blog | werkgroep caraïbische letteren

De Grote Suriname Tentoonstelling, een impressie

door Bish Ganga

De opzet

De tentoonstelling is kleurig en groots opgezet. Kosten noch moeite zijn gespaard om een mooie tentoonstelling te maken. Bij het binnenstappen van de expositieruimte waan je je al meteen in het tropisch regenwoud. Op de achtergrond hoor je diergeluiden en zoals in het echt voert de grietjebie de boventoon.

Foto’s uit het binnenland van Suriname, die zodanig zijn uitvergroot en bewerkt dat de muren van boven tot onder ermee konden worden ‘behangen’, versterken deze sensatie. Met licht- en schaduweffecten is het geheel tot een echte belevenis gecreëerd. Het verschil met de koude, natte en grauwe herfst van Nederland kan voor de bezoeker niet groter zijn.

De opzet van de tentoonstelling doet enigszins denken aan surfen op het internet. De objecten zijn gegroepeerd in een negental thema’s, zodat de bezoeker in de expositieruimte zijn eigen koers kan bepalen. Naar gelang je belangstelling of de mate waarin een voorstelling je boeit, blijf je langer of korter bij een onderwerp stilstaan. Bezoekers met een audiogids kunnen deze scannen bij het onderwerp of object voor een nadere toelichting.

Tijdlijn

De tijdlijn loopt van 9000 v. Chr. tot de onafhankelijkheid van Suriname in 1975. De jurk die Beatrix op de avond van de 25e november 1975 droeg, is ook tentoongesteld. Kennelijk wilde men hiermee het afscheidsmoment van Suriname van het Koninkrijk der Nederlanden markeren. Ik zou eerder gekozen hebben voor bijvoorbeeld het vlaggenmoment, waarbij de vlag van het Koninkrijk der Nederlanden werd gestreken en de Surinaamse vlag gehesen.

Overigens vind ik dat te weinig aandacht wordt gegeven aan het vertrek van de vele Surinamers gedurende de aanloopperiode naar de onafhankelijkheid en de impact van dat vertrek op het land. Eén enkele foto van de KLM-jumbo is volstrekt te weinig.

Tekening van Maria Sibylla Merin

De thema’s zijn in een flyer benoemd: Pioniers van de Amazone, Suiker, koffie en cacao: Wingewest Suriname, Op expeditie: Maria Sibylla Merian (met de fraaie tekeningen uit haar boek), Handel, Marrons: tegen de stroom in, De kracht van verbeelding (kunst, cultuur en literatuur), Bodemschatten, Familieverhalen en Welkom in Paramaribo.

Hoewel de tijdlijn ophoudt bij 1975, is ‘Moiwana’ prominent geëxposeerd via een indrukwekkend kunstwerk van Marcel Pinas (Moiwana 86, Tafaa uit 2019; Beeld Erik Smits). Er staat een lange tafel met voor elk slachtoffer een stoel. De tafel is gedekt. Op de borden staan krantenberichten uit die tijd afgedrukt, terwijl over de stoelen kleden met traditionele motieven hangen in de rouwkleuren zwart en wit.

Een kappa, ketel voor de suikerrietbereiding

Aan het slavernijverleden is veel aandacht gewijd. Dat is niet verwonderlijk, gezien alle commotie de laatste tijd rond dit hoofdstuk uit de koloniale geschiedenis, en de debatten en journalistieke aandacht die er aan gewijd waren.

Slavenregisters, documentatie, voorwerpen, (straf)werktuigen, overzeese transporten tot zelfs een oude kappa zijn tentoongesteld.

Nu hebben veel landen hun handen ‘vuil’ gemaakt aan slavernij. Engelsen, Portugezen, Arabieren, Joden alsook landen uit het Verre Oosten. In de tentoonstelling staat Nederland centraal. De daders en de slachtoffers zijn allen overleden. De nazaten van beide groepen moeten deze ‘loshangende draad’ van de geschiedenis zelf zien af te hechten met het oog op het heden en de toekomst.

Het is bizar als je je realiseert dat de eerste kolonisten Indianen hebben ingezet als slaven, omdat ze gewoon handen nodig hadden voor het werk op de plantages. Een succes was dat overigens niet. Bartolomé de las Casas, een Spaanse priester, heeft zich het lot van de Indianen aangetrokken en geadviseerd te stoppen met Indianen als slaaf in te zetten. Tegelijkertijd was hij degene die heeft geadviseerd om in hun plaats Afrikanen als slaaf in te zetten. Die waren fysiek sterker en konden beter het werk op de plantages verrichten. Het ene probleem werd dus met het andere ‘opgelost’. Waar dat toe geleid heeft, weten we inmiddels allemaal veel te goed.

In de Grote Surinametentoonstelling komt de periode na 1975 er bekaaid van af. Een poging is gedaan een brug te slaan via het onderwerp ‘bevolking en samenleving’. Daar is een boom met kort afgezaagde takken tentoongesteld met daarnaast het gedicht ‘Wan Bon’ van Dobru.

Iets verderop zijn op een groot plateau mensen van verschillende migratieachtergrond bijeengebracht met de groepseigen symbolen. Het idee is leuk, want zo staan ze in de samenleving van vandaag in Suriname. De draak en lampionnen geven de Chinese achtergrond aan, de Jhandi’s (religieuze vlaggen) de Hindostaanse, terwijl via (aan)kleding van levensgrote poppen de Afrikaanse, Javaanse en Indiaanse achtergronden aangeduid worden. De achtergrond van de Boeroes heb ik gemist.

Natuurlijk is er heel veel meer te zien dan wat ik hierboven beschrijf. Een bezoek aan De Grote Suriname Tentoonstelling beveel ik dan ook van harte aan.

Your comment please...

  • RSS
  • Facebook
  • Twitter