blog | werkgroep caraïbische letteren

De kris, een ritueel wapen voor status, zelfvertrouwen en leiderschap

Javaanse cultuur (deel 5)

door Charles Chang

Wijs er niet mee of steek het niet in de voetsporen van een persoon. Anders zal de dood spoedig volgen. Over de kris, of keris in het Indonesisch, wordt veel gezegd. Het is een magisch steekwapen met een ziel.

In vroegere tijden droegen soldaten een kris als back-up wapen op het slagveld. Het golvende lemmet bracht meer schade toe aan de tegenstander dan een gewone, rechte dolk. Later droegen ook gewone burgers een kris uit zelfverdediging. Het bloedige imago van de kris behoort inmiddels tot het verre verleden. Nu wordt deze dolk met mystieke krachten sterk geassocieerd met de Indonesische cultuur, alhoewel de kris ook voorkomt in de Maleisische en Filippijnse cultuur.

De kris hoort bij Indonesische ceremoniële kleding en wordt vooral gedragen bij speciale gelegenheden, zoals een huwelijk en op Sasi Sura, het Javaanse Nieuwjaar. Ze worden niet meer gedragen als wapen, maar voor status, zelfvertrouwen en leiderschap. In Indonesië dragen niet alleen mannen, maar ook vrouwen een kris. De vrouwelijke kris is echter veel kleiner, vaak niet groter dan een balpen. Uit harmonie en vrede dragen de Javanen het rituele wapen traditioneel laag op de rug. Bij de Balinezen ligt de kris juist hoog en steekt het handvat boven de rechterschouder uit, terwijl op het eiland Sulawesi de kris op de heup of buik wordt gedragen.

Oorsprong

De eerste afbeelding van een kris vind je op de Borobudur, het boeddhistische bouwwerk uit het jaar 825 na Christus in Yogyakarta. Een andere studie wijst uit dat de kris pas in het midden van de zeventiende eeuw haar intrede deed in Indonesië. Maar wat vaststaat, is dat de kris haar oorsprong heeft vanuit de Hindoecultuur, die van grote invloed was op de Zuid-Oost Aziatische archipel, voordat de Islam haar intrede deed.

Het bekendst zijn de krisdolken uit Java en Bali. Het asymmetrische lemmet is breed van onder en heel smal bij de punt. De oude kris was recht, later kreeg het lemmet een golvende vorm. Het aantal golven is altijd oneven. Het lichtgebogen handvat doet denken aan een klein pistool en kan gemaakt zijn van hout, goud of ivoor. De Balinese soorten zijn sierlijker en soms bezet met edelstenen. De schede is gewoonlijk van hardhout en soms gedecoreerd met metalen motieven. Vanaf 2005 staat de kris van Indonesië op de Lijst van Meesterwerken van het Orale en Immateriële Erfgoed van de Mensheid van de UNESCO.

Spiritueel geladen

Een kris kan een gewone dolk zijn of spiritueel geladen. Het ‘laden’ gebeurt al tijdens het maken of de empu of ijzersmid spreekt op een bestaande kris in. Empu’s zijn zeer gerespecteerd en verstaan de kunst om ijzer en staal laag voor laag te bewerken. Dit kan soms maanden in beslag nemen. Toen het vroeger nog als vechtwapen diende, hadden empu’s de geheime kennis om gif in het metaal te verwerken. Voordat hij aan de bijzondere taak van het laden begint, zondert de empu zich af in de bergen om te vasten en bidden. Hij kiest een speciale dag uit en houdt vooraf een slametan-ceremonie. Als schepper laadt hij de kris door tijdens het smeden gebeden op te zeggen.

Gouden regen

Suriname heeft geen empu’s, maar wel krisverzamelaars. De heer Kromo uit Lelydorp is zo’n gepassioneerde verzamelaar, maar wil liever niet met zijn naam in de krant. Hij laat zijn kris met de fijne, cirkelvormige pamor of patroontekening van nikkel zien. “Net als regendruppels op water. Dit noemen ze udan mas, gouden regen, en is geschikt voor een handelaar.”

Volgens Kromo worden krissen gemaakt om de mensheid bij te staan. “De verschillende soorten zijn bedoeld voor verschillende maatschappelijke functies”, legt hij uit. “Een kris voor een politicus moet de spraakvaardigheid bevorderen en heeft daarom vijf bochten die verwijzen naar de vijf pendawa’sin het Mahabharata epos.” Vervolgens laat Kromo een kris zien die veel golven heeft, meer dan twintig. “Deze is voor een sultan of koning. Hij verwijst naar een bewegende slang of draak en staat symbool voor autoriteit.” Volgens hem bestaan er meer dan tweehonderd standaardvormen voor de kris en voor de nikkelpamor meer dan zeventig figuren.

Magie

Maar niet alleen het uiterlijk van de krissen is divers; ook de spirituele inhoud kan sterk verschillen. Er zijn krissen die van oorsprong zijn gevuld met boeddhistische gebeden, hindoeïstische mantra’s of met islamitische doha’s. Hierover zegt Kromo: “Het is geen occultisme, maar eerder magie. De empu maakt als het ware een kopie van zichzelf.”

“Jij gaat niet zoeken naar een kris, het komt vanzelf naar jou, je krijgt er dan één die bij je past,” zegt Kromo mysterieus. Als pusaka of erfgoed van de familie wordt een kris doorgegeven van generatie op generatie. Het wordt daarom ook wel gezien als een belichaming van de voorouders. Je hoort het dan ook te krijgen, je koopt er niet één zelf. Als er wordt betaald voor een kris, dan moet dit gezien worden als het geven van een bruidsschat of symbolische waardering.

In deze magische wereld spreekt men bovendien niet over het hebben van een kris, maar over eenwording met een kris. Niet eenieder kan elke dolk dragen of er een spirituele verbintenis mee aangaan, tenzij het een ongeladen of souvenirmodel betreft. Voor een betere communicatie legt men het heilige voorwerp bij het slapen onder het slaapkussen.

Stigma

Juist door zijn magische kracht willen sommige families er echter liever niet mee te maken hebben. Door informatie te geven, wil Kromo het stigma op de kris wegwerken. “Er bestaat veel onwetendheid. De kris heeft een ziel en dient met respect te worden behandeld. Bij elke Sasi Sura maak je het blad schoon met citroen of citroenzuurhoudende middelen. Het haalt de roest weg en de pamorfiguren worden dan weer duidelijk zichtbaar.” Hij vervolgt: “Ik verdiep me in de kris, omdat ik er interesse voor heb, maar ook omdat het deel is van mijn cultuur. Het zegt ook iets over de historie en het erfgoed van Javanen.”

Uniek

Elke handgemaakte kris is uniek en kent geen tweede die erop lijkt. Vandaar dat verzamelaars de kris ook zien als een collectors item. Er bestaan verhalen over legendarische krissen met supernatuurlijke krachten. De eerste in Suriname kwamen mee als beschermwapen van de Javaanse contractarbeiders. Het waren vaak jonge arbeidskrachten uit de lage sociale klasse, die weinig afwisten van hun cultuur. Hierdoor was de overdracht gebrekkig en werd de kloof groter na elke generatie.

Kromo vermoedt dat dit de oorzaak is dat veel krissen van de hand zijn gedaan of begraven. Echter constateert hij tegenwoordig een groeiende belangstelling voor de kris bij zowel jong als oud. “En niet alleen bij Javanen, ik ken ook niet-Javanen die zich verdiepen in de culturele waarde van de kris.” Het heeft voor de Javanen echter wel sterk te maken met nostalgie en een eigen identiteit, zegt Kromo. “Ze beseffen dat de cultuur uitsterft als ze er niets mee doen. De kris is een traditie en het verzamelen ervan is net als het verzamelen van een kunstwerk, dat in waarde stijgt.”

[uit de Ware Tijd, 30/03/2013]

Your comment please...

  • RSS
  • Facebook
  • Twitter