Directoraat Cultuur stopt verkenningsonderzoek Fort Boekoe
PARAMARIBO – “Wanneer toestemming is verleend, mag op basis van de voorwaarden onderzoek worden verricht, waarbij een team van Surinamers aanwezig is”, reageert Cultuurdirecteur Roseline Daan tegenover de Ware Tijd op het besluit van haar directoraat om begin november een expeditie terug te fluiten. De groep Nederlanders onder leiding van John Pel, die op verkenningsonderzoek naar Fort Boekoe was, bevond zich in het dorp Pikin Santi in het district Marowijne, de uitvalbasis voor de expeditie. Volgens Daan had het gezelschap de instituten die hiervoor toestemming moeten geven noch het directoraat gekend.
Al 25 jaar zijn Pel en zijn vier boers gefascineerd door Fort Boekoe. Sinds 1997 hebben ze verschillende zoektochten ondernomen, zonder enig succes. Pel zegt tegen de Ware Tijd dat hij – net als bij de voorgaande expedities – diverse belanghebbenden, waaronder de Archeologische Dienst, in augustus op de hoogte heeft gesteld.
Ook meldde hij zich aan bij de kapitein en basya van Pikin Santi. Het onderzoeksteam was al in het dorp toen het directoraat Cultuur zijn verbod uitvaardigde. Het Nederlandse gezelschap was nog niet aan het verkenningsonderzoek begonnen, omdat er een puru blaka gaande was.
Sinds 2014 is de Archeologische Dienst bij het directoraat Cultuur weer actief en gelden voor archeologisch onderzoek nieuwe regels. Deze zijn volgens beleidsadviseur Johan Roozer door Irene Meulenberg van de dienst duidelijk met Pel gecommuniceerd, voordat hij naar Suriname afreisde. “Hij beloofde aan de voorwaarden te voldoen, maar toch kwam hij met zoveel mensen”, klaagt Roozer.
Enkele regels van het directoraat verbazen filmmaker Kenrich Cairo, die grote belangstelling heeft voor het verhaal van Boni en de vondst van Fort Boekoe. Hij is als filmmaker in contact gekomen met Pel. Dat er regels bestaan voor het doen van archeologische opgravingen snapt hij volkomen en hij juicht die zelfs toe. “Maar waarom moet iemand, in deze een buitenlander, een bewijs van goed gedrag overleggen, voordat die een plek in Suriname mag bezoeken? Is het correct of geldt in deze willekeur?”
Cairo vindt dat er met twee maten wordt gemeten. “Waarom geldt die regel niet als de buitenlander een tocht maakt naar Mariënburg waar het massagraf van de contractarbeiders ligt?” Ook toestemming van de granman vragen, vindt hij overdreven. “Als het traditioneel gezag als werkarm van de granman toestemming heeft gegeven, vraag ik me af waarom toestemming van de granman door het directoraat wordt geëist.” Cairo wijst er verder op dat de groep van Pel geen opgravingen zou doen, slechts de plek bezichtigen.
[uit de Ware Tijd, 17/11/2021]