blog | werkgroep caraïbische letteren

Compartimenten van vernietiging

door Els Moor

Compartimenten van vernietiging is de titel van het recente boek van Abram de Swaan (1942) die tot 2007 hoogleraar sociale wetenschappen en sociologie was aan de Universiteit van Amsterdam. De ondertitel is ‘over genocidale regimes en hun daders’. Het uitgangspunt van het boek zijn de massale moorden die in de vorige eeuw gepleegd zijn met meer dan honderd miljoen doden, waarbij de daders meestal in opdracht van een regime handelden. 2013_03_20_kazn3Het dieptepunt is de Holocaust tijdens het regime van de Nazi’s in Duitsland in de Tweede Wereldoorlog, waarbij er meer dan zes miljoen Joden en miljoenen tegenstanders van het regime vermoord werden. Hier gaat het niet om partijen die gelijk zijn, maar om gewapende groepen tegen weerloze burgers. Vele andere voorbeelden van massaal geweld worden genoemd. Na de Tweede Wereldoorlog waren de Duitsers vaak zelf voorwerp van geweld. In het begin van de twintigste eeuw moordden Duitse troepen in Zuid-West Afrika en de Belgen in Congo-Vrijstaat. Tijdens de Mexicaanse revolutie (1910-1920) kwamen minstens twee miljoen mensen om. De terreur van Stalin in de communistische Sovjet- Unie kostte miljoenen levens, ook door uithongering van de mensen in de OekraÏne. Dat gebeurde ook in de jaren vijftig in China onder het bewind van Mao ten gevolge van de collectivisering van de landbouw. Dit zijn lang niet alle voorbeelden die Abram de Swaan noemt; er zijn er nog veel meer!

A-Sad-view-Syrian-Civil-War-e1351269157746

Beeld van de oorlog in Syrië

Waarom heeft het boek zo’n moeilijke titel, Compartimenten van vernietiging? In alle samenlevingen zijn er scheidslijnen tussen verschillende groeperingen, zoals je in treinen ‘Coupés’, oftewel compartimenten, hebt. In processen die leiden tot massavernietiging worden die scheidslijnen steeds scherper. Mensen binnen een bepaalde groep identificeren zich steeds sterker met elkaar en desidentificeren zich van de andere groep. Een sterk voorbeeld hiervan speelde zich af in Rwanda in Afrika, toen in 1995 twee volken tegen elkaar in opstand kwamen en de Hutu’s bijna een miljoen Tutsi’s en gematigde Hutu’s afslachtten.

De vragen die veel mensen nu ook nog bezighouden en die centraal staan in het boek van Abram de Swaan zijn: hoe komen mensen ertoe om mee te doen aan massamoorden? Zijn het ‘gewone mensen’ , wat vaak gezegd wordt? Zou in principe bijna iedereen die achter een leider aanloopt hiertoe kunnen komen? Naar deze kwesties is veel onderzoek gedaan. Vanaf november 1945 vond in het Duitse Neurenberg het Internationaal Militair Tribunaal plaats waar tweeëntwintig Nazileiders terechtstonden. Een spectaculair voorbeeld is de ontvoering van de fanatieke jodenjager Adolf Eichmann, een van de hoofdverantwoordelijken voor de massamoorden, uit zijn schuilplaats in Argentinië naar een proces voor een Israëlische rechtbank in het voorjaar van 1961. De bekende filosofe Hannah Arendt kwam tot de conclusie dat Eichmann eigenlijk een gewone man was, met ook goede eigenschappen, wat later onjuist bleek; hij was een fanatieke tegenstander van de Joden. De daders ondergingen ook een psychologisch onderzoek. Deze tests wezen uit dat de kopstukken van het Nazi-regime opmerkelijke persoonlijkheden waren, vaak ambitieus met veel zelfvertrouwent en intelligentie en geestelijk gezond. Er is nooit bezwaar tegen deze uitslag aangetekend.

genocide indianen

Genocide van Indianen na de Iberische verovering van Zuid-Amerika

Een heel ander soort onderzoek is ook interessant: een psychologisch gehoorzaamheidsexperiment naar de functie van de autoriteit dat de Amerikaan Stanley Milgram in 1995 met proefpersonen uitvoerde. Het ging om zogenaamde leraren (de proefpersonen) en een ‘student’ (een acteur). De ‘student’ moest bij iedere leraar een mondelinge taalopdracht uitvoeren en als hij een fout maakte, kreeg hij van de ‘leraar’een elektrische schok toegediend. De onderzoeker is de autoriteit in dit geval. Er waren nogal wat proefpersonen die ‘gehoorzaamden’aan de onderzoeksautoriteit en maar doorgingen met schokken toedienen , maar anderen weigerden al na een paar fouten van de ‘student’ als ze zijn paniekreactie zagen. (Dat die reactie gespeeld was, wisten ze uiteraard niet!)

Een andere Amerikaanse onderzoeker, Randin Collins van de Princeton-universiteit heeft erop gewezen dat Duitsland in de vroege twintigste eeuw een van de modernste staten was in de wereld. Als kenmerken van moderniteit noemt hij, bureaucratisering, democratisering, ontkerkelijking en kapitalistische industrialisering. De Swaan geeft ook aan dat hoe meer moderniteit toesloeg in de ontwikkeling van volkeren, hoe massaler het geweld werd. De nomadenvolkeren waren niet vaak gewelddadig tegenover elkaar, maar toen ze zich gingen vestigen als landbouwers nam geweld toe, van de ene landbouwer ten opzichte van de andere, niet massaal. Moorddadige zuivering nam toe met de toename van het belang van politiek, vaak ook in verband met verkiezingen, van geld, bezit en populisme. Uiteraard speelt het toenemen van massaal geweld een rol in de moderniteit, maar, naast genocide kan moderniteit ook een verzorgingsstaat teweegbrengen. Alles heeft meerdere kanten. Een sterke uitspraak staat op p. 73: ‘Elkaars lasten dragen én groepen uitsluiten komen steeds allebei voor’.

Bram de Swaan Cindy Kerseborn a

Bram de Swaan en Cindy Kerseborn Foto © Michiel van Kempen

De vraag die steeds sterker bij mij gaat spelen bij het lezen van dit boek is: Waarom wordt Suriname helemaal niet genoemd? Ook niet bij de behandeling van ‘koloniaal geweld’? Maar ook waar het het dictatoriaal regime van de jaren tachtig betreft, en de Binnenlandse Oorlog. Tijdens het regime van D.D. Bouterse werd er gemoord en tijdens de Binnenlandse Oorlog was er bijvoorbeeld de moordpartij te Moi Wana op 29 november 1986. Niet massaal, in de betekenis van miljoenen, maar Suriname heeft een kleine bevolking. Hier kunnen nooit miljoenen slachtoffers voorkomen; hier wonen nog lang geen miljoen mensen! In 2005 heeft het Inter-Amerikaans Hof voor de Rechten van de Mens (IACHR) Suriname wel veroordeeld inzake ‘de massamoord’. De Binnenlandse Oorlog speelde zich af tussen twee partijen, het Nationaal Leger onder leiding van Desi Bouterse en het Jungle Commando van Ronnie Brunswijk. Troepen van Bouterse hadden de informatie dat de ‘rebellenleider’ Brunswijk zich in het dorpje bevond. Het leger ging erheen, maar niemand wilde vertellen waar Brunswijk was. Toen schoten de soldaten tenminste negenendertig onschuldige dorpelingen, onder wie voornamelijk vrouwen, waaronder zwangere, en kinderen, dood. Meteen na dit drama kwam een enorme vluchtelingenstroom van mensen uit dorpen in de omgeving van Moi Wana naar Frans-Guyana op gang. Uiteraard zijn er ook veel soldaten uit het Nationaal Leger, zowel als manschappen van Brunswijk, gesneuveld Als hier geen sprake is van Compartimenten… het leger dat het regime dient en onschuldige burgers die het slachtoffer worden, of twee partijen die vijandig tegenover elkaar staan en elkaar bevechten! Zoals ook in de tachtiger jaren het regime tegenover zijn tegenstanders met als dieptepunt de moord op vijftien tegenstanders van het bewind, die niet met geweld werkten , maar met woorden. ‘Zolang ze praten blijf ik’, was een uitspraak van dr Gerard Leckie van de Universiteit van Suriname, een der slachtoffers.

Compartimenten van vernietiging is een interessant boek en heel belangrijk omdat de lezers geconfronteerd worden met essentiële vragen over massageweld, wat het allemaal inhoudt en wat de achtergronden en de motieven van de daders zijn. Een belangrijke conclusie die uit het onderzoek van veel wetenschappers naar voren is gekomen is dat massamoordenaars ofwel onwillig waren, ofwel onverschillig, ofwel gretig om mee te doen. Velen deden het ook uit angst. Dat is een motief dat we ook kennen. Er is heel weinig informatie over hoe de daders zich staande hielden na de genocidale periode. Tegenover rechters en andere wetenschappers ontkenden ze vaak dat ze een keuze hadden gemaakt. Belangrijk is ook de conclusie van De Swaan dat de opvoeding van kinderen vaak niet op bewustzijn gericht is, op hoe mensen samen een samenleving maken, op gevoel voor anderen, waardoor veel mensen onverschillig voor wat er gebeurt in het leven staan! Binnen de gezinnen zelf loopt het al vaak fout! De rol van ouders en opvoeders in het gezin, het onderwijs, clubs enzovoort, is in deze heel belangrijk: bewustmaking! (ook hier!) . De laatste zin van het boek is sterk: ‘Zelfs een massamoordenaar is een persoon, een persoon die in veel opzichten anders is, verschillend, zoals iedereen.’

abram-de-swaan-compartimenten-van-vernietiging-178
Abraham de Swaan moet zich lang en intensief hebben voorbereid op dit boek. Dat zien we aan de talloze noten en vooral aan de lijst van ‘Literatuur’waarin driehonderdvijftien geschriften staan opgenomen!

Abram de Swaan: Compartimenten van vernietiging over genocidale regimes en hun daders. Prometheus/Bert Bakker Amsterdam 2014 ISBN 978 90 351 4081 3

Your comment please...

  • RSS
  • Facebook
  • Twitter