Dagblad Suriname biedt excuses aan vp Brunswijk en stopt met cartoon
De Surinaamse krant Dagblad Suriname heeft zojuist in een verklaring haar excuses aangeboden aan vice-president Ronny Brunswijk, haar lezers en het volk van Suriname. De krant publiceerde op woensdag 26 augustus 2020 een beledigende cartoon waarin Brunswijk was voorzien van een apenstaart.
De krant geeft toe dat ze de plank hiermee hebben misgeslagen. “Vanuit de redactie van Dagblad Suriname kunnen wij de reacties hierop dan ook volkomen begrijpen” is in de verklaring te lezen, die verder als volgt luidt:
De cartoonist van FAWAKA is inmiddels 18 jaar verbonden aan de krant en heeft in die tijd 5400 karikaturen ingezonden die gepubliceerd zijn geweest. Door deze lange relatie werd hem dan ook de nodige artistieke vrijheid en creativiteit geboden en was het vertrouwen dus erg hoog. Hierdoor is de vorige editie voorbij de final check gekomen zonder grondige screening. Dit had nooit mogen gebeuren.
Wij vonden het noodzakelijk om onze lezers een verklaring te geven over hoe dit kon gebeuren, maar deze verklaring is zeker geen excuus. Ook dat zien wij in. De uiteindelijke verantwoordelijkheid ligt bij ons en deze nemen we zeker op ons.
Dagblad Suriname zal het karikatuur FAWAKA vanaf heden stop zetten. Wij zullen een onderzoek instellen naar het screeningsprocess en deze herstructureren waar nodig.
De nodige veranderingen die intern aangebracht moeten worden naar aanleiding van het voorgenoemde onderzoek zullen gedaan worden op advies van een onafhankelijke derde partij. Hieromtrent zal Dagblad Suriname de gemeenschap ook inlichten. Namens de redactie van Dagblad Suriname willen we onze welgemeende excuses aanbieden aan de Vice-President Ronny Brunswijk, onze trouwe lezers en het volk van Suriname. Wij zullen ernaar streven om het vertrouwen van het volk terug te winnen.
[overgenomen van De Waterkant, 26 augustus 2020]
SVJ protesteert tegen racistische cartoon Dagblad Suriname
PARAMARIBO – In een verklaring stelt de Surinaamse Vereniging van Journalisten (SVJ) diep geschokt te zijn over een karikatuur in Dagblad Suriname (DBS) van woensdag (vandaag), waarin vicepresident Ronnie Brunswijk is afgebeeld als een aap. “Hoewel de SVJ de vrijheid van meningsuiting hoog in haar vaandel draagt en erkent dat spotprenten/karikaturen in de media daar onderdeel van zijn en zelfs noodzakelijk voor het maatschappelijk debat, is er in deze een grens overschreden”, stelt de journalistenorganisatie.
Het vergelijken van personen van afro-afkomst met apen is op geen enkele manier goed te keuren. Al helemaal niet in de huidige tijdgeest, waarin de Black Lives Matter beweging over de gehele wereld protesteert tegen racisme. Er wordt op gewezen dat wereldwijd het afbeelden van personen van afro-afkomst als apen gekwalificeerd wordt als een vorm van racisme en scherp afgekeurd.
In de sport en in de reclamewerld zijn daarvan voorbeelden te over, voegt de SVJ eraan toe. Zware financiële sancties tegen voetbalclubs waarvan supporters zich in het maken van oerwoudgeluiden in de richting van zwarte spelers racistisch hadden uitgelaten zijn niet onbekend. De organisatie wijst voorts erop dat Suriname een land is van vele etniciteiten die in goede harmonie met elkaar leven.
“Dit soort uitingen geven onnodig voeding aan rassentimenten. De gevolgen daarvan zijn niet te overzien. De SVJ keurt de karikatuur in Dagblad Suriname dan ook ten strengste af en verwacht dat er corrigerend wordt opgetreden door de leiding van de krant en excuses worden gemaakt naar niet alleen de vicepresident, maar de totale Surinaamse samenleving die is beledigd”.
De media in het algemeen worden bij deze opgeroepen om zich bij het gebruikmaken van de persvrijheid en het recht op vrije meningsuiting te onthouden van zaken die rassentimenten in de samenleving kunnen aanwakkeren. Intussen heeft DBS op haar website een verklaring gepubliceerd waarin de gang van zaken wordt betreurd en verontschuldigingen aan de vicepresident en de samenleving worden aangeboden.
Gesteld wordt dat door de jarenlange samenwerking met de cartoonist een zodanog vertrouwen was opgebouwd dat de gewraakte spotprent niet door een “final check” is gegaan zonder grondig te zijn gescreend. Met de cartoon is, aldus de directie, “de plank misgeslagen”. De directie zegt verder dat met onmiddellijke ingang de cartoon ‘Fawaka’ is stopgezet. Er komt een onderzoek dat moet resulteren in herstructurering van de gang van zaken.
[uit de Ware Tijd, 26/08/2020]
De Gewraakte Karikatuur van Dagblad Suriname
De kwestie rond de afkeurenswaardige karikatuur van de Vice-President in Dagblad Suriname waar die als aap werd getekend lijkt nog een staartje te krijgen. Dagblad Suriname gaf een verklaring uit met excuses aan de Vice –President en de Bevolking, met de mededeling dat de karikatuur Fawaka vanaf vandaag stopt. Het bleek desondanks niet voldoende te zijn om de gemoederen tot bedaren te brengen.
Sociale media barsten haast uit hun voegen door de verontwaardigde posts over de geplaatste karikatuur, excuses of niet. De hoofdschuldige van de gewraakte cartoon zou de bekende beeldende kunstenaar Reinier Asmoredjo zijn waar Dagblad Suriname weleens een artikel over heeft geschreven. Maar de hoofdschuldige in deze is niet de hoofdverantwoordelijke. De hoofdverantwoordelijke is Dagblad Suriname en de uitbater daarvan, Faried Pierkhan.
De leden van de Winkeliers en Ondernemers Vereniging Suriname zeggen vanaf vandaag voorlopig geen Dagblad Suriname meer te verkopen, ook al omdat er vaker berichten in het blad geplaatst zouden zijn die een bepaalde groep winkeliers in een negatief daglicht plaatste. Wat de regering doet met betrekking tot de heer Pierkhan als adviseur van de President is nog niet duidelijk.
[Van culturu.com, donderdag 27 augustus 2020]
Nak’ na lobi dron gi Bigi Bravo
Op 30 augustus vond in ons paleis plaats, de door president Chan Santokhi georganiseerde meeting over de ontstane commotie over de publicatie van een in Dagblad Suriname verschenen cartoon. Hoewel prettig verlopen kan dit echter niet verhullen dat het buiten kijf is, dat de vicepresident als nazaat van in slavernij gehouden voorvaders, die gelijk dieren geen rechtssubjecten waren, zich door de publicatie oprecht gekrenkt voelde. En als politicus, voorafgaand aan de meeting, dit gevoel terecht benadrukte. Uiteraard ook met het oogmerk een grotere schare van Marrons achter zich te krijgen. Politiek gedrag dat in Suriname niet nieuw is. Echter, in de stad tot nog toe niet leidde tot extreem vernietigende excessen.
Wel is het hieraan gekoppeld dreigement tot totale lockdown van Dagblad Suriname, in een democratie gevaarlijk. Omdat in een democratie cartoons barometers zijn van persvrijheid. Zonder deze vrijheid bestaat er geen democratie en is volle uitoefening van mensenrechten niet mogelijk. Dreigend reageren op de publicatie riekte dus naar beknotting van de vrijheid van meningsuiting. Temeer daar de cartoonist slechts gebruik maakte van zijn artistieke vrijheid eigen aan democratie. Wat hij creatief portretteerde als, “zo trots als een aap” was niet meer of minder dan de uitgestraalde trots van de flamboyante figuur Bigi Bravo, die het in korte tijd heeft gebracht tot vicepresident. Dus geen sprake van het denigreren van het zwarte ras.
Toch heeft de ondemocratische reactie van de vicepresident een lichtpuntje. Omdat uit zijn mouw een veelbelovende aap tevoorschijn kwam. Deze politicus blijkt, nu al, een staatsman in de dop te zijn. Hij demonstreert immers – ondanks zijn gevaarlijke dreigement – dat hij toch nog het nationaal belang, de noodzakelijke groei naar elkaar toe, tot een ideale multiculturele samenleving voor ogen heeft gehouden.
Tijdens de konmakandra op het paleis heeft hij in deze zin president Chan Santokhi, Faried Pierkhan en Reinier Asmoredjo toegesproken. Hij stelde dat de Surinaamse natie hierdoor een kans heeft om dichter naar elkaar toe te groeien, door eerder te kijken naar wat ons bindt, dan naar wat ons scheidt. Hij riep daarom de natie op om lessen hieruit te trekken en als één Suriname verder te gaan.
WildcoastArt die geen kunst om de kunst is, maar kunst is die middels dit gepubliceerd beeld en geschrift onze multiculturele samenleving ook wil verheffen tot een ideale, vindt dat de vicepresident ook zichzelf middels zijn leerrijke les gebiedt, dat zijn regeringsraad terstond kunstpolitiek, als onderdeel van cultuurbeleid, moet gaan implementeren. Als middel dat in staat is ons naar elkaar te do toegroeien c.q. op elkaar betrokken doet raken.
Dit vereist dat de overheid kunstenaars moet doen opleiden, vormen, aanmoedigen en in de gelegenheid stellen elementen te ontlenen aan inhoud, vormtaal en kleurenpalet van groepsspecifieke cultuur – en kunstuitingen die onze nationale bronnen van creativiteit zijn, waarin de creatieve kracht van onze diversiteit ligt opgeslagen.
Om zodoende – tegen de achtergrond van ons koloniaal verleden – in onze geschiedenis cultuur en samenleving ingebedde ofwel gedekoloniseerde moderne kunst te maken die de kijker zelfherkenning biedt, terwijl hij niet op de kunstenaar lijkt c.q. de geest van beiden t.o.v. elkaar dekoloniseert c.q. beiden sociaal en emotioneel met elkaar verbonden doet raken.
Maken van zulke kunst is creatief, inventief en innovatief reageren op de dekoloniserende uitdaging van ruimte en tijd van ons continent. Dit deden al vele kunstenaars in de dekoloniserende fase van ons continent, Afrika en Azië. Waar in ons land, pas na Srefidensi Irodikromo en John Lie A Fo spontaan ertoe overgingen resp. ontlenend aan de Javaanse cultuur (Wayang) en Marroncultuur (Afaka schrift) gevolgd door Marcel Pinas rondom 2000 (marroncultuur).
Hun werk houdt de Javaanse en de marron cultuur op moderne wijze levend, het bevordert echter ook de natievorming aan de basis van de samenleving. Dat de groepen intercultureel op elkaar betrokken raken c.q. liefde voor elkaar gaan koesteren. Het belang van de eigen groep en het belang van de samenleving als geheel, tegelijkertijd in dezelfde beweging kunnen benadrukken en overschrijden.
Op de vicepresident rust dus nu “ba -suku ba -feni ba -tjari”. Terstond cultuurbeleid doen implementeren zodat de groepen in tempo naar elkaar kunnen toegroeien. Zodanig dat ze op nationale hoogtijdagen, in eenheid en verscheidenheid, gezamenlijk elkaars cultuur en kunstuitingen gaan vieren en beleven. Ontstaan is dan een ideale postkoloniale multiculturele samenleving gelijk een kleurrijk piramidaal opgebouwd WildcoastArt monument, hoog verheffend te midden van het rijkgeschakeerd groen van de Wilde Kust van Guyana, op de plek waar de naam Suriname naar verwijst!
Mr.Becker van WildcoastArt
[van Starnieuws, 7 september 2020]