blog | werkgroep caraïbische letteren

De slaaf vliegt weg

door Nelly Rosa

‘Een volk dat geen toegang heeft tot de bronnen van zijn geschiedenis, wordt een volk met een zelfbeeld gebaseerd op mythen en stereotypen’. Deze stelling van de Amerikaanse historica en onderzoeker Barbara Tuchman wordt door de Surinaamse auteur Cynthia McLeod in de bundel De slaaf vliegt weg aangehaald.

 

De kern van deze bundel vormen de tot essays bewerkte lezingen op het in september 2009 gehouden internationale symposium over de relatie tussen historische romans en de beeldvorming van de Nederlandse slavernijgeschiedenis, georganiseerd door Stichting Podium Kwakoe en het Nationaal Instituut Nederlands Slavernijverleden en Erfgoed (NINsee). De essays zijn aangevuld met literaire bijdragen, waaronder die van de op Curaçao woonachtige Ini Statia.

Het Nederlandse slavernijverleden is een belangrijk deel van het Nederlandse collectieve erfgoed. Volgens Margot Dijkgraaf, de dagvoorzitter van het symposium wier openingswoord ook in de bundel staat, zijn er in de afgelopen jaren al de nodige debatten gevoerd over de manier waarop we met dat verleden omgaan, dan wel zouden moeten omgaan.

Rol historische roman

In dat kader is het volgens Dijkgraaf zinnig om te kijken naar de bronnen die dat debat voeden. Wat is de rol van de historische roman hierbij? Volgens Dijkgraaf hebben de afgelopen decennia veel schrijvers op heel verschillende manieren hierop antwoord gegeven. Schrijvers als Ernest Pépin, Ananda Devi en vele anderen verhalen in hun werk van het leven in de voormalige koloniën, zoals op de Antillen, in het Caribisch gebied in het heden en in het verleden. In de bundel wordt er dieper ingegaan op de beeldvorming over slavernij in de kunsten.

Suzanne Diop stelt in haar bijdrage dat verschillende stromingen van het zwarte denken na de Tweede Wereldoorlog uitingsmogelijkheden hebben gevonden. Door congressen, uitgevers en tijdschriften zoals Présence Africaine in 1947. Zwarte intellectuelen kwamen aan het woord. Maar volgens de Arubaan Quito Nicolaas zijn de meeste Nederlandstalige Caribische romans zoet van smaak en behandelen, ongeacht of het boek in het Europees dan wel Caribisch deel gesitueerd is, noch de koloniale noch postkoloniale verhoudingen. “De verschenen romans op Curaçao in de periode 1953-1980 hebben bijna allemaal de positie van de blanke Curaçaoënaar in een Afro-Antilliaanse samenleving als thema en niet de positie van een zwarte Curaçaoënaar te midden van een blanke minderheid”, aldus Nicolaas.

De Surinaamse McLeod is ervan overtuigd dat haar romans het historisch beeld van menig lezer gevormd hebben. Daarom kiest ze er bewust voor om feiten waarheidsgetrouw weer te geven en houdt zij zich in de eerste plaats heel stipt aan namen en biografische gegevens. “Wat betreft emoties kan de auteur zich creatief uitleven. Emoties zijn algemeen menselijk en kunnen soms met de feiten overeenkomen.”

Van de hand van Ini Statia is ‘De ongeschreven geschiedenis van Alma Balente en Corpus Dominus’. Een verhaal over de verhouding tussen Curaçaoënaars en Nederlanders dat Statia eerder schreef voor een Caribische schrijfwedstrijd met het thema ‘ongeschreven geschiedenis’. Van de 100 inzendingen eindigde Statia op de zesde plek. Een prestatie waar ze blij mee was. Op verzoek van Lucia Nankoe, een van de samenstellers, stuurde ze haar verhaal op. Met succes. “In eerste instantie gaat het om een haat-liefdesverhouding. De vrouw Alma Balente staat voor Curaçao en haar bewoners en de man voor het buitenlandse kapitaal”, zegt Statia over het verhaal waarin de twee hoofdpersonen een vurige liefdesrelatie aanknopen, maar die eindigt in bittere haat en nijd.

Denkbeelden oudere generatie

slaaf vliegt weg

De fragmenten uit het toneelstuk Eilandherinneringen van Ina Césaire geven een duidelijk beeld over de denkbeelden van de oudere generatie. Zo zegt een van de hoofdpersonen dat toen zij jong was er niet over de slavernij gesproken werd. “Over al die domme dingen. Gekheid. Ik begrijp die mensen niet die op zoek zijn naar hun verre voorouders. Men heeft me gezegd dat er een zekere Firmin was die tijdens de slavernij een marronneger was. Wat mij betreft, het leven van vandaag is genoeg, het verleden interesseert me niet. Dat is te ver weg, dat alles! Ik, wat mij op dit moment interesseert is mijn been dat me pijn doet.”

Volgens Diop ligt deze taak nog steeds voor ons: “Onze cultuur te maken tot een kracht voor bevrijding en de uitdrukking van onze ware persoonlijkheid.”

[uit Amigoe, 24 mei 2014]

Your comment please...

  • RSS
  • Facebook
  • Twitter