blog | werkgroep caraïbische letteren

Een poëtische archipel

Bespreking van Het eiland en andere gedichten van Michiel van Kempen

door Albert Hagenaars

Michiel van Kempen (1957, Oirschot) is bijzonder hoogleraar Nederlands-Caraïbische Literatuur en maakte dus talloze reizen door het betreffende gebied. De neerslag daarvan komt volop aan bod in zijn tweede poëziebundel, qua sfeer, bijv. door opname van woorden als ‘makamba’s’, ‘faja lobi’ en ‘troepialen’ maar zeker ook qua stijl, gezien o.a. de doorlopende regels en het associatieve, beeldrijke karakter.

Het geheel doet prikkelend on-Nederlands aan. De titel verwijst niet alleen naar de Antilliaanse eilanden maar ook naar de eigenheid van het individu. Thema’s zijn opvallend polair: levensdrift en dood, benadering en onbereikbaarheid, vroeger en nu. Van Kempen schrijft indringend over het definitieve afscheid van zijn ouders en van vrienden en collega’s zoals Bea Vianen, Michael Slory en Shrinivási: “je kijkt me aan maar ziet me niet / alsof de wereld door je iris vliedt / ik begrijp: ik zit al aan je binnenkant”. Deze verzen zijn toegankelijk zonder simpel te worden, terwijl ze toch steeds suggestief blijven. Ze vormen een poëtische archipel die verkenners veel heeft te bieden.

Michiel van Kempen, Het eiland en andere gedichten. Haarlem: In de Knipscheer, 2020. ISBN 978 90 6265 796 4. Prijs. 18,50.

Bestellen kan hier

[Bespreking voor NBD/Biblion.]

Your comment please...

  • RSS
  • Facebook
  • Twitter