blog | werkgroep caraïbische letteren

De eerste reis van de Wayana naar de stad

door Els Moor (+)

De Wayana, een inheems volk uit het Amazone-gebied, leven in Brazilië, Frans-Guyana en Suriname. In Suriname wonen ze in verschillende dorpen, onder andere Kawemhakan, op de grens met Frans-Guyana. Tegenwoordig komen er veel bezoekers daar, onder andere eco-toeristen. De inheemse samenlevingen zijn niet meer alleen bepaald door hun eenheid met de natuur, maar ook door sterk veranderende sociale omstandigheden waarin geld een grote rol speelt.

Een belangrijke man onder de Wayana in de dertiger jaren van de vorige eeuw was Kananoe (kapitein) Apetina. Hij werd ongeveer in 1895 geboren in Brazilië en verhuisde toen zijn ouders waren overleden naar Suriname. Hij stichtte twee dorpen, Wehejok in 1930 en later Puleowimë, ook wel Apetina genoemd. Hij was ook de eerste Wayana die met een aantal mannen in 1937 de stad Paramaribo bezocht, een lange reis met een korjaal naar Albina en vandaar met een groot stoomschip naar de stad.
Over deze reis in 1937 heeft de Nederlandse Truus Kleijwegt in 2015 je geschreven, Naar de stad! De eerste reis van de Wayana naar Paramaribo, 2015. Zij komt sinds 1985 regelmatig in Suriname en vanaf 2006 bij de Wayana. Ze liep in Puleowimë stage voor haar studie geschiedenis.
Dit boekje is geschreven voor oudere kinderen. De doelgroep zullen Hollandse kinderen zijn. Dit concludeer ik uit het begin, de uitleg van wat Suriname voor een land is met slechts één stad, Paramaribo. et is een educatief boekje met veel opdrachten erbij. Achterin staat een lijst met de antwoorden bij de opdrachten, heel nuttig dus voor het onderwijs. Hier ook. De kinderen leren niet alleen over de Wayana, maar door de opdrachten leren ze nadenken en nauwkeurig lezen.
Het boekje ziet er aantrekkelijk uit, met veel foto’s die echt een beeld geven van de Wayana, maar ook van hun gebruiksvoorwerpen, het bos, hun dorpen, rivieren en boten en de ‘maluana’, een rond houten cultuurobject met gekleurde figuren uit de verhalen die bij de inheemse religie horen.
De tekst van het boekje gaat uiteraard over de Wayana, hun leven in het bos in de dertiger jaren. De koloniale tijd wordt zichtbaar doordat gouverneur Kielstra en bisschop Roosmalen erin voorkomen, maar ook de landkaartenmaker De Goeje (Tëkuje) en de Zwitserse plantkundige Stahel (Sitahe) bij wie de groep Wayana’s logeerde aan de Cultuurtuinlaan. De hoofdmoot is de reis van Apetina en zijn mannen naar de stad en hoe ze die ervaren.
Niet alleen is het verblijf van de Wayana interessant voor de mannen zelf, maar ook voor de inwoners van de stad, die voor het eerst inheemsen uit verre dorpen in het binnenland zien.

Naar de stad is voor jongeren in Nederland en hier leerrijk, boeiend en aantrekkelijk. Jammer vind ik het dat het leven van de Wayana voornamelijk aan de oppervlakte wordt weergegeven, niet het ‘zieleleven’ met de prachtige mythische religie. Het boek geeft wel een goed beeld van het leven toen in het binnenland, ook de Aucaners komen aan de orde. Er is geen lijst met geraadpleegde boeken, zelfs het proefschrift van Karin Boven over de Wayana wordt niet genoemd. Truus Kleijwegt heeft haar informatie kennelijk alleen uit ‘levende bronnen’.

Truus Kleijwegt: ‘Naar de stad! De eerste reis van de Wayana naar Paramaribo, Uitgeverij Wehejok- Rotterdam, 2015, ISBN 978-90-824487-0-2.

Your comment please...

  • RSS
  • Facebook
  • Twitter