blog | werkgroep caraïbische letteren

Een geniale koopman: de bakermat van onze tijd

door Michiel van Kempen

Nadat het schrijversechtpaar Alice Boots en Rob Woortman zich tweemaal verdiept had in ‘zwarte’ geschiedenis – met een biografie van Anton de Kom en een boek over de Cotton Club – dook het in de ‘witte’ geschiedenis van de opbloei van de Hollandse economie aan het einde van de 16de en het begin van de  17de eeuw. Een geniale koopman is daarvan het resultaat. Of ‘witte’ geschiedenis? Je kunt evengoed zeggen dat ze terug in de tijd zijn gegaan om te achterhalen waar de roots liggen van de grote handelscompagnieën en het begin van drie eeuwen slavernij.

Vanaf 1614 begint de Hoornse houwdegen Jan Pieterszoon Coen vanaf Bantam in het verre Indië aan te dringen bij de Heeren XVII in Amsterdam op het inschakelen van slaven als arbeidskrachten, wit of zwart, het maakt hem niet uit.

Conde ick maer slaven becomen, invoegen als wel anderen hebben gedaen, souden ze in onsen dienst wel weten te gebruycken.

J.P. Coen

Maar de bestuurderen in Patra aarzelen; niet uit menslievendheid, maar omdat zij goedkopere manieren overwegen om hun handelsbelangen – en dan met name het monopolie op de nootmuskaat – veilig te stellen. Uiteindelijk zwichten zij omdat zij ook wel inzien dat er moet worden ingegrepen om de verliezen van de eerste Verenigde Oostindische Compagnie om te buigen in dikke winst. De slavernij in de Oost is een feit, en zal zoals bekend getalsmatig een nog veel grotere vorm aannemen dan zij in de Atlantische wereld (de West) zal doen.

Een slim systeem

De slavernij is in het boek van Boots en Woortman een van de vele verhaallijnen. Zij schrijven geen biografie van Coen (daar zijn er al verschillende van), geen geschiedenis van de VOC (idem), maar zij volgen het spoor van de Vlaamse kooplieden die na de val van Antwerpen in 1585 naar het Noorden trokken en daar steden als Middelburg, Delft en vooral Amsterdam mee tot bloei brachten. Centraal in het verhaal staat Dirk van Os (1556-1615), telg uit een Antwerps handelsgeslacht, die zich na zijn vestiging in de stad aan het IJ, al zeer snel weet op te werken tot een van de invloedrijkste burgers – ondanks het feit dat de Vlamingen in Amsterdam niet erg populair waren. Hij is een uiterst gewiekst zakenman, intelligent, krachtdadig en ook nietsontziend. Hij rust schepen uit voor de graanhandel in het Oostzeegebied – anders dan wel eens wordt gedacht, de kurk van de welvaart van de Amsterdamse grachtengordel. Maar Van Os kijkt verder, hij behoorde tot de generatie van Zuid-Nederlanders die de Compagnieën oprichtten die voeren op de Oost en later de West en daarvoor de helft van het benodigde kapitaal bijeenbracht. Sommigen van hen waren lid van de Kamer Amsterdam van de VOC en werden van daaruit afgevaardigd naar het machtige bestuurscollege van de Heeren XVII. Maar Dirk van Os ziet ook enorme potentie in de Beemster en financiert de bemaling van het meer om het droog te leggen voor landbouw en grote buitens van de welgestelden. En hij komt met een slim nieuw financieel systeem: een aandeel hoeft niet langer zijn waarde één op één te ontlenen aan een tegenwaarde, maar kan ook speculeren op waardevermeerdering. Daarmee legt Van Os mede de basis voor de moderne economie (en hoe dat speculeren uiteindelijk laat in de 20ste eeuw tot dramatisch uiteenspattende luchtbellen zal leiden, hebben verschillende crises zoals die van Goldman Sachs in 2008 laten zien).

Gouden Eeuw met Zwarte Rand

Alice Boots en Rob Woortman bij een college in 2016. Foto MvK.

Alice Boots en Rob Woortman laten de bloei van de Gouden Eeuw met de Zwarte Rand in brede verfstreken en vaak met heerlijk aansprekende details zien. Je rúikt soms de viezigheid in de benauwde steegjes en grachten van Amsterdam en volgt ook de beraadslagingen over hoe daar iets aan gedaan kon worden.

In wezen is er niet zo veel verschil in de manier waarop Dirk van Os op de Amsterdamse geldmarkt opereerde en ceo’s, cfo’s en financiële tycoons in onze dagen. Hooguit zou je kunnen zeggen dat men zich vandaag de dag niet meer wil laten zien in de vaak sobere, maar niettemin ook geraffineerd de welvaart uitdragende kleding op de schilderijen van de 17de eeuw – en waarvan Rembrandts portretten ten voeten uit van Marten Soolmans en Oopjen Coppit de absolute top vormen.

Een geniale koopman is met vaart en verve geschreven. Het is niet, zoals het boek claimt, de eerste biografie van een lid van de Antwerpse koopmanselite in Amsterdam: Franklin Jameson schreef bijvoorbeeld al in 1887 een biografie van Willem Usselinx. Maar het is misschien wel de eerste biografie met een andere blik sinds wij wat kritischer zijn gaan kijken naar de ‘Gouden Eeuw’.

Quinten Massys, De geldwisselaar en zijn vrouw, 1514. (Louvre, Parijs)

Rob Woortman heeft het boek nog wel in druk gezien, maar was helaas al te zwak om de boekpresentatie ervan nog mee te kunnen maken; hij overleed eind vorig jaar. Het kan zijn dat het aan zijn afgenomen krachten ligt dat het boek in zijn zwierige gebaren soms wal al te ruim uithaalt. Zo staat er op pagina 20 dat het Quinten Matsys was die in 1514 waarschijnlijk als eerste een geldwisselaar schilderde: een man en een vrouw in een kantoortje  met een stapeltje munten. Maar dan wordt er toch voorbijgezien aan Pietro di Minato die zo’n voorstelling al in 1412 schilderde. Twintig jaar ná Quinten Massys is dit soort voorstelling verdwenen, schrijven de auteurs, en staan er nog alleen nog mannen op met ongure koppen en grijpgrage vingers. Maar de iconografie weerlegt ook deze bewering, als je kijkt naar de goudwegers en geldwisselaars bij Jan Sanders van Hemessen, Gabriël Metsu, Pieter de Hooch en Rembrandt, waar wel degelijk koppels van man en vrouw op staan.

Deze kunsthistorische kanttekening terzijde geschoven: Rob Woortman en Alice Boots hebben met dit boek een fraaie trilogie voltooid van geschiedenisboeken die ons evenveel tonen over tijden van weleer als over het reilen en zeilen van vandaag de dag. Chapeau!

Alice Boots & Rob Woortman, Een geniale koopman; Dirk van Os en de invloed van Zuid-Nederlanders op de Amsterdamse geldmarkt. Zutphen: Walburg Pers, 2023. 351 pagina’s, enkele illustraties in zwart-wit. ISBN 9789 4645 62347. Prijs € 29,99.

Your comment please...

  • RSS
  • Facebook
  • Twitter