blog | werkgroep caraïbische letteren

En we noemen hem…

door Jan-Willem Swane

“Voor wie ik liefheb wil ik heten” dichtte Neeltje Maria Min in 1966. Daarmee drukte ze uit wat een naam kan zijn: een brug tussen je individualiteit en de wereld om je heen. Ken mij, zegt de naam. Zie mijn bijzonderheid.

Slavenregister

Je naam is niet alleen bedoeld voor wie je liefhebt. Je hebt hem, als je geluk hebt, ook gekregen van wie je liefheeft. Een voornaam die hun liefdevolle verwachting uitdrukt, een achternaam die je wortels geeft.

Hoe anders was het bij de zo’n 300.000 mensen die als slaaf gevoerd werden van Afrika naar Suriname. Alex van Stipriaan laat het zien in zijn artikel Slavernij en de strijd om de Afro-Surinaamse identiteit, dat op het programma stond in het tweede college van de reeks Caraïbische dromen. Bij aankomst in Suriname deed het niet ter zake hoe je heette voor je (vaak achtergebleven) geliefden. Je meester gaf je een nieuwe naam. Een naam die geen liefde uitdrukte, maar een bezitsverhouding. Een verbale aanvulling op het brandmerk dat je kreeg.

Lees hier verder op de blogspot van Jan-Willem Swane, 21 februari 2021

Your comment please...

  • RSS
  • Facebook
  • Twitter