FF Lecture: Gábor Pusztai over László Székely
In de reeks Framer Framed Lectures spreekt op vrijdag 24 maart dr Gabor Pusztai over het werk van László Székely, schrijver en beeldend kunstenaar.
In het algemeen is de beoordeling van de blanken in de Nederlandse kolonie Nederlands-Indië niet bijzonder positief. De algemene mening was (en is nog steeds) dat de Europeanen die naar een kolonie vertrokken het uitschot van de maatschappij waren. Hun doel was vooral hun mislukte leven achter de rug laten en in de Oost zo veel mogelijk geld in zo kort mogelijke tijd te verdienen. Om vervolgens ergens in Europa een nieuw leven te beginnen en te rentenieren van het geld uit de tropen. De droom van snel rijk worden en dan terug naar het moederland was de drijfveer van de Europeanen gedurende drieënhalf eeuwen. Materialisme, egoïsme en meedogenloze uitbuiting waren de drie snaren waarop het leven in de kolonie speelde voor de blanken. Deze mening werd ook vaak bevestigd door de Nederlandse historici, literatuurhistorici en zelfs door koloniale auteurs. Jacob Haafner (1755-1809) zag Nederlands-Inidë als “het rasphuis van Europa” waar “deugnieten, verkwisters, boeven, allen die wegens hunne misdaden, of anderszins, uit hunne geboorteplaats zijn verbannen, bankroetiers, en ander slecht volk, alles ijlt naar de Indiën als naar eene algemeene prooi (…)” In een van de beruchte buitengewesten van Nederlands-Indië, in Deli, op Sumatra was de situatie nog erger. Volgens de historicus Jan Breman bestond hier het Europees element vooral uit „mislukkelingen, zwarte schapen, of mensen die door wanfortuin naar de kolonie verdreven waren of door de familie verbannen zijn.” Maar de werkelijkheid was niet zo erg als het in de bovenstaande beschrijving leek te zijn. Het was niet alleen maar het land van materialistische geluksjagers en gedegenereerde mislukkelingen. In mijn lezing ben ik van plan dit beeld over de kolonie en in het bijzonder over Deli enigszins bij te stellen. Hierbij zal de Hongaarse planter, schrijver-tekenaar László Székely en zijn grafisch werk centraal staan.
Gábor Pusztai is hoofd van de Vakgroep Nederlands van de Universiteit Debrecen, Hongarije. Hij promoveerde in 2003 op het proefschrift An der Grenze. Das Fremde und das Eigene – eine Methode zur Analyse. Dargestellt an Werken der deutschen und der niederländischen Kolonialliteratur in der ersten Hälfte des 20. Jahrhunderts, en habiliteerde in 2015 op Menekülés az idegenbe (Vlucht in het vreemde). In 2007 verscheen Dit altijd alleen zijn: Verhalen over het leven van planters en koelies in Deli, 1914-1930.
De lezing is in het Nederlands.
Datum: vrijdag 24 maart 2017, aanvang 18.00 uur
Locatie: Art Gallery Framer Framed, de expositieruimte van de Tolhuistuin, pal tegenover de aanlegplaats van het IJ-pontje in Amsterdam-Noord, IJpromenade 2, 1031 KT Amsterdam
Komende lezingen
woensdag 5 april Rose Mary Allen – De orale vertelcultuur van Curaçao *
vrij 7 april Het werk van Charles Landvreugd & Patricia Kaersenhout *
dinsdag 11 april Sara Blokland – Srefidensi, fotoarchieven, fotoalbums, herinnering & identiteit *
vrij 14 april Paul Faber – Moderne kunst in het Caraïbisch gebied
vrij 21 april Ellen de Vries – Nola Hatterman & de kunst in Suriname
Lees hier over de lezingenreeks