De archeologische vindplaats Werehpai in het zuidwesten van Suriname werd in 1999 ontdekt. De plaats ligt ongeveer... Lees verder →
Het patrouillepad tussen Porto Marie en Cas Abao
door François van der Hoeven
Op 7 december 2017 gingen wij – leden van een ‘werkgroep’ die het eiland exploreren – op zoek naar het patrouillepad tussen Porto Marie en Cas Abao. Vier organisaties hadden een verzoek ingediend om de muur van Siberie voor een tweede keer aan te wijzen tot beschermd monument. Fundashon Parke Nashonal, Fundashon Desaroyo Krakeel, Fundashon Rif en Fundashon Kas di Arte Korsou. lees verder…
Nederlands oorlogsschip uit 18e eeuw ontdekt bij Mexico
Voor de Mexicaanse kust zijn hebben onderzoekers twee eeuwenoude schepen gevonden. Een Nederlands oorlogsschip uit de 18e eeuw en een Britse stoomboot uit de 19e eeuw.
Ontleend aan de website van NU.nl, 3 januari 2018.
Archeologische Dienst gaat onderzoek verrichten in concessiegebied aan Motkreek
Archeologische Dienst hoopt op vondst van nog complete urnen
De Archeologische Dienst van het Directoraat Cultuur (inisterie van Onderwijs, Wetenschap en Cultuur) is van plan om op korte termijn te beginnen met archeologisch onderzoek in het concessiegebied aan de Motkreek waar onlangs menselijke beenderen en aardewerkfragmenten zijn gevonden. lees verder…
Surinaamse archeologie in de lift
door Richelle Mac-Nack
De archeologie in Suriname heeft in de drie afgelopen jaren enorme vooruitgang weten te boeken. Voor deze periode had archeologie weinig bekendheid in Suriname. Er was geen infrastructuur ervoor en er bestond geen academisch curriculum voor archeologie. Als er nu, eind 2016, teruggekeken wordt, dan zijn er tal van veranderingen gekomen binnen het archeologische veld in ons land. In 2014 is de Archeologische Dienst wederom in werking gesteld door een ministerieel besluit. lees verder…
Herkomst slaven achterhaald via dna
Onderzoekers hebben met dna-onderzoek de herkomst achterhaald van drie slaven die in de 17de eeuw vanuit Afrika naar het Caribisch gebied zijn gebracht en van wie de stoffelijke resten enkele jaren geleden werden ontdekt op Sint Maarten. De Drie van Zoutsteeg, zoals het drietal wordt genoemd, blijken afkomstig uit gebieden die tegenwoordig behoren tot Kameroen, Nigeria en Ghana. lees verder…
Suriname: Archeologische plaatsen niet te identificeren door gebrekkige standaarden
De Archeologische Dienst van het ministerie van Onderwijs en Volksontwikkeling heeft gisteren ten kantore van het Nationaal Archief Suriname haar tweede symposium gehouden met als thema ‘Stappen naar het archeologiebeleid’. lees verder…
Activering Archeologische Dienst Minov
Met het voornemen het archeologiebestel aanmerkelijk te verbeteren, heeft minister Ashwin Adhin van Onderwijs en Volksontwikkeling (Minov) de Archeologische Dienst geactiveerd. Dat meldt het departement donderdag aan GFC Nieuws.
Leuk boekje over Plantage Mariënburg

District Commewijne. Foto © Aafke Huizinga
Sommige fototeksten ontbreken helaas volledig in het boekje en de witte teksten op de foto’s zijn bijna onleesbaar. Want wie zijn de mensen op de foto op bladzijde 92. Die foto is gehaald uit een album van de man op de foto, die alles heeft vermeld behalve zijn eigen naam. Hij was agent op Mariënburg en ergens onthult hij zijn eigen borstbeeld.Als onderzoekster en schrijfster verdient Anne Blondé wel beter, omdat zij nu al een goed voorbeeld is voor alle politici van het district Commewijne maar vooral ook voor de onaantastbare geniale ‘luchtkastelenbouwer’ van de suikerplantage. In het boekje (bladzijde 54) krijgt het historisch onderzoek naar het massagraf van 1902 ook aandacht en wordt er ook vermeld: ‘de lichamen van de contractarbeiders werden begraven in een kuil met ongebluste kalk, wat het zo goed als onmogelijk maakt iets van hun resten te vinden’. Met deze conclusie heeft Anne Blondé een enorme ondersteuning gegeven aan het werk van het onderzoeksteam op Mariënburg dat steeds dichterbij komt van de juiste lokatie van het massagraf. Voor de boringen zijn nu langere verstelbare ‘Emperor’ assenstaal boren geleend bij de GMD. De archeologie en de Dienst voor Bodemkartering (DBK) werken namelijk met lichtere en kortere galvaanboren.
De foto’s en kleuren schema’s in het boek zijn heel mooi, maar waarvoor Anne Blondé samen met haar vrienden, zeker een dikke pluim verdient, zijn de uitgebreide noten en de gebruikte literatuur in het boek. Die maken het eindeloos zoeken naar de juiste bronnen, en zeker in Nederland, heel makkelijk.
In het verslag van het onderzoeksteam van Stichting Hindostaanse Immigratie zal je straks kunnen lezen wat het woord Mariënburg precies betekent, waar het vandaan komt en hoeveel slachtoffers er op 30 juli 1902 werkelijk ter plaatse zijn gevallen en hoeveel in het ziekenhuis op Mariënburg zijn overleden. Het is ook nog onduidelijk waar opeens de namen zijn verdwenen van de hoofdmoordenaar Budree en waar die van de verzetsleiders Hardat en Wongsoredjo? Als het boek de maand en het jaar van het onderzoek naar het massagraf van 1902 keurig kan vermelden, namelijk als juni 2013, wie gaat dan schrijven over de uitverkoop van Mariënburg en over de minachting en enorme verwaarlozing van de oud-Javaanse arbeiders? Dit proces begon al na de sluiting van de suikerplantage in medio 1985 en in 2013 was dit proces nog steeds in volle gang?
Als Anne dat niet doet, doen wij het wel. Want sinds 1980 praten we in Suriname over de maatschappelijke relevantie van wetenschapsbeoefening en dat stukje hebben wij gemist in het boekje. Jammer, maar de tijd zal ons hopelijk beter leren. Maar aan Anne en aan ‘kan’ Toekijan, in elk geval een heel hartelijk dankjewel voor hun mooi boekje! Stichting Cultuureducatie.
Menselijke beenderen bij opgravingen
Paramaribo – Bij het doen van opgravingen op de hoek van de Heffen- en Korte Kerkstraat zijn zaterdag menselijke beenderen aangetroffen en in beslag genomen. Het Bureau voor Openbare Gezondheidszorg was bezig de opgravingen te verrichten toen ze op de beenderen stuitte. De politie werd ingeschakeld en constateerde dat het daadwerkelijk om beenderen gaat. De in …
Spookverhalen op Mariënburg
Archeoloog Mitrasingh wil eindelijk kaarten en plattegronden Mariënburg
Mitrasingh roept hulp minister Moestadja in
Onderzoek Mariënburg vordert zonder plantagekaarten
De werkzaamheden voor de zoektocht naar het massagraf van 1902 te Mariënburg vorderen. Het overtollige hemelwater stagneert, maar is niet zo hinderlijk als het “halsstarig gedrag van Michel Sjak Shie.” De projectdrager van de Surinaamse Cultuurmaatschappij NV Mariënburg weigert nog steeds om de plantagekaarten en plattegronden aan het onderzoeksteam af te staan.
“Geen nood,” zegt projectleider Benjamin Mitrasingh. “Het zou natuurlijk alles veel makkelijker maken en minder tijd kosten, maar nu maak ik de kaarten zelf.” Intussen is het heel tracé van de oude spoorbaan aan beide zijden meter voor meter nauwkeurig bekeken. Het hele gebied is echter door de vele regens zwaar ondergelopen.
Aan de noordkant van de spoorbaan is het brakwater in de sloten al 1,75 meter hoog en staat aan de zuidkant de waterspiegel ruim een meter hoog. “Maar het begin en eind van de spoorbaan zijn nu duidelijk zichtbaar,” zegt archeoloog Mitrasingh.
Bodemonderzoek
Vanaf maandag worden alle denkbare locaties van het massagraf 1902 grondig onderzocht. “Dan zijn niet alleen alle informanten gerustgesteld, maar dan kunnen we hen ook een absoluut betrouwbaar antwoord geven. Wetenschappers mogen daar geen twijfel over laten bestaan,” stelt de onderzoeksleider.
De vermoedelijke locaties zullen eerst met insecticiden en daarna met herbiciden worden bewerkt, waarna de graafmachine komt. Zo wordt voorkomen dat we te lang bezig zijn met wieden met houwers, legt de archeoloog uit. Om de meter wordt met een grondboor de bodem daarna een meter diep onderzocht. Voor de bodemonderzoeken zullen met een waterpasinstrument meetkundige vlakken worden uitgezet. Alles gebeurt handmatig. Per locatie zal zo’n bodemonderzoek ongeveer een maand duren.
NSP
Eind jaren tachtig was er al een soortgelijk bodemonderzoek in Mariënburg gedaan, maar toen zonder graafmachine. De staf van de suikeronderneming beschikte toen ook niet over betrouwbare informatie over het massagraf.
De Dienst voor Hogere Geodesie heeft in de jaren tachtig bijna overal in Suriname koperen meetpunten in de grond geplaatst. Die zijn in de bodem gemetseld en geven heel nauwkeurig het Normaal Surinaams Peil aan. In 1963 werd bepaald dat in alle officiële gegevens het NSP zal worden gebruikt. “Dus ook in het eindverslag van dit onderzoek. Het NSP is een vergelijkingsvlak dat overeenkomt met het gemiddeld zeeniveau,” voegt archeoloog Mitrasingh eraan toe.
In januari heeft de Stichting Hindostaanse Immigratie toestemming gehad van president Desi Bouterse om op zoek te gaan naar het massagraf van 1902.