blog | werkgroep caraïbische letteren

Een Colombiaanse schrijfster – Een Curaçaose uitgever – Een Nederlandse hoofdpersoon (2)

door Willem Bant

Elk jaar vindt in de Colombiaanse hoofdstad Bogotá de Feria Internacional del Libro de Bogotá (FILBo) plaats, met een jaarlijks wisselend país invitado de honor. In april is Nederland eregast op de FILBo 2016. De literaire relatie tussen Nederland en Colombia is nooit erg nauw geweest; weinig Nederlandse fictie-auteurs hebben zich beziggehouden met het land van Gabriel García Márquez, Fernando Botero en Pablo Escobar. Aan de andere kant komt Curaçao weliswaar voor in de werken van bijvoorbeeld García Márquez, maar moet ook worden vastgesteld dat Colombiaanse literatoren aan het Europese deel van het Koninkrijk nauwelijks woorden hebben gewijd. Maar er is een uitzondering: in 1888 publiceerde de Colombiaanse Soledad Acosta de Samper bij de Curaçaose firma A. Bethencourt e Hijos Una holandesa en América, een lijvige roman die begint in Nederland en die met Lucía een (half) Nederlandse hoofdpersoon heeft. In een serie van drie artikelen zal Willem Bant, docent Nederlands en Spaans op Aruba, aandacht besteden aan de Colombiaanse schrijfster, de Curaçaose uitgever en de Nederlandse hoofdpersoon van Una holandesa en América. In dit tweede artikel staat de firma Bethencourt e Hijos centraal.

Agustin bethencourt

Agustín Bethencourt

Agustín Bethencourt (Santa Cruz de Tenerife 1826 – Curaçao 1885) en de firma A. Bethencourt e Hijos, Editores te Curaçao
Al op heel jonge leeftijd verliet Agustín Bethencourt de Canarische Eilanden om zich te vestigen in Venezuela. Als gevolg van de politieke onrust in dat land besloot hij in 1860 terug te keren naar Spanje. Het eerste deel van de terugreis voerde hem naar Curaçao, waar hij moest wachten op verder transport naar Europa. Aangezien dat op zich liet wachten en hij kansen zag op Curaçao, besloot hij op het eiland te blijven. In 1867 begon hij een boekhandel annex drukkerij, een gebeurtenis die volgens Hartog in zijn geschiedenis van Curaçao “van niet genoeg te schatten belang is geweest.” Toen zijn zoons deel gingen uitmaken van het bedrijf werd de naam van de firma veranderd in Agustín Bethencourt e Hijos.
De firma A. Bethencourt e Hijos had eind negentiende eeuw een behoorlijke collectie boeken voor zowel uitleen als verkoop, waarvoor reclame werd gemaakt in de eigen bladen Boletín (1879-1897) en El Anunciador. Verschillende bronnen benadrukken vooral ook de internationale uitstraling van de activiteiten van uitgever-drukker-boekhandelaar-bibliotheekhouder Agustín Bethencourt. In zijn geschiedenis van Curaçao stelt Hartog bijvoorbeeld het volgende: “Agustín Bethencourt […] is de stichter van een boekhandel en uitgeverijbedrijf geweest, dat Curaçao een betekenis verschafte welke tot buiten onze kusten reikte. Bij Bethencourt e Hijos werden boeken en muziekwerken gedrukt voor Venezuela en andere landen.”
Ook Rutgers benadrukt in zijn standaardwerk over de literatuur van de Nederlandse Antillen en Aruba Beneden en boven de wind de internationale uitstraling van de activiteiten van Agustín Bethencourt; zijn firma groeide aan het einde van de negentiende eeuw uit tot een productie- en distributiecentrum voor het gehele Caraïbische gebied en Latijns Amerika. Deze internationale oriëntatie bevrijdde de literatuur van Curaçao uit haar isolement en gaf haar aansluiting bij regionale literaire activiteiten en tendensen.
In de eerste decennia van de twintigste eeuw veranderde de hele situatie. Mede door de komst van de Shell werd de blik vanuit Curaçao weer meer gericht op het moederland; het Nederlands heroverde ten koste van het Spaans zijn positie in het culturele leven van het eiland. In 1937 werd de drukkerij-boekhandel A. Bethencourt e Hijos afgebroken, waarbij volgens Rutgers enorme voorraden boeken, tijdschriften, muziekwerken en zelfs manuscripten vernietigd werden.

 

Boletin de la libreria

Het tijdschrift Notas y Letras (1886 – 1888)
Heel belangrijk wat de hierboven genoemde internationale uitstraling betreft, was Notas y Letras, semanario de literatura y bellas artes, een weekblad dat in eerste instantie werd gedrukt door Tipografía Excelsior, maar al na enkele maanden werd geproduceerd op de persen van Bethencourt. Tussen 1886 en 1888 verschenen er een kleine tachtig nummers van wat beschouwd kan worden als het eerste Antilliaanse literaire tijdschrift. De meer dan zeshonderd pagina’s die er in de ruim twee jaar van het bestaan van het blad werden gedrukt, werden gevuld door niet minder dan tweehonderd verschillende auteurs, van wie meer dan de helft overigens maar één keer een bijdrage leverde. In Notas y Letras publiceerden niet alleen lokale auteurs als Joseph Sickman Corsen en Ernesto H. Römer, maar ook Latijns-Amerikanen die om verschillende redenen op Curaçao verbleven en auteurs uit landen uit de regio. Zo waren er veel medewerkers uit Venezuela en Colombia, maar ook auteurs uit Ecuador, Peru, Chili, Argentinië, Mexico, Cuba, Puerto Rico en de Verenigde Staten leverden bijdragen.
Eén van de buitenlandse medewerksters van Notas y Letras was Soledad Acosta de Samper. Het is niet duidelijk of Acosta de Samper daadwerkelijk langere tijd op Curaçao heeft verbleven, wel echter kan worden geconcludeerd dat ze het eiland goed kende. In haar proefschrift over de Curaçaose literatuur rond 1900, merkt Liesbeth Echteld op dat Acosta de Samper Curaçao wellicht zo goed kende omdat ze leerling zou zijn geweest van een van de Spaanstalige internaten die in die tijd bestonden op Curaçao. Het is ook mogelijk dat Acosta de Samper, die zoals we zagen zowel in haar jeugd als in haar getrouwde leven langere tijd in Europa verbleef, tijdens een van haar reizen tussen Colombia en Europa Curaçao heeft aangedaan en op zo’n moment heeft kennisgemaakt met Bethencourt en zijn familie.

 

Liesbeth Echteld Literatura en espanol en Curazao
Overigens kan Acosta de Samper de firma Bethencourt en het tijdschrift Notas y Letras ook gewoon thuis in Bogotá hebben leren kennen dankzij de in die tijd gebruikelijke canjes, een systeem waarbij tijdschriften tussen uitgevers onderling werden uitgewisseld. In zijn literatuurgeschiedenis Beneden en boven de wind schrijft Rutgers het volgende over het belang van dit uitruilmodel voor Notas y Letras: “Niet minder dan 152 bladen werden in de rubriek ‘canjes’ vermeld. Misschien duurde zo’n ruil niet lang, maar het aantal is niet mis. Dat wil dus zeggen dat de redacteur ook al die bladen ontving! Notas y Letras werd op zijn beurt door al die redacties ontvangen (en gelezen, want sommige namen bijdragen in hun bladen over). Het Curaçaose blad werd nagenoeg naar heel Venezuela en naar alle grote steden van Colombia gestuurd. Daarnaast naar Ecuador, Peru, Argentinië, Costa Rica, Nicaragua, Mexico, Puerto Rico, Santo Domingo, Cuba, Jamaica, Trinidad, de Verenigde Staten (New York, Saint Louis), Spanje (Barcelona, Madrid), Frankrijk (Parijs). Nummer 49 en nummer 53 gaven een opsomming van bladen die werk uit Notas y Letras overdrukten. Dat bleken niet minder dan 23 bladen in de landen Venezuela, Colombia, Peru, Mexico, Puerto Rico en Spanje te zijn […] Dit geeft niet alleen de verspreiding van het tijdschrift aan, maar ook de eigentijdse waardering.”

De uitgave van Una holandesa en América (1888)
Alhoewel Acosta de Samper absoluut niet de enige Zuid-Amerikaanse auteur was die een boek uitgaf bij Bethencourt, blijft de vraag waarom ze Una holandesa en América niet gewoon publiceerde in eigen land. Wat deze vraag betreft is een opvallend punt dat het verhaal al in 1876 por entregas (dat wil zeggen als feuilleton) was verschenen in een krant in Bogotá, waarna de uitgave bij Bethencourt twaalf jaar op zich liet wachten. Hadden lokale uitgevers moeite met de inhoud? Was Lucía als hoofdfiguur te controversieel voor een Colombiaans publiek? Heeft Acosta de Samper moeten leuren met haar boek en is ze uiteindelijk op Curaçao bij Bethencourt uitgekomen? De bronnen om deze vragen te beantwoorden ontbreken.

 

Una_Holandesa_en_America_Novela_1400010733
Hoe het ook zij, in 1888 verscheen bij Bethencourt e Hijos, editores te Willemstad, Curaçao, Soledad Acosta de Sampers roman Una holandesa en América. Dat de schrijfster veel vertrouwen had in haar Curaçaose uitgever blijkt uit de voorin het boek opgenomen verklaring, gedateerd 5 januari 1889 in Bogotá, waarin wordt gesteld dat Bethencourt voor tien jaar de rechten op het boek heeft: “Solicita la autora se haga constar en esta diligencia, para los efectos del caso, que ha cedido por diez años a los expresados sres. Bethencourt e Hijos de Curazao el derecho exclusivo de publicar la citada obra.”
Na deze verklaring volgt een prólogo, die niet is ondertekend, maar wel gedateerd: Curazao, Diciembre de 1888. Bethencourt zelf kan deze tekst niet hebben geschreven, aangezien hij in 1885 was overleden; wel kan worden verondersteld dat een van de hijos verantwoordelijk is geweest voor de inleiding. In het voorwoord is er vooral veel lof voor Soledad Acosta de Samper, “[…] esta distinguísima noveladora colombiana, a quien nosotros vemos con el orgullo natural del patriotismo americanista.” Interessant in dit citaat is vooral het tweede deel, a quien … americanista, waarin we de door Rutgers opgemerkte regionale aansluiting en uitstraling van Curaçao terugzien: de anonieme inleider voelt zich Amerikaan en Acosta de Samper is een vertegenwoordigster van de literaire wereld waar hij deel van uitmaakt.
In de roman speelt Curaçao verder geen rol. Het eiland wordt ook niet aangedaan tijdens de reis van Europa naar Colombia, die wordt beschreven in deel twee van het boek. Aardig is wel dat er een korte opmerking wordt gemaakt over het Papiamento, dat gesproken wordt door een van de kapiteins op het schip waarop hoofdpersoon Lucía de kustreis maakt tussen Santa Marta en de monding van de Magdalena. In een voetnoot wordt uitgelegd wat voor taal het Papiamento is: “Dialecto que se habla en Curazao, y es una mezcla de español, holandés, francés, inglés y portugués.” (Een dialect gesproken op Curaçao; een mengeling van Spaans, Nederlands, Frans, Engels en Portugees). In Colombia zal Lucía moeten communiceren in het Spaans, een taal die ze zichzelf al in Nederland heeft geleerd.

 

[wordt vervolgd, voor deel 3 klik hier]

 

feria del libro

1 Trackback/Ping

Your comment please...

  • RSS
  • Facebook
  • Twitter