blog | werkgroep caraïbische letteren

Fragment uit De bescheiden held van Mario Vargas Llosa

[Felícito, de bescheiden held, zit met een collega van een ander vervoersbedrijf koffie te drinken in een cafeetje:]

‘Is jou nooit zoiets overkomen?’ vroeg Felícito. ‘Heb jij nooit zo’n briefje ontvangen waarin ze je chanteren?’ Hij zag tot zijn verbazing dat de Rooie Vignolo een rare uitdrukking op zijn gezicht kreeg, zich verslikte en even niet wist wat hij moest antwoorden. Er was een schuldig lichtje in zijn omfloerste ogen, hij knipperde voortdurend en vermeed de blik van de ander.
‘Je gaat me toch niet vertellen dat jij…’ stamelde Felícito terwijl hij zijn vriend in de arm kneep.
‘Ik ben geen held en wil dat ook niet zijn’, beaamde de Rooie Vignolo zachtjes. ‘Dus ik zal het je vertellen. Ik betaal hun elke maand een vast bedrag. En ik weet het niet zeker, maar ik geef je op een briefje dat alle of bijna alle transportbedrijven in Piura dat ook doen. Jij had het ook moeten doen. Je had niet zo roekeloos moeten zijn om tegen die lui in te gaan. We dachten allemaal dat jij hun ook al lang betaalde, Felícito. Je hebt iets heel stoms gedaan, niemand van onze collega’s begrijpt het, en ik ook niet. Ben je gek geworden? Je begint niet aan een oorlog, als je hem niet kunt winnen, man.’
‘Ik kan bijna niet geloven dat jij naar de pijpen danst van die klootzakken’, zei Felícito somber. ‘Dat gaat er bij mij niet in, dat zweer ik je. Jij leek altijd zo’n stoere vent.’
‘Het stelt niet veel voor, een klein bedrag extra bij de algemene uitgaven’, zei de Rooie schouderophalend, beschaamd, niet wetend waar hij met zijn handen naartoe moest; hij bewoog ze alsof ze te veel waren. ‘Het is de moeite niet waard je leven op het spel te zetten voor zo’n kleinigheid, Felícito. Ze zouden die vijfhonderd waar ze om vroegen tot de helft hebben teruggebracht als je goed met ze had onderhandeld, dat verzeker ik je. Je weet toch wat ze met je kantoor hebben gedaan? En dan plaats je ook nog dat bericht in El Tiempo. Je zet je eigen leven en dat van je gezin op het spel. En ook nog het leven van die arme Mabel, snap je dat niet? Je kunt niet tegen ze op, dat verzeker ik je, zo waar als ik Vignolo heet. De aarde is rond en niet vierkant. Accepteer het en probeer de kromme wereld waarin we leven niet recht te maken. De maffia is machtig en ze is overal geïnfiltreerd, te beginnen bij de regering en de rechters. Het is heel naïef van je de politie te vertrouwen. Het zou me niet verbazen als de smerissen ook in het complot zitten. Je weet toch in wat voor land wij wonen, man?’

(pp. 66-67)

Jose_Gabriel_Condorcanqui_TupacAmaru_II

Tupac Amaru op een Peruviaans biljet van 500 soles

Your comment please...

  • RSS
  • Facebook
  • Twitter