmuilend werd hij daar ontvangen,
bleef in Beesd voor altijd hangen.

Opgetekend en getoonzet uit de apocriefe memoires van een rancuneuze oud-leerling. (Uit: Fred de Haas, Antume verzen)


[1] Plaats in Gelderland

[2] Zo duidt men op Curaçao een Nederlander aan.

[3] Naam van een biersoort uit Venezuela. De klemtoon ligt op de tweede lettergreep.

[4] Bekend bordeel buiten Willemstad, vlak bij het vliegveld Hato. Gesticht op initiatief van de vroegere Shell en voorzien van het Imprimatur van de katholieke kerk.  De gelegenheid ging failliet.

[5] De goede naam is ‘Santo Domingo’, maar het land werd in de Nederlandse schoolboeken lang ‘San Domingo’ genoemd.

[6] De naam van Curaçao in het Papiaments. Het accent valt op de laatste lettergreep.

[7] In het Papiaments zegt men ‘Wan’ voor ‘Juan’ (= Spaans voor ‘Jan’). ‘Koño’ wordt uitgelegd in de tekst.

[8] De inheemse taal van Aruba, Curaçao en Bonaire.

[9] Afkorting van ‘Boka San Michiel’, een plaats op Curaçao waar veel afstammelingen van Zeeuwse Hollanders wonen. De leraar had een hekel aan de jongen, alleen al omdat hij zwart was.

[10] Er moet iets bekend zijn geweest over de seksuele voorkeuren van Jan Antonio. Dit is niet langer te achterhalen. De archieven van Willemstad en Beesd worden pas toegankelijk in 2050.

[11] Een Bako is een moersleutel met verstelbare bek, aangedreven door een zogenaamd wormwiel.

[12] De leraar noemde zijn gekleurde leerlingen allemaal ‘apen’ (makaku). Een grove belediging die de leerlingen, uit angst voor represailles, meestal over hun kant lieten gaan. Behalve die ene keer.

Your comment please...

  • RSS
  • Facebook
  • Twitter