blog | werkgroep caraïbische letteren

Duitse Joden achter Indische kawat (2)

 

door Werner Stauder
De Joden werden net zo slecht en onbeschoft behandeld als de overige Duitsers, want zij werden gewoon als Duitsers beschouwd en niet als Joden. Niemand stond er blijkbaar bij stil dat deze mensen helemaal geen Duitse staatsburgers meer waren en dat zij juist uit Nazi-Duitsland moesten vluchten om aan de afgrijselijke jodenvervolging te ontsnappen. Dat de Duitse Joden door de Nederlandse politie werden gearresteerd in het land waar zij rust en vrijheid dachten te vinden, en dan op het beruchte eiland Onrust ook nog in een zogenaamde ‘Jodenbarak’ werden opgesloten in plaats van hen als vluchtelingen op te vangen en hen politiek asiel te verlenen is ronduit schandalig te noemen.

Dat dit echter niet per vergissing gebeurde, maar juist van hogerhand beslist werd blijkt uit het feit, dat het besluit hiervoor door de gouverneur-generaal Tjarda van Starkenborgh Stachouwer werd genomen als een veiligheidsmaatregel op grond van artikel twintig van de Regeling Staat van Oorlog en Beleg. De Duitse Joden werden in Indië als ‘veiligheidsrisico’ beschouwd omdat men vreesde, dat zij door de nazi’s konden worden gechanteerd met hun familieleden in de concentratiekampen. Om deze reden liet Starkenborgh de veiligheid voor de menselijkheid gaan met alle gevolgen van dien. Zo werd ook de onschuldige ingenieur Otto Johann Ludwig Moszkowicz het slachtoffer van dit noodlottige besluit en kwam onder onmenselijke omstandigheden achter het prikkeldraad terecht.

In de vroege ochtend van 15 mei 1940 werd hij getuige van de brute moord op zijn jonge barakgenoot Rudolf Frühstück. De geïnterneerden van barak 18 gingen naar buiten om te luchten. Vlak voor de omheining waren enkele Javanen in de hoge bomen geklommen om daar wat takken af te kappen in verband met het monteren van een elektrische leiding. Natuurlijk was dit voor Moszkowicz en zijn barakgenoten een prachtige afleiding om naar te kijken en ook de jonge Frühstück was één van deze toeschouwers. Met opgeheven hoofd stond hij gefascineerd te kijken hoe snel en behendig deze inlanders in de boom konden klimmen en had daarbij niet eens door dat hij inmiddels op minder dan twee meter van de prikkeldraadomheining was gekomen. Onbewust wilde hij op een gegeven moment met zijn hand op één van de peilers van het hek steunen, waardoor die hand zich dus boven het verboden gebied bevond met het gevolg dat hij nietsvermoedend en zonder waarschuwing door een sergeant van het bewakingsdetachement van achteren werd doodgeschoten door een welgemikt schot in de hartstreek. Er ontstond onmiddellijk een groot tumult in het kamp.

Zijn barakgenoten renden naar hem toe om hem te helpen, waaronder ook dr. Emil Mengert uit Batavia, terwijl ook militairen van alle kanten kwamen aanlopen, die de arts onder bedreiging van het geweer dwongen zijn patiënt te verlaten en iedereen de barak in joegen. Uit de omliggende barakken klonken luide protesten tegen deze handelwijze. Onder de toegesnelde militairen bevond zich ook kapitein De Vries, die, met zijn pistool in de hand, de zwaargewonde jongeman zieltogend in het gras aantrof. Kort daarop stierf hij. Rudolf Frühstück was een jonge Jood, die in de jaren ’30 van Duitsland naar Singapore emigreerde, maar daarna zijn toevlucht in Nederlands-Indië zocht toen de oorlog tussen Engeland en Duitsland uitbrak, omdat hij in de veronderstelling verkeerde dat hij in Indië veilig zou zijn. Frühstück ontmoette in Indië de dood, die hij in Duitsland wilde ontlopen. Heel tragisch!

[voor deel 3 klik hier]

Your comment please...

  • RSS
  • Facebook
  • Twitter