blog | werkgroep caraïbische letteren
Categorie: Archeologie

Het patrouillepad tussen Porto Marie en Cas Abao

door François van der Hoeven

Op 7 december 2017 gingen wij – leden van een ‘werkgroep’ die het eiland exploreren – op zoek naar het patrouillepad tussen Porto Marie en Cas Abao. Vier organisaties hadden een verzoek ingediend om de muur van Siberie voor een tweede keer aan te wijzen tot beschermd monument. Fundashon Parke Nashonal, Fundashon Desaroyo Krakeel, Fundashon Rif en Fundashon Kas di Arte Korsou.  lees verder…

Nederlands oorlogsschip uit 18e eeuw ontdekt bij Mexico

Voor de Mexicaanse kust zijn hebben onderzoekers twee eeuwenoude schepen gevonden. Een Nederlands oorlogsschip uit de 18e eeuw en een Britse stoomboot uit de 19e eeuw.

Ontleend aan de website van NU.nl, 3 januari 2018.

Archeologische Dienst gaat onderzoek verrichten in concessiegebied aan Motkreek

Archeologische Dienst hoopt op vondst van nog complete urnen

De Archeologische Dienst van het Directoraat Cultuur (inisterie van Onderwijs, Wetenschap en Cultuur) is van plan om op korte termijn te beginnen met archeologisch onderzoek in het concessiegebied aan de Motkreek waar onlangs menselijke beenderen  en aardewerkfragmenten zijn gevonden. lees verder…

Surinaamse archeologie in de lift

door Richelle Mac-Nack

De archeologie in Suriname heeft in de drie afgelopen jaren enorme vooruitgang weten te boeken. Voor deze periode had archeologie weinig bekendheid in Suriname. Er was geen infrastructuur ervoor en er bestond geen academisch curriculum voor archeologie. Als er nu, eind 2016, teruggekeken wordt, dan zijn er tal van veranderingen gekomen binnen het archeologische veld in ons land. In 2014 is de Archeologische Dienst wederom in werking gesteld door een ministerieel besluit. lees verder…

Herkomst slaven achterhaald via dna

Onderzoekers hebben met dna-onderzoek de herkomst achterhaald van drie slaven die in de 17de eeuw vanuit Afrika naar het Caribisch gebied zijn gebracht en van wie de stoffelijke resten enkele jaren geleden werden ontdekt op Sint Maarten. De Drie van Zoutsteeg, zoals het drietal wordt genoemd, blijken afkomstig uit gebieden die tegenwoordig behoren tot Kameroen, Nigeria en Ghana. lees verder…

Suriname: Archeologische plaatsen niet te identificeren door gebrekkige standaarden

De Archeologische Dienst van het ministerie van Onderwijs en Volksontwikkeling heeft gisteren ten kantore van het Nationaal Archief Suriname haar tweede symposium gehouden met als thema ‘Stappen naar het archeologiebeleid’. lees verder…

Activering Archeologische Dienst Minov

Met het voornemen het archeologiebestel aanmerkelijk te verbeteren, heeft minister Ashwin Adhin van Onderwijs en Volksontwikkeling (Minov) de Archeologische Dienst geactiveerd. Dat meldt het departement donderdag aan GFC Nieuws.

lees verder…

Leuk boekje over Plantage Mariënburg

District Commewijne. Foto © Aafke Huizinga

door Benjamin Mitrasingh
In de boekhandel is een leuk boekje over de plantage Mariënburg te vinden, alleen schrik je onmiddellijk van de prijs van het boek. Dan is het grote boek van dr André Loor wel redelijk in de prijs. Een compliment verdient zeker de schrijfster van het boek Anne Blondé, maar dan moeten wij ook erbij vermelden dat zij bij elk volgend schrijfproduct van haar wel een nauwkeuriger eindcorrector moet raadplegen. Want het stoort bij het lezen wel enorm, als er bij het woord ‘suikerrriet’ de lidwoorden ‘de’ en ‘het’ door elkaar worden gebruikt. Het woord is ‘het’ suikerriet en dan mag de eenvoudige Toekijan Soekardi in zijn notities wel ‘de’ suikerriet’ hebben geschreven, maar dat mag hij, want het zijn zijn eigen aantekeningen die hij nu nog gebruikt als bescheiden toeristengids van de plantage. Die aantekeningen biedt hij niet te koop aan, wat Anne Blondé wel doet met haar boekje. Hierdoor krijgt haar boekje wel het predicaat van ‘wat zielig, maar wel een leuk boekje’.

Sommige fototeksten ontbreken helaas volledig in het boekje en de witte teksten op de foto’s zijn bijna onleesbaar. Want wie zijn de mensen op de foto op bladzijde 92. Die foto is gehaald uit een album van de man op de foto, die alles heeft vermeld behalve zijn eigen naam. Hij was agent op Mariënburg en ergens onthult hij zijn eigen borstbeeld.Als onderzoekster en schrijfster verdient Anne Blondé wel beter, omdat zij nu al een goed voorbeeld is voor alle politici van het district Commewijne maar vooral ook voor de onaantastbare geniale ‘luchtkastelenbouwer’ van de suikerplantage. In het boekje (bladzijde 54) krijgt het historisch onderzoek naar het massagraf van 1902 ook aandacht en wordt er ook vermeld: ‘de lichamen van de contractarbeiders werden begraven in een kuil met ongebluste kalk, wat het zo goed als onmogelijk maakt iets van hun resten te vinden’. Met deze conclusie heeft Anne Blondé een enorme ondersteuning gegeven aan het werk van het onderzoeksteam op Mariënburg dat steeds dichterbij komt van de juiste lokatie van het massagraf. Voor de boringen zijn nu langere verstelbare ‘Emperor’ assenstaal boren geleend bij de GMD. De archeologie en de Dienst voor Bodemkartering (DBK) werken namelijk met lichtere en kortere galvaanboren.

De foto’s en kleuren schema’s in het boek zijn heel mooi, maar waarvoor Anne Blondé samen met haar vrienden, zeker een dikke pluim verdient, zijn de uitgebreide noten en de gebruikte literatuur in het boek. Die maken het eindeloos zoeken naar de juiste bronnen, en zeker in Nederland, heel makkelijk.

In het verslag van het onderzoeksteam van Stichting Hindostaanse Immigratie zal je straks kunnen lezen wat het woord Mariënburg precies betekent, waar het vandaan komt en hoeveel slachtoffers er op 30 juli 1902 werkelijk ter plaatse zijn gevallen en hoeveel in het ziekenhuis op Mariënburg zijn overleden. Het is ook nog onduidelijk waar opeens de namen zijn verdwenen van de hoofdmoordenaar Budree en waar die van de verzetsleiders Hardat en Wongsoredjo? Als het boek de maand en het jaar van het onderzoek naar het massagraf van 1902 keurig kan vermelden, namelijk als juni 2013, wie gaat dan schrijven over de uitverkoop van Mariënburg en over de minachting en enorme verwaarlozing van de oud-Javaanse arbeiders? Dit proces begon al na de sluiting van de suikerplantage in medio 1985 en in 2013 was dit proces nog steeds in volle gang?

Als Anne dat niet doet, doen wij het wel. Want sinds 1980 praten we in Suriname over de maatschappelijke relevantie van wetenschapsbeoefening en dat stukje hebben wij gemist in het boekje. Jammer, maar de tijd zal ons hopelijk beter leren. Maar aan Anne en aan ‘kan’ Toekijan, in elk geval een heel hartelijk dankjewel voor hun mooi boekje! Stichting Cultuureducatie.

[van Starnieuws, 1 april 2014]

Menselijke beenderen bij opgravingen

Paramaribo – Bij het doen van opgravingen op de hoek van de Heffen- en Korte Kerkstraat zijn zaterdag menselijke beenderen aangetroffen en in beslag genomen. Het Bureau voor Openbare Gezondheidszorg was bezig de opgravingen te verrichten toen ze op de beenderen stuitte. De politie werd ingeschakeld en constateerde dat het daadwerkelijk om beenderen gaat. De in …

beslag genomen beenderen zijn overgebracht naar het mortuarium van het Academisch Ziekenhuis Paramaribo. Vorige week waren reeds menselijke resten aangetroffen bij het graven van een kuil voor het aanleggen van een vetput op de hoek van de Heeren- en Klipstenenstraat.
Archeoloog Benjamin Mitrasingh zegt dat het niet zozeer om menselijke beenderen hoeft te gaan. “Er zijn vaak beenderen gevonden bij opgravingen en vaak genoeg ging het om dierlijke beenderen”, zegt Mitrasingh. Hij heeft de beenderen niet gezien. Mitrasingh vindt het jammer dat hij als archeoloog niet erbij is gehaald toen de beenderen ontdekt werden.
“De ligging van de beenderen is onder andere van essentieel belang om te kunnen constateren als het werkelijk om menselijke beenderen gaat” zegt de archeoloog. Veel meer kan hij niet kwijt over de gevonden beenderen, omdat hij die niet heeft kunnen zien.
[van nospang.com, 26 februari 2014]

Spookverhalen op Mariënburg

Naast het persbericht over de vermoedelijke locatie van het massagraf van 1902 op Mariënburg, komen volgens onderzoeksleider en archeoloog Benjamin Mitrasingh de spookverhalen nu pas los. Mitrasingh zegt dat het onderzoeksteam aldoor veel pech op Mariënburg heeft gekend en daar heeft tot nu toe niemand ze mee geholpen. Volgens Mitrasingh zijn de spookverhalen echter heel eenvoudig uit te leggen.
“Als men geen buitenstaanders (lees klokkenluiders) wil hebben in een gebied, dan komen deze verhalen opeens los. Uit ervaring weten wij ook dat de ene informant geen kaarten en plattegronden wil afstaan omdat hij daar met geld sjoemelt en van de jagers en vissers weten wij ook, dat elke buitenstaander uit hun jacht- of visgebied geweerd moet worden. In het Blakawatra-gebied werden zelfs de borden van LLB verplaatst totdat men klaar was met jagen en vissen”, aldus de onderzoeksleider.
Het spookverhaal van Mariënburg komt volgens hem erop neer dat jagers en vissers moesten vluchten uit het gebied nabij het massagraf omdat het gehuil en gekrijs van de overledenen ondragelijk was. Mitrasingh weet uit eigen ervaring te vertellen dat hij acht jaar lang op Joden Savanne heeft gewerkt en dat elk spookverhaal van het gebrom in het bos tot en met de vliegende azimma’s, werden ontzenuwd door logisch denken en zeker niet door angst.
De ene keer was het gebrom het gesnuif van een tijger die naar een drinkplaats zocht en de andere keer was het een vliegmachine die op Zanderij moest landen. “Een hele tijd zie je de schijnwerpers als twee grote ogen en dan opeens niet meer, want dan verdwijnt het vliegtuig achter de boomgrens en landt dan veilig op Zanderij.
Om de gemoedsrust van de lichtgelovigen op Mariënburg tegemoet te komen, zullen volgens Mitrasingh alle religieuze leiders in de gelegenheid worden gesteld om er te komen en te doen wat men nodig acht voor de rust en vrede op Mariënburg. Want nu gaat het archeologisch onderzoek echt beginnen en dat kan om gebeuren van zonsopkomst tot zonsondergang. Naast de religieuze leiders zullen ook de ‘helderzienden’ er welkom zijn. “Want die zijn nodig voor de betrouwbaarheid van alle kaarten, plattegronden en roddelverhalen van het onderzoeksgebied. Het ‘saaie’ archeologisch werk kan nog spannend worden”, aldus de archeoloog Mitrasingh.
[van GFC Nieuws, 30 januari 2014]

Archeoloog Mitrasingh wil eindelijk kaarten en plattegronden Mariënburg

Mitrasingh roept hulp minister Moestadja in

Archeoloog Benjamin Mitrasingh heeft zich gewend tot minister Soewarto Moestadja van Binnenlandse Zaken, omdat hij eindelijk eens de kaarten en plattegronden van de voormalige suikerplantage Mariënburg wil ontvangen. De documenten zijn nog steeds in het bezit van Michel Sjak Shie, de projectdrager van de Surinaamse Cultuurmaatschappij NV Mariënburg.
Moestadja is behalve minister ook partijgenoot van Sjak Shie. Ze zijn beiden lid van Pertjajah Luhur.
In opdracht van de Stichting Hindoestaanse Immigratie zoekt Mitrasingh naar het massagraf van 1902. Al twee jaar timmert hij samen met de stichting aan de weg om dit project van de grond te krijgen. Begin september vorig jaar werden de werkzaamheden voor onbepaalde tijd stopgezet. De archeoloog, die niet te spreken is over het verloop van het onderzoek, zei eerder dat er ‘aldoor sprake is van een soort politieke chantage en powerplay’. Talrijke afspraken met hoge regeringsfunctionarissen ten spijt.
De jongste inspanning van de archeoloog is het inroepen van de hulp van minister Moestadja. De wetenschapper heeft de plattegronden nodig om de mogelijke locatie van het massagraf aan te geven.
Minister Moestadja heeft vrijdag zijn hulp toegezegd. Wat er nu gaat gebeuren, zegt Mitrasingh is, dat ‘we gaan beginnen verklaringen van de oud-bewoners van Mariënburg af te nemen’. Hij roept mensen op die met een beetje zekerheid kunnen vertellen waar het massagraf precies ligt, hun verhaal in de weekenden te komen doen.
‘Zolang ik geen goed kantoor daar heb, moet ik het voorlopig met een plattegrond en een schoolbord doen op het achterterras van het voormalige recreatieoord’, aldus de archeoloog.
In juni vorig jaar is het onderzoeksteam na veel tegenstand en bureaucratie gestart met de voorbereidingen voor het onderzoek te Mariënburg. Er was al een tracé gekapt langs de oude spoorbaan en er waren schoonmaakwerkzaamheden verricht. Ook waren markeringen geplaatst op de mogelijke liggingen van het graf. De werkzaamheden vorderden ook traag door de zware regens in die periode.
Op 30 juli vorig jaar was het precies 111 jaar geleden dat een aantal arbeiders werd doodgeschoten en in een massagraf werd gedumpt. Over de aard en het aantal slachtoffers zijn er wat onduidelijkheden. Het Koloniaal Verslag van 1903, een jaar na de slachting, praat van 17 slachtoffers. De mensen zijn doodgeschoten tijdens een solidariteitsactie van arbeidscontractanten op het terrein van de suikerplantage Mariënburg.
[uit Obsession Magazine, 21 januari 2014]

Onderzoek Mariënburg vordert zonder plantagekaarten

De werkzaamheden voor de zoektocht naar het massagraf van 1902 te Mariënburg vorderen. Het overtollige hemelwater stagneert, maar is niet zo hinderlijk als het “halsstarig gedrag van Michel Sjak Shie.” De projectdrager van de Surinaamse Cultuurmaatschappij NV Mariënburg weigert nog steeds om de plantagekaarten en plattegronden aan het onderzoeksteam af te staan.

“Geen nood,” zegt projectleider Benjamin Mitrasingh. “Het zou natuurlijk alles veel makkelijker maken en minder tijd kosten, maar nu maak ik de kaarten zelf.” Intussen is het heel tracé van de oude spoorbaan aan beide zijden meter voor meter nauwkeurig bekeken. Het hele gebied is echter door de vele regens zwaar ondergelopen.

Aan de noordkant van de spoorbaan is het brakwater in de sloten al 1,75 meter hoog en staat aan de zuidkant de waterspiegel ruim een meter hoog. “Maar het begin en eind van de spoorbaan zijn nu duidelijk zichtbaar,” zegt archeoloog Mitrasingh.

Bodemonderzoek 
Vanaf maandag worden alle denkbare locaties van het massagraf 1902 grondig onderzocht. “Dan zijn niet alleen alle informanten gerustgesteld, maar dan kunnen we hen ook een absoluut betrouwbaar antwoord geven. Wetenschappers mogen daar geen twijfel over laten bestaan,” stelt de onderzoeksleider.

De vermoedelijke locaties zullen eerst met insecticiden en daarna met herbiciden worden bewerkt, waarna de graafmachine komt. Zo wordt voorkomen dat we te lang bezig zijn met wieden met houwers, legt de archeoloog uit. Om de meter wordt met een grondboor de bodem daarna een meter diep onderzocht. Voor de bodemonderzoeken zullen met een waterpasinstrument meetkundige vlakken worden uitgezet. Alles gebeurt handmatig. Per locatie zal zo’n bodemonderzoek ongeveer een maand duren.

NSP 
Eind jaren tachtig was er al een soortgelijk bodemonderzoek in Mariënburg gedaan, maar toen zonder graafmachine. De staf van de suikeronderneming beschikte toen ook niet over betrouwbare informatie over het massagraf.
De Dienst voor Hogere Geodesie heeft in de jaren tachtig bijna overal in Suriname koperen meetpunten in de grond geplaatst. Die zijn in de bodem gemetseld en geven heel nauwkeurig het Normaal Surinaams Peil aan. In 1963 werd bepaald dat in alle officiële gegevens het NSP zal worden gebruikt. “Dus ook in het eindverslag van dit onderzoek. Het NSP is een vergelijkingsvlak dat overeenkomt met het gemiddeld zeeniveau,” voegt archeoloog Mitrasingh eraan toe.

In januari heeft de Stichting Hindostaanse Immigratie toestemming gehad van president Desi Bouterse om op zoek te gaan naar het massagraf van 1902.

[van Starnieuws, 24 juni 2013]
  • RSS
  • Facebook
  • Twitter