De langste maand herlezen
De rubriek Herlezen vraagt aandacht voor boeken die langer geleden zijn verschenen en de moeite van het herlezen waard zijn. Suggesties? Laat het ons weten via ons emailadres. Vandaag een stuk over De langste maand uit 1994 van Diana Lebacs.
door Pim Heuvel
WILLEMSTAD – De Curaçaose schrijfster, Diana Lebacs is bekend geworden met haar kinder- en jeugdromans en heeft op het terrein van de emancipatie van de Antilliaanse jeugdliteratuur baanbrekend werk verricht. Ze beijvert zich op Curaçao voor de verspreiding van het boek, of dat nu Nederlandstalig of Papiamentu werk is. Via heel wat leesboeken in het Papiamentu en in het Nederlands van haar hand, voor de kleinsten tot de grootsten onder de lezers, heeft de schooljeugd de weg gevonden naar de bibliotheek. Een niet te onderschatten verdienste!
De roman als spiegel

Omslag van de 1e druk, 1994
Nu verrast zij de liefhebbers van Antilliaanse literatuur met de in het Nederlands geschreven roman De Langste Maand. Die maand begint ergens in januari en bestrijkt de weken voor het carnavalsfeest. Het is haar eerste roman voor volwassenen en misschien ook wel haar beste werk tot nu toe.
Dit verhaal is zo onvervalst Curaçaos, zo levendig en met zoveel hart geschreven, dat de schrijfster wat mij betreft de hoofdprijs toekomt voor het beste literaire werk van het jaar. Het gaat over de snelle veranderingen in het Curaçaose leven van alle dag. De verloedering heeft ook daar toegeslagen en de hoogstaande waarden van het oude cultuurpatroon lijken teloor te gaan. Ze beschrijft die niet tegen te houden ontwikkeling niet op een huilerige, verongelijkte toon, maar verpakt in een dramatisch verhaal vol hoogtepunten.

Lebacs signeert ‘Sherry’
Het sympathieke is dat er niet met het vingertje verwezen wordt naar eventuele schuldigen. We zijn dat allemaal! Iedereen die uit is op bezit en macht, is schuldig; of dat nu een Curaçaose journalist is met zijn ranzige roddelverhalen, of de teruggekeerde bursalen met hun titel en eigenwaan, of de onderwijzers die meer aandacht hebben voor hun salaris dan voor het hun toevertrouwde kind.
De schrijfster is een geboren vertelster. Je hoort tijdens het lezen soms haar stem als het ware. Het vertelelement eist dat vooral gebeurtenissen worden beschreven. Uitvoerige en genuanceerde uitweidingen over zieleroerselen horen in zo’n verhaal niet thuis. Het gaat niet om een uiteenzetting over de ontwikkeling van personages. Toch leiden de gebeurtenissen die in het korte tijdsbestek van een maand alle gevestigde opvattingen over hoe het hoort op het eiland, bij enkele personen tot een totaal gewijzigde kijk op de culturele waarden. Dat ontneemt het starre aan figuren als de oudere Bir. Ook Loudrid, haar dochter, afgestudeerd in Nederland, vindt niet het eiland van haar dromen. Haar verbazing over de veranderingen worden goed getekend. Een eiland in ontwikkeling, waar velen meer op eigen voordeel uit zijn dan op het landsbelang.
Welk genre?
Tot welk genre moet zo’n roman gerekend worden? Het is geen ontwikkelingsroman van één hoofdpersoon. Daarvoor kruisen er teveel verhaaldraden door elkaar. Het is geen psychologische roman, zoals boven is aangetoond. Het is te goed om het als een goedkope avonturenroman af te doen. Ik zou de term streekroman willen gebruiken, maar dan met grote nadruk wijzend op dit genre als een internationaal geaccepteerde indeling. De term streekroman hanteer ik voor een verhaal waarin veel personen voorkomen, die in conflict met de cultuur van hun streek beschreven worden en daardoor hun eigen cultuur kleur geven. In deze roman wordt de eilandelijke isolatie wel doorbroken, maar het cultuurpatroon wordt in bepaalde opzichten bewaard. Zo vindt Loudrid cactussen als ze op Hato arriveert en geen gedroomde palmen, het landschap is niet veranderd. En zijn de mensen dat in wezen wel? Wil Diana Lebacs misschien aantonen dat er altijd al goed en slechte mensen naast elkaar geleefd hebben en dat de postkoloniale tijd daar niets aan veranderd heeft?
Bij het lezen van De Langste Maand moest ik denken aan de Arubaanse streekroman Zuidstraat van Denis Henriquez waarin ook verschillende verhaaldraden elkaar kruisen en waarin het cultuureigene botst met persoonlijke belangen. Ik kies voor het genre moderne streekroman.
Vergelijking
Dit is niet de eerste roman voor volwassenen door een Antilliaanse vrouw geschreven. Reeds in 1959 verscheen van Maria Miranda, pseudoniem voor Edith Krenz-Senior, De Verwachting. Dat boek ging over de verstarring van de Joodse gemeenschap op Curaçao.
Een bekering van een familielid leidt tot problemen, zelfs tot de verbreking van de vader-zoon relatie. Ook in deze roman werd het leefpatroon door de ‘nieuwe’ tijd aangepast. Een blijvertje is deze historische roman niet geworden, net zo min als haar tweede boek De Costelijke Parel van 1977.
De winst van de roman van Diana Lebacs is de spanning die ze haar roman weet te geven, die ze ondanks het ernstige onderwerp knap weet af te wisselen met schilderachtige en geestige beschrijvingen van taferelen rond bijvoorbeeld de dierenvriendverkiezing, waarvan de organisatie op een burleske manier helemaal uit de hand loopt. Die schrille tegenstelling van ernst en humor doet voor mijn gevoel echt Caraibisch aan.
Het is jammer dat een aantal Papiamentu woorden niet vertaald is. Voor de lezers in Nederland is dat een handicap. Een verklarende woordenlijst zou tevens meer bekendheid hebben gegeven aan de taal van de Antillianen in Nederland en daarmee zou het Papiamentu aan respect hebben kunnen winnen.
Deze roman verdient namelijk ook in Nederland meer bekendheid te krijgen. Ook in Nederland is dit verhaal een verademing en een aanwinst voor de leeslijst.
De Antilliaanse allochtonen zullen veel van hun eigen leven erin terugvinden. En hun Nederlandse leerkrachten zullen blij zijn met een boek dat verantwoord op de verplichte boekenlijst kan worden opgenomen; het Nederlands is bijna overal perfect, wat niet voor al het vorige werk van Diana Lebacs opgaat en tegelijk blijft dit boek een onvervalste Curaçaose sfeer ademen door de karaktertekening van de personages en de ruimtebeschrijving.

De eerste druk is verschenen in 1994, de tweede druk in 2005
Het slot
Het knappe en ontroerende is dat De Langste Maand afsluit met een symbool van hoop. Een ex-verslaafde en zijn ‘padrino’ lopen in de avond naar huis en dan eindigt het boek met:
Ze keken omhoog. Van achter de absolute zwartheid van de wolken verscheen het zilverwitte licht van de maan. Een prachtige avond was het. Zo donker, zo vol licht.
Verschenen in de Beurs- en Nieuwsberichten (1994)
Verschenen in de krant van zaterdag 20 augustus 1994, pagina 7, om precies te zijn.